“Channel Zero op Cactus? We spelen die wei plat!”

Franky De Smet-Van Damme. © Davy Coghe
Redactie KW

Op de startdag van het Cactusfestival metalgoeroe Franky De Smet-Van Damme opvoeren lijkt op het eerste gezicht niet erg logisch. Toch zijn er raakvlakken. De Channel Zero-frontman woont al jaren in Brugge én zou maar wat graag ooit op het Minnewaterpodium stappen. “Channel Zero op Cactus zou een waanzinnige impact kennen. Misschien moet er een metaldag komen?”, verrast hij.

Franky De Smet-Van Damme (of zeg maar Franky DSVD, red.) belandde ruim twee decennia geleden in onze contreien. De liefde verleidde hem naar de kust in Wenduine. Na de breuk met zijn ex-vrouw verhuisde de metalzanger naar het centrum van Brugge. “Ik vond dit altijd al een hele fijne stad. Bovendien loopt mijn dochter Kiki hier school in de Frères. Ik wou het niet te ver zoeken om toch voldoende tijd met haar te kunnen doorbrengen.”

Hoewel hij het West-Vlaams taaltje nog altijd niet machtig is – ons gesprek is getuige van de mengelmoes aan dialecten – voelt de geboren Oost-Vlaming zich hier helemaal thuis. Eerder dit jaar lanceerde DSVD nog zijn eigen bier Turbeau Noir op het Brugs Bierfestival en wordt het drankje al op verschillende plaatsen in de stad geserveerd. De grote doorbraak van Channel Zero kleurt bovendien ook erg West-Vlaams: over hun optreden op Torhout-Werchter ’95 – waar ze op de valreep de Amerikaanse rockband Live vervingen – wordt DSVD naar eigen zeggen nog dagelijks aangesproken. Op festivals bijvoorbeeld, waar de rocker nog altijd kind aan huis is. Vorige week ging hij met zijn dochter en vriendin nog naar P!nk en Tool kijken op Rock Werchter.

P!nk, is dat niet wat soft voor jou?

“P!nk is niet meteen mijn ding, maar Kiki wou het graag zien. Ik ben heel ruimdenkend. Het is lang niet zo dat ik enkel van hardrock hou.”

In eigen stad staat het Cactusfestival voor de deur. Verre van een metalfestival, maar kan het jou bekoren?

“Het concept klopt volledig. Het is zo’n festival dat net niet uit zijn voegen barst als het er propvol is. Het wordt prima beheerd. Ik hoorde wel van vrienden dat het wat duur is geworden, terwijl dat vroeger helemaal anders was. Cactus heeft sinds jaar en dag de uitstraling van een lokaal verhaal. Maar zij moeten ook mee met de tijd. Alle festivals zijn duur geworden en dat is ook logisch. De prijzen van de bands slaan op. Je kan niet om het gegeven van gedownloade muziek.”

Cactus waakt erg over zijn concept. Maar ik verzeker je dat Channel Zero een waanzinnige impact zou kennen

“Mochten wij als bands onze liveshows niet meer hebben, dan denk ik niet dat we nog zouden kunnen bestaan. Uit een streaming haal je letterlijk niets. Mijn digitale afrekening van 2017 was 49 euro. En dan waren wij honderdduizenden keren gedraaid op Spotify.”

Laat ons eens zot doen: Channel Zero op Cactus, zou dat werken?

“Ik verzeker je dat Channel Zero op het Cactusfestival een waanzinnige impact zou kennen. We zouden de wei plat spelen. Alleen denk ik niet dat de organisatie en het publiek zich kunnen vereenzelvigen met het hardrockidee. Cactus waakt erg over zijn concept. Maar misschien kan één dag aan hardere muziek gewijd worden? Ik zeg zomaar iets.”

Verliest het festival dan niet te veel aan imago?

“Dat festival is elk jaar quasi uitverkocht. Wat hebben ze te verliezen?”

Wat hebben ze erbij te winnen?

“Goh, veranderen van spijs doet eten, hé. Niets moet. Maar je mag één iets niet onderschatten. Overal waar er een soort rock-georiënteerd verhaal is, schiet de opbrengst van het bier de lucht in. Sommige organisatoren moeten geen twee keer nadenken. Waarom denk je dat de metaldag op de Lokerse Feesten zo’n succes is? Op die ene dag wordt er meer gedronken dan op twee derde van de rest van het festival.”

