Dienst 112 Tielt viert zijn 35-jarig bestaan: “De toekomst wordt uitdagend”

De vrijwilligers zijn dé kracht achter de werking van de 112.©Wouter Meeus foto WME
De vrijwilligers zijn dé kracht achter de werking van de 112.©Wouter Meeus foto WME
Redactie KW

Op 12 mei 1986 sloeg het Rode Kruis Tielt de handen in elkaar met het Sint-Andriesziekenhuis en kwam een samenwerking tot stand voor de uitbating van de toenmalige dienst 900. De coördinatie van de 112 is in handen van Stefan Lambert.

“Na ruim een kwarteeuw uitbating van de toenmalige dienst 900 door wijlen André en Clara Beggia werd de uitbating overgenomen door het Rode Kruis en dit samen met het Sint-Andriesziekenhuis”, vertelt Stefan Lambert. “Goed anderhalf jaar na de start in 1986 veranderde de dienst 900 in de dienst 100 en evolueerde uiteindelijk naar de dienst 112.”

De afdeling Tielt werd in de beginjaren als testcase gebruikt, aldus Stefan Lambert. “Inderdaad, voor de zware opleiding ambulance. De scholing omvatte 60 uur opleiding en 40 uur stage op een spoedgevallendienst. Regelmatige bijscholingen vervolledigden de opleiding. De basis van een intens nationaal scholingstraject ambulancier werd hierbij gelegd. Eind de jaren negentig werd het scholingstraject grondig gewijzigd en moet iedere ambulancier onder meer jaarlijks een permanente vorming van 24 uur volgen en om de vijf een gunstige beoordeling bekomen bij een evaluatieproef om het brevet geldig te houden.”

Permanentie

De samenwerking met het Sint-Andriesziekenhuis zorgde ervoor dat de permanentie kon worden verzekerd. “Vrijwilligers van het Rode Kruis deden destijds de permanentie van 17.30 uur ’s avonds tot 7.30 uur ’s ochtends. Om de hulpverlening overdag te verzorgen, konden we rekenen op de medewerking van het Sint-Andriesziekenhuis. Twee verpleegkundigen, aangevuld met collega’s van de afdeling heelkunde en anesthesie, werden vrijgemaakt om de dienst te bemannen tijdens hun uren. Intussen werden de uren aangepast en doen de vrijwilligers van het Rode Kruis de permanentie dagelijks tussen 18 en 7 uur. Overdag kan er worden gerekend op een verpleegkundige en een beroepsambulancier van de spoedgevallendienst. In 2019 werd deze samenwerking herbevestigd.”

“Zonder de inzet van de vrijwilligers was dit niet mogelijk”

Zonder een performante ziekenwagen ter beschikking is een dienst 112 onbestaande. “In de beginjaren kregen wij een 100-voertuig vanuit FOD Volksgezondheid. Maar eind de jaren negentig hielden ze plots op met wagens te schenken. Sindsdien staat Rode Kruis Tielt volledig in voor de aankoop en het beheer van de voertuigen. Gelukkig kon men rekenen op de steun van de steden, gemeenten en van de Tieltse Service Clubs. In 2001 werd beslist om een tweede 100-voertuig in te zetten, volledig bemand door vrijwilligers. De bestaffing bleek een zware dobber te zijn en in 2014 werd beslist om dan ook definitief de stekker uit het de tweede 100-voertuig te trekken.”

André en Clara Beggia, de originele uitbaters van de dienst 900.© foto a-RN
André en Clara Beggia, de originele uitbaters van de dienst 900.© foto a-RN

Nieuwe ziekenwagen?

Dat de uitbating van de dienst 112 niet altijd even gemakkelijk is, wordt door Stefan Lambert bevestigd. “Er is nood aan voldoende vrijwilligers, met de bekwaamheid van hulpverlener-ambulancier. Via terugkerende wervingscampagnes worden mensen warm gemaakt om zich in te zetten voor de dienst 112 en het huidige team van hulpverlener-ambulanciers te versterken. Tegen eind 2022 zal het huidige 112-voertuig aan vervanging toe zijn. Begin 2021 is het ambitieuze project gestart om een nieuwe ziekenwagen in dienst te nemen. We dienen ook een vinger aan de pols te houden om te kunnen anticiperen op mogelijke veranderingen en evoluties in het landschap van de dringende medische hulpverlening. De toekomst wordt alvast uitdagend.”

