Brugse eeuweling André Penninck verklapt zijn geheim: “Van alles iets, van niets te veel”

Eeuweling André Penninck tussen zijn schildersezels. “Aan de Brugse Academie heb ik les gekregen van Lionel Poupaert, Jules Fonteyne en Guillaume Michiels.” © Davy Coghe
Stefan Vankerkhoven

Op 3 juli viert Bruggeling André Penninck zijn honderdste verjaardag. Niet alleen is hij een talent kunstschilder, hij zorgde er met zijn scherpe blik ook voor dat Cercle Brugge in 1968 kon promoveren naar tweede klasse…

André Penninck zag het levenslicht op 3 juli 1924 in zijn ouderlijk huis in de Blokstraat in Brugge. Hij gaat er prat op dat hij verre familie is van wijlen Achiel Van Acker. “Mijn moeder was de nicht van de gewezen premier en minister van Kolen Achiel Charbon. We woonden niet zo ver van elkaar. Achiel Van Ackers ouderlijk huis bevond zich in de Klaverstraat.”

Blauw Bloed

“Er stroomt blauw bloed door mijn aderen”, knipoogt de guitige eeuweling, die in de Diksmuidse Heerweg in Sint-Andries woont. “Mijn grootvader was een natuurlijk kind van de Kuurnse kasteelheer Octave Eugène baron Landas. Die bezwangerde op hetzelfde moment de barones en mijn overgrootmoeder, die dienstmeid op het kasteel was.”

“De stamboom van het adellijk geslacht Landas gaat terug tot het jaar 945, mijn voorouders namen deel aan de kruistochten. Ik ben hierdoor ook familie van de Belgisch tennisser Xavier Malisse”, aldus André Penning.

Verboden te baden

Na zijn humaniora in het Sint-Leocollege nam André Penninck kort na de Tweede Wereldoorlog met succes deel aan een vergelijkend examen bij het West-Vlaams provinciebestuur. Hij huwde in 1955 met Georgette Deleu, een boerendochter uit Geluveld. Hun huwelijk bleef kinderloos.

André Penninck bleef zijn hele loopbaan voor het West-Vlaams provinciebestuur werken, tot aan zijn pensioen in 1984. Hij schopte het tot afdelingschef van de dienst Onderwijs. Omdat hij zo goed kon tekenen, mocht hij voor de provincie het bord ‘verboden te baden’ ontwerpen.

Cercle

Jarenlang was André Penninck jeugdafgevaardigde bij Cercle Brugge. Hij zorgde ervoor dat groen-zwart in 1968 promoveerde van derde naar tweede klasse. “Voor de beslissende titelmatch stond Cercle één punt voor Eendracht Aalst. Jammer genoeg verloor Cercle die wedstrijd met 1-0. Het was mij opgevallen dat er bij Eendracht Aalst andere spelers – onder andere de reservedoelman – op het veld stonden dan op een krijtbord in het stadion geafficheerd stond.”

“Met andere woorden: de ploeg die op het scheidsrechtersblad stond, werd niet opgesteld. Niemand had dat in het ootje, maar ik heb ‘s anderendaags ondervoorzitter Robert Braet verwittigd. Cercle heeft klacht ingediend, in de tweede beroepsprocedure kreeg de Vereniging gelijk en verloor Eendracht Aalst de wedstrijd met 0-5. Zo kon Cercle promoveren.”

Kunstschilder

André Penninck was en is – vorig jaar vervaardigde hij nog meerdere schilderijen – een talentvol kunstschilder: “Ik heb aan de Brugse Academie les gekregen van Lionel Poupaert, Jules Fonteyne en Guillaume Michiels. Ze gaven les van 6 tot 8 uur ‘s morgens, voor ik naar mijn werk moest. Nadien heb ik nog gestudeerd aan de ABC-school in Parijs.”

“Er zijn vijftig individuele tentoonstellingen aan mijn werk gewijd. Je mag mijn schilderijen impressionistisch realisme noemen. Voor mijn landschappen put ik inspiratie uit het wisselend beeld van onze lucht.”

Blijven ademen

“Hoe het komt dat ik al zo lang leef? En dat zonder medicatie! Ik moet geen enkel pilletje slikken! Van alles iets, van niks te veel, is mijn levensmotto. En blijven ademen!”, knipoogt de guitige Brugse eeuweling.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier