David Dehenauw: “Ik ben een workaholic van het ergste soort”
“In deze hete zomer heb ik enorm veel gewerkt”, zegt David Dehenauw (47), volbloed Blankenbergenaar en weerman bij VTM, RTL TVI en diverse radiostations. Maar om het geld is het hem niet te doen. “Ik draag dienstverlening hoog in het vaandel. Ik heb mijn carrière zeker niet gestolen, maar soms krijg je een duw die bepalend is voor je leven. En daar wil ik iets voor terugdoen.”
“Mijn vader heeft zijn opleiding gekregen op de Mercator.” Het is één van de eerste zaken die David Dehenauw vertelt bij zijn aankomst op de driemaster. “Hij was zeeloods. Van 1957 tot 1960 studeerde hij aan de zeevaartschool in Antwerpen. Dit was toen hun opleidingsschip. De Mercator lag toen nog niet in Oostende. Ik passeer hier vaak en telkens ik het schip zie, denk ik aan mijn vader. Hij overleed tien jaar geleden.”
Je hebt de zeebenen niet geërfd van je vader.
“Ik kom uit een echte maritieme familie, mijn grootvader was visser en mijn broer is bij de Marine. Maar het is niets voor mij. De overtocht naar Engeland met de maalboot destijds, was voor mij een calvarietocht. Kotsen, ziek zijn, misselijkheid… Ik hield er wel mijn interesse voor maritieme meteorologie aan over.”
Ben jij altijd bezig met het weer?
“Dat stopt nooit. Elke dag bekijk ik de weerkaarten. Ik publiceer ook elke dag een weerbericht op Twitter. De laatste drie jaar heb ik geen vakantie genomen. Maar tussendoor ga ik wel eens naar het strand of zwemmen in zee. Een deel van mijn werk kan ik op het strand doen. Via mijn smartphone heb ik toegang tot de supercomputer van het KMI. Het is mijn wandelend bureau.”
Een reden om niet in Brussel te gaan wonen.
“Ik ga nooit weg van Blankenberge. Dat is mijn thuis. Toen ik het eerste jaar in Brussel studeerde, zat ik op kot in volle zon. Thuis in Blankenberge had ik mijn raam maar open te zetten en de zeebries kwam binnen. Dat heb ik geweldig gemist in Brussel, zeker in dat eerste jaar. Ik kan moeilijk tegen grote hitte. Vroeger ging ik wel eens op reis in Turkije, maar dan moest ik een hotel hebben met een pier in zee. Ik moest zwemmen om voldoende te kunnen afkoelen.”
Blijf je in Blankenberge voor de zee of omdat het je thuis is?
“Ik ben nogal honkvast. Ik heb een plaats nodig die me van in het begin van mijn bestaan bekend is. Tot mijn zes jaar woonden we op een appartement aan de haven. Van mei tot september gingen we bij mooi weer elke dag naar het strand. Vandaag woon ik niet meer vlak aan de haven, maar ik kom er wel nog vaak. Het staketsel, de haven, het strand… Dat is mijn thuisplek in mijn thuisstad. Ik ben er erg aan gehecht.”
Je kan niet goed tegen hitte. Heb je dan geen verschrikkelijke zomer achter de rug?
“Het viel mee. Aan zee was het gelukkig iets minder warm. Ik was blij dat ik niet in het binnenland was. Afgelopen zomer heb ik enorm veel gewerkt. Er waren heel veel media-interventies, aan beide kanten van de taalgrens. Het was een zomer vol records, met een enorme vraag naar weernieuws. En ik kan moeilijk nee zeggen. De media weten dat ik meestal binnen het kwartier antwoord kan geven.”
Nooit het gevoel dat wij – de media dus – een beetje van jouw goedheid profiteren?
“Als federaal ambtenaar – ik werk bij het KMI, de media is een leuke bijverdienste – draag ik dienstverlening hoog in het vaandel. Voor weerberichten word ik betaald, maar duiding geef ik gratis. Ik ben misschien een idealist, maar als ik het niet doe, voel ik me daar niet optimaal bij. De laatste jaren is er een explosie aan belangstelling voor het weer. Op nieuwssites zijn onderwerpen over het weer de meest aangeklikte. En er is de concurrentiestrijd tussen de media.”
“Van nature ben ik heel vaak stil en hoef niet het laatste woord te hebben”
Vroeger werd wel eens getwijfeld aan de betrouwbaarheid van het weerbericht, zeker als het over de kust ging.