Tenslotte wil Stefan Lambert wil zich richten tot de equipe van vrijwilligers. “Ongetwijfeld zou dit alles niet mogelijk zijn zonder de inzet van de vele vrijwilligers. Zij die zich belangeloos inzetten voor de medemens, de bevolking en voor de maatschappij. Zij zijn zonder meer de mensen die de dienst 112 uitbaten en waarmaken. Kortom een onbeschrijflijke inzet die meer dan een applaus en een geweldige dank je wel verdient”, besluit Stefan Lambert. (KeMa)

Eddy Goudsmet (63): “Deel van mijn leven”

Eddy Goudsmet.© foto KeMa
Eddy Goudsmet.© foto KeMa

Met zijn 63 lentes is Eddy Goudsmet al één van de anciens geworden binnen de 112-afdeling. 23 jaar geleden startte zijn avontuur. “Ik was al een tijdje actief binnen het Rode Kruis Tielt toen ze me de vraag stelden of ik het niet zag zitten om me te engageren voor het dringend ziekenvervoer 112. Ik heb toen de nodige cursussen gevolgd en ik heb mij die stap nog niet beklaagd.” Wekelijks is de Tieltenaar op post. “Het is een deel van mijn leven geworden en ik probeer minimum wekelijks één wacht voor mijn rekening te nemen.”

Als ambulancier kom je in verschillende situaties terecht, de één al wat ingrijpender dan de ander. “Ik kan het normaal tamelijk van mij afzetten, maar toch zijn er altijd dingen die bij blijven. Vooral ongevallen met meerdere dodelijke jonge mensen blijft toch wat in de kleren hangen…”

Shana De Coninck (29): “Bijzonder gevoel”

Shana De Coninck.© foto KeMa
Shana De Coninck.© foto KeMa

Eén van de jongsten is Shana De Coninck. Al zeven jaar is ze actief bij de 112, in de middelbare school werd ze getriggerd. “Door deze vrijwilligers zo gefascineerd bezig te zien, stimuleerde me dat om dit zelf ook te doen. In 2014-2015 kreeg ik dan de kans om mijn opleiding te volgen. Die heb ik met beide handen gegrepen. Het gevoel om mensen te kunnen helpen en soms zelf letterlijk te redden, geeft je een bijzonder gevoel. Dan weet je waarom je dit doet.”

Ook haar professionele loopbaan speelt zich af in de zorg. “Overdag ben ik verpleegkundige op spoed, waarbij we vanuit de spoeddienst de 112 bemannen. Ik ben dus niet alleen overdag actief, maar ook ’s avonds kan je me terugvinden tijdens mijn wachtdienst als vrijwilliger. Ik zou me geen leven meer kunnen voorstellen zonder de 112 Tielt.”

Bernard Martens (56): “Mensen helpen is allermooiste”

Bernard Martens.© foto KeMa
Bernard Martens.© foto KeMa

In 1989 zette Bernard Martens zijn eerste stappen binnen de 100-dienst. Een gebeurtenis zorgde ervoor dat hij koos om zich in te zetten voor zijn medemens. “Tijdens een voetbalwedstrijd werd er iemand onwel. Er was echter niemand die wist hoe hieraan te beginnen. Dat was voor mij het signaal om EHBO te volgen en kort erop de cursus ziekenwagenpersoneel. De 100-dienst was dan de logische stap. Zeg nu zelf: wat is er mooier dan mensen helpen?”

Na al die jaren blijven bepaalde zaken toch speciaal. “Na 32 jaar heb ik al het één en ander meegemaakt. Laat ons zeggen dat er niet veel overblijft dat ik niet heb meegemaakt. Als je vraagt wat bijblijft, zijn het toch de interventies met kinderen, omdat hier een andere aanpak nodig is. Je moet je ook bekommeren over de ouders.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier