De Haan gaat pleeggezinnen beter steunen: “Een pleegkind draagt altijd een rugzakje”

Martin en Ingrid namen een vijftal jaar geleden de pleegzorg op van hun nu 8-jarige kleindochter Tati. © WK
Wim Kerkhof
Wim Kerkhof Medewerker KW

Op vrijdag 13 december krijgt De Haan het Pleegzorglabel. Als ‘pleegzorggemeente’ wil het gemeentebestuur het maatschappelijk draagvlak voor pleegzorg vergroten zodat alle kinderen die niet (meer) thuis kunnen wonen, toch de kans krijgen om op te groeien in een gepaste thuisomgeving. Martin Goetinck en Ingrid Debyser, pleegouders van de achtjarige Tati*, juichen elk initiatief toe. “De wachttijd in de pleegzorg is làng.”

West-Vlaanderen telt al meer dan 900 pleeggezinnen, en toch staan 200 kinderen en jongeren nog op de wachtlijst. Pleegzorg West-Vlaanderen roept daarom de steun in van de Vlaamse gemeente- en stadsbesturen om gezinnen warm te maken voor pleegzorg. Martin Goetinck (59) en Ingrid Debyser (61) kozen er destijds niet zelf voor om pleegouders te worden. Het overkwam hen. “Mijn dochter leidde een losbandig leven dat alleen maar in het teken stond van uitgaan en drugs. Ze fladderde van de ene man naar de andere, en elke keer was het zogezegd ‘de ware’. Toen ze zich eindelijk besloot te settelen met een nieuwe vriend, hadden wij hoop dat ze weer op het rechte pad zou komen. Maar dat is dus ijdele hoop gebleken: ze verzeilde al snel samen met haar nieuwe vriend in de marginaliteit”, begint Martin hun verhaal.

“Die jongen bleek zelf ook een drugsverleden te hebben”, neemt Ingrid over. “Desondanks, werd zij dan op haar vijfentwintigste plots mama. Ik denk dat ze nooit echt beseft heeft wat het is om een kind op de wereld te zetten. Eenmaal Tati er was, had ze er ook niet echt een band mee. Er was totaal geen affectie tussen moeder en kind. Al vond ze het in het begin wel leuk om mama te zijn. Plots kreeg ze al die aandacht.”

Met de noorderzon

“Ze woonde toen in Antwerpen. Nadat ze de relatie met haar vriend verbroken had, stelden we haar voor om bij ons te komen wonen. ‘Breek met alles en neem hier een nieuwe start.’ Het leek te beteren. Ze had een job aan de haven en we zijn samen naar een appartementje gaan kijken zodat ze toch weer op eigen benen zou kunnen staan. Maar dan ging het plots van kwaad naar erger, en op een dag is ze met de noorderzon naar Tenerife vertrokken. Ze liet hier een berg schulden achter”, aldus Martin.

“Ze zat vast in dat foute milieu. Op het laatst was ze zelfs in de prostitutie verzeild geraakt. Totaal de pedalen kwijt”, zegt Ingrid. Martin zucht. “We wisten op den duur ook gewoon niet meer wat er waar was en wat niet. Liegen was een deel van haar leven geworden. Een zogenaamde zelfmoordpoging, bleek uiteindelijk een overdosis te zijn geweest.”

Ingrid en Martin ontfermden zich vanaf dan alleen over hun kleindochter.

“Ik heb haar eerste pamper ververst en Tati haar eerste badje gegeven. Dat ze bij ons zou opgroeien, leek een evidentie. Anders was het misschien een instelling geworden: de wachtlijst voor pleegkinderen is lang”, weet Ingrid.

“Pleegzorg is voor ons en voor Tati de redding geweest”, zegt Martin. “Mijn dochter was tenslotte nog altijd haar mama. Als de politie voor de deur stond, moesten we haar afgeven.”