“Dat is gevoelig verbeterd tegenover vroeger. Ik heb nu bijna 20 jaar de leiding van de kustweerdienst OMS in Oostende, die intussen vast in handen is van het KMI. Als kustbewoner wist ik dat het afwijkende weer aan de kust onvoldoende erkend werd. Al klaagde de kustlobby nooit als het in hun voordeel was. Want we voorspelden ook soms goed weer voor de kust als het in werkelijkheid veel minder was. Dan hoorde je hen niet. Een apart kustweerbericht hoeft niet, maar in het algemene weerbericht moeten we afwijkende streken wel extra vermelden. Dat is wat we nu doen.”
Krijg je vaak kritiek op voorspellingen?
“Dat gebeurt. Zeker als je na een mindere vakantie één goed weekend hebt en je dat niet goed voorspeld hebt. Maar ik kan goed om met kritiek. Ik weet wel dat het niet om mijn persoon gaat, maar om de vertaling van een ontgoocheling. Die woede kan ik begrijpen. Ook omdat ik me niet verstop, maar altijd uitleg waarom we fout zaten. Mocht ik dan niet thuis geven, zou de kritiek veel erger zijn dan als ik toegeef dat het niet goed was.”
Jij bent nu een spraakwaterval, maar als kind begon je pas te spreken toen je vier jaar was.
“In de eerste kleuterklas kon ik niet spreken. De andere kinderen zongen liedjes: ‘k Zag twee beren, broodjes smeren… Ik kon alleen maar uitbrengen: Nie hihihi hahaha! Omdat ik zelf niet kon meedoen. Dat was erg confronterend. Mijn ouders waren er ongerust over, mijn ma was onderwijzeres. Ik ben dan toch beginnen spreken dankzij een heel goede kleuterjuf en mijn ouders.”
En dan toch nog zo communicatief geworden!
“Ja, hoewel ik altijd een stille mens gebleven ben. Ik ben een vlotte prater en door mijn job en mijn bekend gezicht sta ik in gezelschap altijd in het middelpunt van de belangstelling. Maar van nature ben ik heel vaak stil en hoef ik niet het laatste woord te hebben. Het is niet zo dat ik de hele dag vol praat. Misschien heeft dat met mijn stille kinderjaren te maken.”
Heeft het je nog op andere vlakken beïnvloed?
“Ik ben heel dankbaar voor het onderwijs dat ik kreeg. Daarom werd ik voorzitter van het GO!-onderwijs in Blankenberge. Geen kwaad woord over het vrije net, maar ik heb veel kansen gekregen in het GO! In de eerste kleuterklas kon ik niet spreken en was dus als het ware de laatste van de klas. Het zesde middelbaar beëindigde ik als primus. Dat zal ik nooit vergeten. Daarom wou ik iets terugdoen. Ik heb mijn carrière zeker niet gestolen, maar soms krijgt een mens een duw die bepalend is voor het verdere leven. Die duw kreeg ik in die scholen. Het brengt mij ook terug naar mijn kindertijd in mijn thuishaven Blankenberge. De leerkrachten van toen zijn er niet meer, maar de gebouwen staan er nog.”
“In de GO!-scholen van Blankenberge kreeg ik de duw die bepalend was voor mijn verdere leven. Daar blijf ik dankbaar voor”
Ook voor dat voorzitterschap word je niet betaald?
“Alles wat ik voor het onderwijs doe, is gratis. Ik word ook niet betaald voor mijn lessen aan de Universiteit Gent. Ik verdien goed mijn brood hé. Geld is belangrijk, maar het is niet alles. Het gaat erom wie je bent als mens. Iedereen spreekt mij aan. Mensen die laag op de sociale ladder staan, zijn dikwijls mijn publiek.”
Je bent zelf ook erg begaan met armoede, las ik.
(barst in tranen uit, pauzeert even) “Sorry hoor, dat is echt een gevoelige snaar. Ik denk aan mensen die ik ken. Voor wie ik ook iets doe, al spreek ik daar nooit over. Het grijpt me aan omdat een aantal mensen die me volgen en me echt graag zien, in situaties zitten waarvan ik niet kon vermoeden dat ze bestonden. Dat is soms zo erg… Zeker als het om kinderen gaat. Zij kunnen er niets aan doen. Ik werd al met armoede geconfronteerd als voorzitter van het GO! Mensen spreken me aan, soms de kinderen zelf. Als het lukt hen te helpen, is de voldoening enorm.”
