Vlaams minister-president Geert Bourgeois zit sinds zondagmiddag ongewild in het oog van de storm na zijn ‘spuwen-uitspraak’ in zijn toespraak voor de Vlaamse feestdag.
“Het is te gek voor woorden dat ik op mensen zou spuwen, dat mijn partij op mensen zou spuwen”, zo reageert Bourgeois op de commotie die is ontstaan. “Het is een beeld dat ik gebruikt heb om een situatie aan te klagen.” Over de communautaire tegenstellingen zei hij: “De taalgrens is een stakingsgrens geworden en Vlamingen spuwen daarop.”
Die uitspraak botste niet alleen op kritiek van de oppositie, maar ook de eigen viceminister-president Hilde Crevits distantieerde zich van die uitspraak. Zij benadrukte dat Bourgeois zijn uitspraken in persoonlijke naam had gedaan en niet namens de regering. “Vanuit CD&V ‘spuwen’ we niet op mensen, ook niet als we het niet eens zijn met bepaalde keuzes die aan de andere kant van de taalgrens worden gemaakt”, zei Crevits.
In Het Journaal op VRT zondagavond zag Bourgeois zich genoodzaakt zijn communicatie bij te sturen. “Dat was geen uitspraak over Franstaligen. Het is te gek voor woorden dat ik op mensen zou spuwen, dat mijn partij op mensen zou spuwen.” Volgens Bourgeois wilde hij met zijn uitspraken vooral een beeld gebruiken om de situatie rond de stakingen aan te klagen. “Vlamingen willen vooruit en willen werken. Het gaat beter in Vlaanderen. Dat was mijn boodschap. Maar men fixeert zich op één woordje om de grote boodschap te verdrinken.”
(Belga)