Dus: je zou graag eens op Cactus willen staan?

“Ja, natuurlijk. Dat zou een succes zijn. Ik durf daar mijn hand voor in het vuur steken. Als je dat goed uitspeelt, uiteraard. Ik nodig iedereen uit om in augustus naar ons te komen kijken (op 17 augustus speelt Channel Zero op Parkpop in Oostkamp, red.). Dat wordt pure chaos. Ik verwacht een explosie aan volk. Op het Brugs Bierfestival was net geweten dat we er zouden spelen. Dat was bijna meer de talk of the town dan mijn nieuwe bier. Oostkamp wordt dus de max. Het is ook ons enige optreden in West-Vlaanderen deze zomer en het is een tijdje geleden dat we nog in de regio hebben gespeeld.

Waarom richt je geen metalfestival op in Brugge? Of zou dat hier niet werken?

“Een metalfestival in Brugge zou een draagvlak kunnen hebben, maar dan moet alles juist zitten. Timing is bijzonder belangrijk. Je moet ook een goeie plek hebben. En welke bands zet je daar dan? Je moet je altijd afvragen: wat kun je doen met een concept? Bij mijn bier is dat ook zo. Bier uitbrengen is één ding, maar om dat optimaal te commercialiseren, is een ander gegeven.”

Is het contrast niet groot: de ruige metalwereld en jouw onrustige aard en een eerder kalme stad als Brugge?

“Ik vind Brugge net heel bruisend en actief. En contrasten zijn eigen aan de tijd. 30 jaar geleden keek iedereen raar op als er een metalhead voorbij wandelde. Nu is dat zo common geworden. Je moet tegenwoordig al zoeken naar winkels waar het personeel geen tattoo of piercing heeft. Het is zelfs een troef om te verkopen. Maar in sommige sectoren is de tijd wel blijven stilstaan. Ik ervaar conservatisme in de immowereld.”

De immowereld?

“Ik woon in het centrum van Brugge maar heb een grotere plek nodig om al mijn bier te stockeren. Het wordt wat krap. Enkele weken geleden kreeg ik te horen: ‘Je bent een alleenstaande vader met een dochter, zul je dit pand wel kunnen betalen?’ Ik heb ze gezegd dat ze me niet meer moeten bellen. Wat een tijdverlies. Weet je, ik zit al heel mijn leven in de business waarbij je niet weet wat er de volgende maand zal komen. Er zijn mensen met een stabiel leven en een vast inkomen.”

Als muzikant word je vaak als nietsnut bekeken. Je moet je 20 keer bewijzen

“Als iemand die al 15 jaar bij hetzelfde bedrijf werkt naar een bank of immokantoor stapt, dan zal die met open armen ontvangen worden. Als ik naar een bank ga, word ik eerst gefusilleerd. Na mijn uitleg beginnen ze dan te twijfelen om te helpen en voor je het weet willen ze dat ik de cd van hun zoon signeer. Als muzikant word je vaak als nietsnut bekeken. Je moet je precies 20 keer bewijzen. Soms heb ik het daar wel wat moeilijk mee.”

Franky De Smet-Van Damme.
Franky De Smet-Van Damme.© Davy Coghe

Wat vind jij van al die dj’s op festivals trouwens? Staan ze zomaar wat aan een knopje te draaien, zoals de kritiek vooral in rockmiddens vaak klinkt?

“Ik vind dat cru gesteld. In the end zijn we allemaal bezig met entertainment. De vraag is wel: wat is goed wat is slecht? Een band is complexer dan een dj die alleen is. Maar of je nu in rock, pop, metal of dance doet, kruip eens op een podium met 30.000 man voor je neus. Zorg maar eens dat het dan klopt. Kritiek leveren is makkelijk. De helft van die dj’s is trouwens ook producer. Begin er maar eens mee, met al die software een wereldhit maken.”

De tijden veranderen.