Met jouw sociale bewogenheid, zou politiek iets voor jou zijn?
“Ik kreeg al kansen, maar ik wil een weerman zijn voor iedereen. Ik heb veel contacten met politici, formuleer voorstellen en werk samen achter de schermen. Maar de vraag is wat ik kan betekenen in de samenleving. Politiek verdeelt ook mensen. Als wetenschapper en ambtenaar hoef ik niet te scoren. Ik heb geen eigen agenda. Mijn mama was 18 jaar schepen voor Open VLD in Blankenberge en daar heb ik veel respect voor. Maar ik denk dat ik meer kan bereiken als weerman en een stuk voor het onderwijs.”
Ben je een workaholic?
“Van de ergste soort. Dat zit in je. Ik werk heel graag. Dat is voor een stuk egoïstisch.Ik was elf jaar samen met een vriendin, maar ben nu alleenstaand. De combinatie van mijn carrière en privéleven had daar veel mee te maken. Maar mijn werk geeft me ongelooflijk veel voldoening. Ik wel over mijn gezondheid en ben gelukkig een goede slaper. Anders zou ik het niet volhouden. Ik ben geen drie maal zeven meer, ik word binnenkort 48. Ik voel me nog 30, maar durf toch al eens nee zeggen. Vroeger kon ik dat minder. Maar ik mag niet over de rooie gaan. Als ik een burn-out krijg, moet ik in vijf jobs vervangen worden.”
Als David voor lange tijd op reis zou gaan… p>
Hawaï: “Mijn werk zou ik enorm missen mocht ik voor lange tijd op reis gaan. Ik zou dus eerder kiezen voor een korte reis. Het liefst naar Hawaï. Al ben ik er nooit geweest, ik heb een zwak voor dat paradijselijke eiland. Een skiër ben ik niet, ik hou van zon, zee en zand. Ook de geschiedenis en het verhaal van de koningen van Hawaï boeit me. Met de crew van het schip zou ik me goed amuseren. En ik zou enkele vrienden en vriendinnen meenemen. Of ik niet zeeziek zou worden? Een cruiseschip zou moeten lukken. Die grote schepen hebben stabilisatoren.” p>
Smartphone: “Ik zou zeker mijn smartphone meenemen, zodat ik toegang heb tot de computers van het KMI en het weer kan voorspellen. Dat zou men van mij verwachten hé. Zeker op een boot, waar je soms in zwaar weer komt. Weersvoorspellingen kunnen dan erg nuttig zijn.” p>
Geen nieuwsaddict: “Ik volg het nieuws, maar ben geen addict. Ik zou het niet al te fanatiek volgen als ik op reis ben, het nieuws op mijn smartphone is al genoeg. Maar ik wil sowieso niet van informatie afgesneden zijn. Politiek en economisch nieuws, zaken die maatschappelijk relevant zijn… Ik volg het wel. Ook de resultaten van Club Brugge zou ik volgen, al ben ik een slechte supporter. Ik heb niet veel tijd.” p>
Vaste grond: “Vaste grond onder mijn voeten zou ik toch wel missen. Ik heb geen zeebenen. En verder zou ik alles van thuis missen. Het eten, mijn thuishaven Blankenberge, mijn televisiewerk, het KMI… Ook Oostende zou ik missen. Ik ben hier vaak, want ik werk hier voor een stuk.” p>
De Haan: “Mocht ik na de reis niet naar Blankenberge terug kunnen, ga ik naar De Haan. Ik vind het een heel mooie badplaats en dicht bij Blankenberge. Familie van mij heeft er nog gewoond en een café uitgebaat. Maar ook de Westkust spreekt me aan. De Panne bijvoorbeeld… Er zijn meerdere opties.” p>
Bio p>
Privé: Geboren in Brugge op 10 december 1970. Opgegroeid in Blankenberge, woont er nog altijd. Alleenstaand, geen kinderen. p>
Opleiding en loopbaan: Drie diploma’s burgerlijk ingenieur en een doctoraat ingenieurswetenschappen aan de VUB. Meteoroloog, diensthoofd weervoorspellingen en hoofd van kustweerdienst OMS in Oostende bij het KMI. Gastprofessor Universiteit Gent. Sinds 2003 weerman bij VTM en ook nog bij RTL TVI en Radio 2 Antwerpen, Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen. p>
Vrije tijd: Joggen, fitness, watertuinieren (waterplanten kweken), lekker uit eten gaan. p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier