Het Blauw Kruis van de Kust toont hoe ze voortaan werken : in gloednieuwe gebouwen, met meer ruimte voor de dieren, het personeel en de nieuwe functie als centrum voor dierenwelzijn. “Nu nog de omliggende gemeenten meekrijgen”, luidt het. Een delegatie van het stadsbestuur kreeg een rondleiding.
Na de Eerste Wereldoorlog veranderde de kijk op dieren omdat mensen ze steeds meer zagen als compagnons. In navolging van het Britse ‘Blue Cross’ werd in ons land 100 jaar geleden het Blauwe Kruis van België opgericht. James Ensor was in 1929 bij de oprichting van de lokale afdeling in de Falstaff. Voor het Blauw Kruis van de Kust werd in 1952 gebouwd in het Maria Hendrikapark op de locatie waar zopas de oude gebouwen werden afgebroken en de nieuwbouw verrees.
Dat had voeten in de aarde en het (vorige) stadsbestuur zegde pas na een jarenlange discussie toe dat ze borg zou staan voor de lening. “In de zomer van 2024 werd de eerste steen gelegd, twee maanden voor de verkiezingen”, herinnert Fabrice Goffin (Vooruit Plus) zich. Hij was toen als voorzitter de pleitbezorger van het dierenasiel. Zijn engagement bleef niet onopgemerkt : Goffin werd, mede door de stemmen van de dierenliefhebbers, gekatapulteerd in een schepenzetel. Van daaruit blijft hij hameren op dierenwelzijn. “Van Oostende de diervriendelijkste stad van Vlaanderen maken”, luidde het vorig jaar. Inmiddels werden stedelijke initiatieven genomen, zoals het opleggen van het verbod op het houden van dieren voor mensen die hun huisdier mishandelen. Vlaanderen kijkt belangstellend toe.
Volle capaciteit
De nieuwbouw kostte 2,5 miljoen euro; de stad Oostende zorgt voor het geld via een doorgeeflening. “Het Blauw Kruis betaalt de komende jaren het geld terug”, zegt Goffin. De nieuwe voorzitter William Springuel is tevreden : “Naast de onthaalruimte bevinden zich de lokalen waar we de adoptiegesprekken voeren en mensen ontvangen. In de rechtervleugel bevinden zich drie grote kattenverblijven en individuele hokken. Daarnaast is er een ruimte waar pas binnengebracht katten twee weken in quarantaine gaan.”
Het Blauw Kruis vangt momenteel een 60-tal katten op, ook via opvangmoeders voor de jongere dieren. William Springuel : “In de linkervleugel is er plaats voor 40 honden. Momenteel zijn hier nog maar 25 dieren. Na realisatie van de loopweide nemen we nog meer kennels in gebruik.”
In het gebouw bevinden zich ook voldoende opslagruimtes, leslokalen, een lokaal voor de dierenarts en nachtkluizen waar de politie zowel honden als katten kan achterlaten. Er is ook een ruimte voor de vrijwilligers; ze zijn al met meer dan 100.
Centrum voor dierenwelzijn
“Noem het geen dierenasiel maar een centrum voor dierenwelzijn”, benadrukt Fabrice Goffin. “Hier zullen we informatie geven, nieuwe katten- en hondenbaasjes begeleiden en er ook zijn voor mensen die met vragen zitten over hun dier. Op termijn denken we ook aan de verspreiding van dierenvoeding voor mensen die het moeilijk hebben.”
Vanuit het stadhuis zal de werking opgevolgd worden en komen er regelmatige bezoeken. Burgemeester John Crombez is al jaren vrijwilliger en adopteerde ook zijn viervoeter Ellie uit het asiel.
Loopweide
Op de plaats van het vroegere asiel komen loopweides. William Springuel : “Tegen eind dit jaar beschikken we over acht hondenlosloopweides van elk 120 vierkante meter.” Het Blauw Kruis wil de Oostendenaars betrekkken : in de lente wordt een opendeurdag gehouden in het nieuwe gebouw. Oostende is de motor van het project met een extra jaarlijkse subsidie van minstens 1 euro per inwoner. Maar er wordt ook gekeken naar de omliggende gemeenten.
“Elke gemeente is verplicht om een samenwerking te hebben met een dierenasiel”, zegt men fijntjes. In het verleden betaalden buurgemeenten Bredene (18.000 inwoners), Oudenburg (10.000 inwoners) en Gistel (12.000 inwoners) een kleiner deel : 0,25 of 0,33 euro per inwoner. Bredene gaat als eerste in op de vraag die al enkele jaren oud is : men zal voortaan 1 euro per inwoner subsidie voorzien. “Met Gistel en Oudenburg lopen de gesprekken”, klinkt het voorzichtig.
8400
