Paul Bekaert is een wereldwijd gewaardeerd advocaat. Simon Bekaert is zijn zoon, eveneens advocaat maar vooral politicus: Simon is provinciaal voorzitter van Vooruit. Wij zetten de twee welbespraakte heren aan tafel voor een stevige boom over de gespannen relatie tussen justitie en politiek. Aanleiding: de stroom aan hevige reacties op het vonnis voor de Reuzegommers na de dood van Sanda Dia.
Heren, laten we beginnen met het controversiële TikTok-filmpje, waarin CD&V-voorzitter Sammy Mahdi het gerecht stevig op de korrel neemt. Wat vindt u: moet dit kunnen?
Simon: “Dat een politicus over een vonnis spreekt, vind ik goed. Ook de mensen spraken erover, zelfs bij de bakker hier in Tielt. Het is de taak van politici om bezorgdheden te capteren. Alleen: als je dit doet, moet je ook oplossingen op tafel leggen. Dat heb ik hem niet horen doen. Mahdi wou vooral meesurfen op het onbehagen dat leeft onder de bevolking. Hij heeft de boel doen escaleren. Dat zijn wij gewoon van extreme partijen zoals Vlaams Belang, maar niet van partijen die meebesturen. Ik vond dat een gemiste kans.”
Paul: “Ik was gechoqueerd. Ik vind het volstrekt misplaatst dat een partijvoorzitter van de meerderheid kritiek geeft op een vonnis van de rechterlijke macht. Dat druist in tegen de scheiding van machten, zoals voorzien in de grondwet. Bovendien: als hij een werkstraf maar niets vindt, dan moet hij deze afschaffen in het parlement. Het is de politiek die bepaalt welke wetten de rechter kan uitspreken. Zijn denigrerende commentaar was beneden alle peil. Ik ben er zeker van dat Mahdi de opiniepeilingen beter gelezen heeft dan het arrest zelf. Gelukkig is hij teruggefloten door zijn partijgenoot Koen Geens. De politiek mág kritiek geven op de werking van justitie, maar níet op een vonnis in een concrete zaak.”
Simon: “Ik sta niet helemaal op dezelfde lijn als mijn vader. Als een vonnis zoveel maatschappelijke commotie opwekt, dan mag de politiek dat capteren. De vraag is: wat doe je daarmee? Pook je het ongenoegen verder op, zoals Mahdi doet, of leg je oplossingen op tafel?”
Ook uw voorzitter Conner Rousseau liet noteren dat de straffen te mild zijn en dat dit wantrouwen opwekt tegenover het gerecht.
Simon: “Waarmee hij een terecht debat aansneed, want dat wantrouwen bestaat. Maar Conner heeft geen opruiende taal gebruikt. Dat is het grote verschil met Sammy Mahdi. Hij heeft de boel niet doen escaleren.”
Paul: “Niet akkoord, ook Conner had moeten zwijgen. Ik heb het arrest gelezen: het zijn 116 pagina’s. Het klopt niet in de feiten dat de Reuzegommers milde straffen gekregen hebben. Drie van de beklaagden hebben zelfs de maximale werkstraf gekregen. Er zijn wel twee vrijspraken die in mijn ogen juridisch betwistbaar zijn, dat moet ik toegeven. Maar verder kan je niet spreken over milde straffen.”
“Sommige politici willen de rechterlijke macht inperken. Ik noem het een georkestreerde aanval” – Paul Bekaert
Wat we nu meemaken – dat politici van alle strekkingen kritiek geven op vonnissen –, is dat een nieuwe evolutie?
Paul: “Grotendeels wel. Zeker de mate waarin het gebeurt, is nieuw. Het is bijna non-stop. Ik noem het een georkestreerde aanval op justitie. Elke keer dat een rechter een uitspraak doet over migratie, zedenfeiten en andere maatschappelijk gevoelige thema’s, krijgen we kritiek te horen vanuit de politiek. En waarom doen ze dat? Omdat ze denken daarmee stemmen te winnen. Het is puur populisme. Sommige politici – vooral ter rechterzijde – vallen de magistratuur zelfs persoonlijk aan, met naam en toenaam. Dat maakt me heel bezorgd.”
Volgens het College van de hoven en rechtbanken wordt door deze opruiende taal de rechtstaat begraven. Is dat echt zo? Of is dat overdreven?