“Tati was overal de dupe van. Bepaalde gedragingen wijzen erop dat ze nog moet verwerken wat ze in haar jonge leven allemaal heeft meegemaakt. Als ze bijvoorbeeld naar bed gaat, moet de deur van haar slaapkamer altijd openblijven: haar mama liet haar soms alleen thuis. Ze begon ook weer op haar duim te zuigen. Zo zoekt een kind troost”, vertelt Ingrid. “Ik heb zelf ook geen leuke jeugd gehad, en besefte daardoor dat je in je kindertijd de bouwstenen legt voor later. Alles wat je dan meemaakt, neem je mee. Het is voor ons ook niet altijd duidelijk waarom Tati op een bepaalde manier reageert. Een kind uit zich anders dan een volwassene. Maar aan de hand van haar gedragingen, probeer ik haar dan te ‘scannen’.”

Sprankeltje hoop

Tati heeft haar mama nog een keer teruggezien. “In juni stond ze hier plots voor de deur. Ze was voorgoed terug, zei ze. Twee dagen later was ze weer vertrokken. Voor Tati is dat een zware klap geweest: haar laatste sprankeltje hoop aan diggelen geslagen. Sindsdien staat ze onder traumabegeleiding.”

“Ondertussen hebben we niets meer van mijn dochter gehoord”, zegt Martin. “De laatste keer maakte ze óns verwijten. Ze heeft geen enkel schuldinzicht.”

Ook de papa van Tati haakte intussen volledig af. “Ondanks de treffende fysieke gelijkenissen, bestaat zij niet meer voor hem”, zegt Ingrid. “Maar Tati geeft zelf ook niet meer echt om haar papa. Ze heeft er afstand van genomen.”

Tati lijkt gelukkig in haar nieuwe gezin. “Ze is ondanks alles een heel open en opgewekt kind. Een echt lachebekje. Na alles wat ze heeft meegemaakt, hebben we de neiging haar te verwennen. Soms wat ten koste van onze andere kleinkinderen, die ook graag eens bij bommie en bompie komen logeren”, vertelt Martin.

Dat ze bij ons zou opgroeien, leek een evidentie. Anders was het een instelling geworden

“Ik speel de ‘moederrol’, Martin heeft een typische papaband met haar. Maar in plaats van mama en papa, noemt Tati ons liever ‘mammie’ en ‘pappie’. Dat woordje ‘mama’ heeft voor haar een beetje een wansmaak: mama, dat is diegene die haar in de steek liet”, zegt Ingrid.

“We hebben een tweede pleegkindje overwogen. Een speelkameraadje voor Tati. Maar ze gedraagt zich nu al bazig als er een vriendinnetje uit de klas komt spelen. Da’s normaal: ze wil zich laten gelden. Ze is vroeger te veel opzijgezet geweest. En het is ook maar de vraag of ze met de gedragsproblemen van een ander kind zou kunnen omgaan. Een pleegkind komt nooit uit een zorgeloos gezin, brengt altijd een rugzakje mee. Tati heeft zelf soms woedeaanvallen.”

Ingrid en Martin zijn altijd open geweest over het pleegouderschap. “We kunnen het ook moeilijk wegsteken natuurlijk: onze eigen kinderen lopen al tegen de 40”, zegt Ingrid. “Voor ons was eigenlijk de leeftijd gekomen om andere dingen te doen. Op reis gaan en van ‘t leven genieten. Onze opvoedtaak zat er al op, en plots leefden we weer in een wereld waarin we gebonden zijn aan een kind dat naar school moet, naar vriendjes, de sportclub… Tati is een baskettalentje. Anderzijds houdt een kind in huis je ook jong. Je blijft in een flow zitten; er is altijd wel iets te doen.”

Goede toekomst

“Op het sinterklaasfeestje van Pleegzorg West-Vlaanderen stonden we er overigens van te kijken hoeveel mensen nog op latere leeftijd pleegouder worden. Ook mensen die nog een stuk ouder zijn als wij. We willen Tati gewoon een goede toekomst geven. Dat ze, ondanks alles, kan uitbloeien tot een vrouw die er staat.”

*Tati is een koosnaam.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier