Wie Cathy Bertel niet zou kennen, kent ongetwijfeld één van haar creaties op het Sint-Amandsplein. Sinds Sinksen 2017 hangt daar aan de boom een schommelende speelcocon, die ze haakte rond een metalen frame. “Ik vind het fantastisch als ik carte blanche krijg voor mijn haakprojecten, dat toont ook een geweldig vertrouwen in mijn product. Het is zot dat ik van mijn passie een fulltime job kon maken.”
De dag nadat Cathy haar diploma behaalde, schreef ze zich in bij een interim-bureau. “Ik wou zo snel mogelijk geld verdienen om op reis te gaan. Dan werkte ik bijvoorbeeld een goed jaar om dan vervolgens vier maand te reizen tot het geld op was”, lacht Cathy. Zo ontdekte ze Thailand, Indonesië, Indië en ze reisde al twee keer naar The States. “Na mijn reisavonturen rolde ik in een job bij de spoorwegen, maar ik had nooit gedacht daar tien jaar te werken. Ik was toen al bezig met mijn haakwerk en gaf iedere woensdagnamiddag een basisworkshop in Café Congo. Iedereen legde toen drie euro in de pot en tegen het eind van de avond was dat geld op (lacht).”
Cathy kwam voor het eerst in contact met haken in het tweede leerjaar op school, sindsdien is ze niet meer gestopt. “Het grappige is dat ik dat eigenlijk helemaal niet goed kon, maar ik was daar wel altijd zot van.” Geïnspireerd door het materiaal en het handwerk van haar mama, die vaak truien aan het breien was, begon Cathy haar haakskills te verbeteren door het bekijken van YouTubetutorials.
Haken in XXL
“Ik ben opeens op het idee gekomen om de gewone handwerkpatronen op groot formaat uit te proberen, dit keer niet met wol, maar met stevig polyestertouw”, gaat Cathy verder. “Mogelijks kwam de inspiratie ook van de Japanse kunstenares Toshiko Horiuchi MacAdam (haar werk was ook te zien tijdens Paradise in de K, red.). Ik zag toen al het potentieel van textielkunst. Er zijn niet alleen mutsen en sjaals, maar textiel kan je zo groots aanpakken zoals je zelf wil.”
Cathy vertrok echter niet vanuit een bepaalde insteek, zoals het maken van iets functioneel of kunst, maar eerder “let’s go crazy”. “De laatste workshop die ik heb gegeven was ‘Pimp your balls’, een netje voor een oude kerstbal. Dat idee nam ik mee naar mijn zitbal thuis, waarop ik hetzelfde patroon heb toegepast”, vertelt Cathy. Vervolgens ging ze de bal op in een boom, zodat de kinderen erop konden schommelen. Dat was de allereerste creatie van haar haakproject ‘Den Draad’, intussen een goede acht jaar geleden. Met datzelfde werk was ze aanwezig op een picknick van Lieve Zusjes, Stoere Broers en enkele maanden later ontving Cathy een mail van Schouwburg Kortrijk. Zij organiseerden het kinderkunstenfestival Spinrag en vroegen of ze een speelelement kon voorzien. “Ik heb toen een ongelooflijk zware draak gemaakt met klimtouwen, opgevuld met ingezamelde oude kleren. Die techniekers hebben dat iedere nacht moeten binnenhalen en de volgende ochtend terugleggen op het Schouwburgplein. Vanaf toen heb ik besloten om lichtere opvulmaterie te gebruiken, zoals yogaballen”, vertelt Cathy. Uit die samenwerking zijn veel kansen voortgevloeid. “Toen ging het opeens heel snel, ik kreeg mails van jeugddiensten en organisaties van over heel Vlaanderen en ben in een sneltempo beginnen experimenteren en ben grotere speelinstallaties gaan maken. Die succesformule is Den Draad geworden.”
Het ging zodanig hard dat mijn zotte hobby opeens mijn job kon worden, wie had dat gedacht?
De naam komt van de welbekende sketch van ‘In de Gloria’. Intussen vind je het werk van Cathy ook in Nederland, Duitsland, Portugal en Spanje. “Het was eigenlijk nooit de bedoeling om zelfstandig te worden, maar het ging zodanig hard dat mijn zotte hobby opeens mijn job kon worden, wie had dat gedacht?”
Feu d’hiver
Cathy heeft in ongelooflijk veel ateliers gezeten: in een oud politiecommissariaat, boven een café, in Muster en de Watermolen in Heule. “Maar tijdens corona, toen er geen festivals meer waren en ik als een zot ben beginnen haken, ben ik gewoon uit mijn vorig atelier gegroeid.” Ze verhuisde naar de Bolwerksite, waar ‘Den Draad’-atelier zich momenteel bevindt. “Nu begint het ook alweer krap te worden (lacht), maar het is hier de max, omwille van het publiek en de algemene sfeer. In het weekend is de bar open en komen mensen eens binnenkijken. Ik vind dat fantastisch.”
Vorig jaar ging Cathy aan de slag met vijf kunstenaars om met textielkunst hun artistieke grenzen te verleggen. Ze hebben daarvoor een coachingtraject doorlopen met beeldend kunstenaar Jonas Vansteenkiste. “De samenwerking werd afgerond met een expositie in textielmuseum Texture, maar we hebben nog goesting om verder te gaan. Dus iedere vrijdagavond komen we hier samen en werken we verder. De deur staat altijd open, dus kom gerust binnen.”
Intussen kijken Cathy en de mannen van Bolwerk uit naar de kerstvakantie. “In de winter valt het festivalleven wat stil, maar ik heb wel ongelooflijk veel materiaal. Als ik alles zou uitstallen heb ik van wand tot wand een speelplein, en dat is exact wat we gaan doen.” In de kerstvakantie organiseert Bolwerk een winterbar in combinatie met “Den Draad indoor”. De opening van “Feu d’Hiver” is op 17 en 18 december. “In de zomer is er altijd van alles te doen, maar in de winter is het soms wat zoeken naar een activiteit met de kinderen. Ik hoop van deze alternatieve en gezellige binnenspeeltuin een vast concept te maken.”
Wie is Cathy Bertel?
Privé: Cathy (42) is geboren in Gent en heeft haar kindertijd en jeugd doorgebracht in Moeskroen. Na haar studies is ze in Kortrijk blijven plakken. Intussen woont Cathy hier al 20 jaar, samen met haar dochter Sam (13).
Opleiding: Na een tweejarige poging Kunstgeschiedenis aan de UGent koos Cathy voor Communicatiebeheer aan de hogeschool Hiepso (huidige Howest).
Werk: Na een periode van interim jobs, afgewisseld met reizen, heeft Cathy tien jaar gewerkt bij de NMBS in het callcenter in Brussel. Bij de opstart van haar haakproject probeerde ze de job nog een jaar deeltijds te combineren, maar ze besloot in 2017 volledig te gaan voor haar zaak ‘Den Draad’.