Volgens CD&V Blankenberge-Uitkerke wordt er tijdens de weekends te weinig stadspersoneel ingezet met als resultaat uitpuilende vuilnisbakken in het straatbeeld.
“Ondanks beloftes om vanaf mei extra personeel in te zetten, zagen we tijdens drukke weekends toch weer kleine vuilnisbelten ontstaan. Ook dit weekend kon je er weer niet naast kijken”, klaagt raadslid Sandy Buysschaert aan. De oorzaak is volgens CD&V het schrappen van personeelsinzet op weekenddagen.
“Begin januari al, toen de vuilnisbakken in het laatste weekend van de kerstvakantie óók uitpuilden, heb ik het probleem bij de nieuwe bestuursploeg aangekaart. Tijdens de paasvakantie was het probleem nog erger en dan zijn we er met onze fractie over tussengekomen in de gemeenteraad. De belofte om vanaf mei extra personeel te voorzien, werd echter niet nagekomen: de overvolle vuilnisbakken zijn tijdens elk druk weekend een terugkerend beeld. Dat laat een vieze indruk na die het imago van Blankenberge als toeristische badstad niet ten goede komt”, klinkt het.
CD&V dringt aan op de nodige personeelsbezetting tijdens de weekends en vakantieperiodes. “Kortom, telkens wanneer er zich toeristische pieken aankondigen”, aldus Sandy Buysschaert, “want uit ervaring weet ik dat er dan een tweede en tijdens de zomermaanden zelfs een derde ledigingsronde nodig is.”
Onvermijdelijk
Volgens schepen voor Afvalbeheer Jurgen Content (Vooruit) is er elk weekend een ploeg op pad, en dat zowel op zaterdag als op zondag. “Maar als de massa van het strand komt, zitten zelfs de leegste vuilbakken in een halfuurtje propvol. Dat was met Buysschaert als bevoegd schepen niet anders. Het punt is dat, als de ploegen weer opkomen, het sowieso hun eerste werk is om de boel op te ruimen. Dat gebeurt ook telkens”, zegt hij.
De conclusie is volgens de schepen dat uitpuilende vuilnisbakken op bepaalde momenten onvermijdelijk zijn. “Zelfs al zouden er duizend staan, dan nog zou je uitpuilende vuilnisbakken in het straatbeeld zien. We kunnen niet permanent bij elk exemplaar een personeelslid plaatsen.”