Paul: “Dat is zeker zo. (op dreef) Waarom is de rechtstaat zo belangrijk? Omdat het de burger beschermt tegen de staat. De rechtstaat zorgt ervoor dat de overheid haar macht niet kan misbruiken. Sommige politici willen echter deze rechterlijke macht inperken. Als ze daarin slagen, is het einde niet in zicht.”
Simon: “Ik zie het niet zo dramatisch. Veel heeft ook te maken met de sociale media en de werking daarvan. De sociale media geven een megafoon aan het ongenoegen dat er leeft. Vooral extreemrechts profiteert daarvan.”
Paul: (knikt) “En wie organiseert en financiert deze mechanismen? Ook extreemrechts. Om het onbehagen te voeden. Maar dat gebeurt natuurlijk achter de schermen.”
Simon: “Dat is inderdaad een gevaar voor onze rechtstaat. We hebben in Amerika al gezien waartoe dat kan leiden. Ook Russische trollen zijn erg bedreven daarin. Maar Sammy Mahdi weegt volgens mij toch te licht om de rechtstaat te begraven.” (lacht)
Paul: “Je moet het ook in breder perspectief zien. Kijk naar Israël, kijk naar Hongarije, kijk naar Polen: dat zijn drie rechtstaten waar de regering het Grondwettelijk Hof wil kortwieken. Dat is een gevaarlijke evolutie.”
“Je kan niet ontkennen dat er soms sprake is van klassenjustitie” – Simon Bekaert
In eigen land pleit Sander Loones (N-VA) voor het mogelijk maken van een volksberoep, waarbij het parlement een beslissing van het Grondwettelijk Hof kan terugschroeven.
Paul: (pikt in) “Dat staat op dezelfde lijn. Ook dit voorstel is een symptoom van het hele klimaat dat ik zonet geschetst heb: politici die de rechterlijke macht willen inperken.”
Simon: “Ik begrijp voor een stuk waar Sander Loones naartoe wil. Ik heb soms ook problemen met de reikwijdte van de beslissing van een rechtbank. Een voorbeeld: het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft enkele jaren geleden alle Europese landen de Salduz-wet opgelegd. Dat wil zeggen dat iedereen al van bij het eerste verhoor door de politie een advocaat moet hebben. Ik vind dat verregaand. Dat kan misschien nodig zijn in een land zoals Turkije, maar dat had niet gehoeven voor België. Máár: ik vind zijn oplossing geen goede oplossing. Hij wil de gewone wetgever laten beslissen over de grondwet: dat wringt bij mij. Bovendien is Loones heel selectief in zijn kritiek. Hij vindt een rechter alleen activistisch als een uitspraak hem niet zint.”
Paul: “De resolutie die de N-VA uiteindelijk heeft goedgekeurd op haar congres, blijkt toch een stuk beperkter dan wat Loones eerst lanceerde, maar goed. Het is opnieuw een teken dat het democratische vuur in onze samenleving op een laag pitje staat. We hebben dat ook gezien tijdens de coronacrisis. De politiek is toen veel te laks omgegaan met onze democratie. Men heeft zelfs grondwettelijke rechten ingeperkt zonder wetgevende basis.”
Dat is een kritiek die uw partij dikwijls krijgt, Simon.
Simon: (blaast) “Ik ben blij dat Frank Vandenbroucke aan het roer stond tijdens de coronacrisis. Zonder zijn streng beleid waren er nog meer doden gevallen. En uiteindelijk is dat niet ten koste van de democratie gegaan, hé. Oké, de regering had eerder naar het parlement moeten gaan. Maar dat is vooral een academische discussie. Wie ligt er daar wakker van?”
Paul: “Omdat er te weinig democratisch besef is.”
Simon: “Ik zie dat anders. Misschien is dat het verschil tussen onze generaties?” (lacht)
Wat zou een verkiezingsoverwinning van Vlaams Belang betekenen voor onze rechtstaat?
Simon: “Dát zou pas een gevaar zijn. In elk land waar extreemrechts aan de macht komt, worden de vrijheden ingeperkt en de oppositie monddood gemaakt.”
Paul: “Zie de ongeziene hetze die ze voeren tegen Dalilla Hermans in Brugge. Dat is iemand moreel liquideren, kaltstellen zeg maar. Als deze mensen aan de macht komen, gaan zij op structurele basis andersdenkenden het zwijgen opleggen.”