“Natuurlijk. Mijn grootvader dacht ook dat ik ketelmuziek maakte en zot was. Maar plots schrok hij zich een bult toen we in de krant stonden. Dan draaide hij wel bij. Alles evolueert. Binnen 20 jaar zal er nog altijd muziek gemaakt worden waarvan we dan denken: wauw. Wat zou er mis zijn met de wereld als ik op een dag tegen mijn kleinzoon zou zeggen: ‘miljaar, maak jij wel muziek?'”

Hoort Kiki jouw muziek eigenlijk graag?

“Ze is daar niet zo hard mee bezig. Ik dring dat ook niet op. Kiki moet haar eigen piste volgen. Ze is wel met muziek bezig. Ze volgt al elf jaar pianolessen. Maar ik denk niet dat ze daar verder in zal gaan. En ik denk ook: kind, maak het je misschien iets makkelijker in het leven. (lacht) Ze wil graag tandarts worden. Ze doet het goed op school, dus wie weet. Maar ze is nog veel te jong om al definitieve keuzes te maken. Mocht ze morgen voor iets anders kiezen dan is dat ook goed. Ik heb in mijn leven al alles gedaan, behalve waarvoor ik naar school ben geweest. De helft van mijn leven is me overkomen dankzij opportuniteiten. De een grijpt die en de ander niet.”

Tot slot: je bent 50 geworden dit jaar. Ben je daarmee bezig?

“Nee, totaal niet. Alles zit in perceptie. Ik heb een bier uitgebracht op mijn 50ste. Daar kruipt een bak tijd in, hoor. Volgend jaar vieren we de 30ste verjaardag van Channel Zero. Er zit dus wel nog wat aan te komen. Als je iets wil in je leven, dan moet je niet wachten tot het uit de lucht komt vallen. Dan koop je beter een lotje voor de lotto. Zolang je drive er is, moet je niet kijken naar je leeftijd. Er staat geen rem op mij.” (Thomas Rosseel)


DE TIPS VAN FRANKY


Lievelingsplekje

“Dan kies ik voor de Vesten, heel aangenaam. Als mijn dochter bij mij is, gaan we er weleens wandelen. Of met mijn vriendin, zij woont in Sint-Kruis.”

Eten & drinken

“Om te drinken kies ik voor de 2BE (Wollestraat, red.), waar ze mijn bier serveren. Dat is een multicultureel verhaal. De halve wereld komt daar toe en iedereen zit er op zijn gemak. Om te eten ga ik graag naar ‘T Schrijvertje (Gruuthusestraat, red.) en Het Visioen (Katelijnestraat, red.). Die gebruiken mijn bier om te koken. Het leent zich goed om stoverij mee te maken.”

Hobby’s

“Ik heb er eigenlijk te weinig. Ik zou iets meer moeten sporten. Ik ben wel heel vaak bezig met muzikale software. Dat is een stuk mijn hobby geworden. En ik lees af en toe. Naomi Klein bijvoorbeeld (Canadese journaliste, publiciste en activiste, red.). Over de impact van multinationals, en zo. Ik las onlangs ‘No logo’. Zo’n thema’s boeien me enorm. Het brengt ook inspiratie voor mijn nummers.”

Reizen

“Ik ben zot van Ibiza. Als ik daar toe kom, lijkt het net alsof ze de stekker hebben uitgetrokken. Ik krijg een oef-gevoel en kom er helemaal tot rust. Er hangt een bepaalde vibe op dat eiland, ik kan het niet goed uitleggen. Of ik de clubs dan afschuim? Ik ben er wel eens uit geweest maar het is echt vooral om te relaxen. Hier in België is het anders.”

Muziek

“Het hardrockverhaal is voor mij nog heel weinig verrassend, ook al zijn er best wel goeie bands die nog moeten doorbreken. Het mag voor mij al eens iets anders zijn. Ik ben een grote fan van Skrillex (Amerikaanse dj en producer, red.). Vooral van zijn zware en extreme werk. Dat heeft op een bepaalde manier iets weg van metal. Natuurlijk is het anders, want het is een gast op een laptop. Maar dat is de nieuwe vibe. Ik ben dan zo zot om naar Chicago te vliegen om die gast te gaan bekijken. De hele Skrillex-drive doet me denken aan Metallica, aan de sfeer daarrond. Dat is zo commercieel geniaal. Iedereen wil met hem samenwerken. Ik vind dat fascinerend.”