Laten we ook eens naar justitie zelf kijken. Was er in de zaak van de Reuzegommers sprake van klassenjustitie?
Paul: “Ik vind dat niet. Als er klassenjustitie bestaat, dan is het de schuld van de wetgever, van het parlement. Ik verwijs naar de minnelijke schikking – de afkoopwet. Dat wil zeggen: als je genoeg geld hebt, dan kan je je straf afkopen. Het is de wetgever die klassenjustitie mogelijk maakt.”
Simon: (knikt) “Dat klopt. Nu goed: je kan niet ontkennen dat er soms wel sprake is van klassenjustitie. In theorie oordeelt Vrouwe Justitia met blinddoek en weegschaal, maar in de praktijk is elke rechter een mens van vlees en bloed, met een eigen overtuiging, een eigen achtergrond, enzovoort. De ene is strenger voor milieudelicten dan de andere, enzovoort. (even stil) Maar is dat alleen een probleem bij Justitie? Waarom weigeren de media in deze zaak om namen te noemen – zelfs na de veroordeling? Ik vind dat bizar. De zittingen waren openbaar, hé.”
Paul: “De media hadden de namen van de veroordeelden moeten bekendmaken. Ze doen dat van iedereen, maar niet in deze zaak. Dat roept vragen op. Waarom?”
Simon: “Dat heeft te maken met de achtergrond van de Reuzegommers, volgens mij.”
Paul: “De conclusie is: we leven in een klassenmaatschappij. De hoger opgeleiden en de vermogenden vinden op élk vlak makkelijker hun weg.”
Volgens uw collega Johan Platteau in Humo kan je als advocaat rijke cliënten ook beter verdedigen. Ook dat leidt tot klassenjustitie.
Paul: (fel) “Dat is onzin. Ik heb veel pro deo’s gedaan in mijn 50-jarige carrière. Ik heb mij voor elk van die zaken evenveel ingespannen als voor zaken van rijke cliënten. Advocaten die zoiets zeggen, moeten vooral naar zichzelf kijken.”
Simon: (knikt) “Als je beslist om een cliënt te verdedigen, dan ga je daar voluit voor. Misschien dat een aantal bling-bling-advocaten dat niet doet, maar veel anderen wel. Dat de toegang tot het gerecht te duur is: dat is wel een probleem. Ik betreur nog altijd de btw die de vorige regering heeft ingevoerd op de advocatenkosten. Dat was een foute maatregel die de ongelijkheid versterkt.”
Wou huidig Justitieminister Vincent Van Quickenborne (Open VLD) niet zorgen voor een eerlijker apparaat?
Paul: (droog) “Daar heb ik niet veel van gemerkt.”
Simon: “Hij had twee grote intenties toen hij aan zijn opdracht begon: de digitalisering en de toegang. Op vlak van digitalisering zitten we eindelijk op het goede spoor. Justitie is met 23 jaar vertraging de 21ste eeuw ingetreden. Op vlak van toegang is er helaas weinig vooruitgang geboekt. Justitie is voor veel mensen te duur.”
Paul: “Ik moet denken aan de uitspraak van Carl Devos in Humo: Van Quickenborne is eigenlijk een verkoper bij wie je je soms afvraagt of je niet te veel betaald hebt.” (lacht)
Wie is Paul Bekaert?
– Geboren op 9 december 1948 in Kortrijk.
– Licentiaat in de Rechten (KU Leuven).
– Woont in Tielt met zijn vrouw Trui. Vader van twee zonen.
– Advocaat aan de balie van Brugge sinds 1974.
– Advocaat bij het Internationaal Strafhof in Den Haag.
– Wereldwijd geroemd voor zijn expertise in mensenrechten. Carles Puigdemont is een van zijn bekendste cliënten.
– Auteur van De sluipende staatsgreep – pleidooi van een romantisch advocaat (2019, Lannoo).
Wie is Simon Bekaert?
– Geboren op 12 oktober 1977 in Tielt.
– Licentiaat in de Rechten (KU Leuven).
– Woont in Tielt met zijn vrouw. Vader van drie kinderen.
– Advocaat aan de balie van Brugge sinds 2007.
– Was schepen in Tielt van 2013 tot 2018.
– Provincieraadslid sinds 2013.
– Provinciaal voorzitter van Vooruit sinds 2019.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier