“Ik ben niet zoals politici van traditionele partijen”: wordt Ilona Vandenberghe (58) de eerste West-Vlaamse communiste in het parlement?

Ilona Vandenberghe is de nieuwe lijsttrekker van de radicaal-linkse PVDA voor het Vlaamse halfrond. © Christophe De Muynck
Paul Cobbaert
Paul Cobbaert journalist

Wordt Ilona Vandenberghe de allereerste West-Vlaamse communiste in het parlement? De kans is alvast groot. Ilona wie, denk je? Wel, deze 58-jarige lerares is de nieuwe lijsttrekker van de radicaal-linkse PVDA voor het Vlaamse halfrond. Hoog tijd dus voor een kennismaking met deze kleindochter van Oostendse vissers die ooit uitweken naar … Argentinië. “De andere partijen zien de mensen als kiesvee.”

Ilona Vandenberghe is een atypische politica. “Zou je niet beter Natalie interviewen?”, zei ze toen ik haar opbelde voor deze reeks. Natalie: dat is Natalie Eggermont, haar partijgenote die lijsttrekker is voor het federaal parlement. Zoveel altruïsme, dat had ik nog niet meegemaakt in de politiek, moet ik zeggen. Uiteraard was het antwoord neen. Integendeel: haar vraag triggerde mij om meer te weten te komen over deze vrouw.

We hebben afspraak bij haar thuis. Dat is een rijwoning in een buitenwijk van Oostende. Vandenberghe is al 35 jaar lerares van beroep. Ze doceert momenteel Spaans in het volwassenenonderwijs. De verwelkoming is alvast hartelijk. Mét geurende koffie. Wat mij opvalt in haar woonkamer: geen televisie. “Als we iets willen kijken, dan doen we dat op onze smartphone.” Wat ook opvalt: veel kleurrijke foto’s van exotische reizen. “Mijn man is hobbyfotograaf.”

First things first: doet u niet graag interviews, mevrouw Vandenberghe?

“Jawel, toch wel. (lacht) Het was een automatische reflex van mij. Natalie is onze woordvoerster in West-Vlaanderen, vandaar. Ik dacht dat jij het interessanter zou vinden om haar te interviewen. Begrijp me niet verkeerd: ik ben blij dat we dit interview doen, dat je interesse toont in wie ik ben, maar het gaat voor mij niet over mijn ego. Ik ben wellicht niet zoals politici van traditionele partijen.”

Bent u blij dat u de lijst mag trekken voor het Vlaams parlement?

(enthousiast) “Absoluut, laat daar geen twijfel over bestaan. Het is ook mijn ambitie om verkozen te worden. Ik denk dat ik de geschikte persoon ben om de West-Vlamingen te vertegenwoordigen in Brussel. Ik weet waar gewone mensen van wakker liggen, omdat ik zelf een gewone mens ben.”

“Het is tijd dat wij een West-Vlaming naar Brussel mogen sturen en ik denk dat ik de geschikte persoon ben”

Dat is tegenwoordig een populaire term in politieke kringen. Wat zijn dat voor u: gewone mensen?

“Dat zijn de mensen die elke dag moeten werken om een loon te krijgen. Dat zijn de mensen in het onderwijs, in de zorg, in onze fabrieken, noem maar op.”

Ik ben een kleine zelfstandige. Ben ik een gewone mens in uw ogen?

“Jawel, de meeste kleine zelfstandigen moeten hard knokken om rond te komen. Ik zie dat ook in Oostende, waar veel kleine zaken failliet gaan. Tegelijk krijgen de multinationals heel de tijd fiscale cadeaus van onze regeringen. Dat willen wij veranderen. Het is tijd dat de superrijken meer bijdragen.”

Waar liggen die gewone mensen van wakker? Is dat vooral van migratie?

“Neen, volgens mij niet. De grootste bezorgdheid is koopkracht. Dat blijkt ook uit de bevragingen die wij doen. Alles is duurder geworden: voeding, energie, noem maar op. Wij willen daar iets aan doen. Het is toch niet normaal dat een winkelkar vlak over de grens met Frankrijk zoveel goedkoper is dan hier?”

Dat heeft te maken met de hoge loonkosten in ons land, zeggen de bedrijven.

“Dat klopt niet. Het zijn de voedingsmultinationals die altijd meer winst willen maken. De loonnormwet verhindert bovendien dat onze lonen stijgen.”

Zou u het onderwijs opgeven voor het parlement?

“Als ik verkozen word? Ja. (denkt na) Dat is een moeilijke afweging geweest, maar het moment is aangebroken om deze stap te zetten. Mijn hart bloedt als ik zie hoe de politiek omgaat met het onderwijs. Ben Weyts (N-VA) zegt dan wel graag dat hij goed bezig is, maar ik zie geen realisaties. Het lerarentekort bijvoorbeeld: er zijn zoveel collega’s die stoppen omdat ze het beu zijn.”

Het onderwijs smeekt inderdaad om leerkrachten en toch wil u vertrekken?

(lacht) “Ik weet het. Ik doe het nog altijd graag, hoor. Al ben ik de zinloze planlast ook beu. Maar ik denk dat ik vanuit het parlement een groter verschil kan maken.”

Wat zou het eerste zijn dat u doet, als u minister van Onderwijs zou zijn?

(aarzelend) “Dat is een moeilijke vraag. Eén iets? Dan zou ik eerst het lerarentekort aanpakken. Dat is vandaag de grootste uitdaging. We moeten vermijden dat jonge leerkrachten afhaken. Wij zouden het daarom nuttig vinden om hen beter te begeleiden. Je zou hen in het begin wat minder lesuren kunnen geven, maar wel een volledig loon. Dat zou voor meer ruimte zorgen om lessen voor te bereiden. Wij zouden ook oudere leerkrachten inschakelen om jongere collega’s te begeleiden. Daarnaast willen wij een maximumfactuur invoeren in het secundair onderwijs en gratis warme maaltijden geven aan alle leerlingen.”

Dat klinkt leuk, maar wie gaat dat betalen?

“Dat is een kwestie van keuzes maken. Er is geld genoeg. Je zou eens moeten onderzoeken hoeveel subsidies onze bedrijven elk jaar krijgen. Wij willen andere keuzes maken. Het onderwijs moet weer betaalbaar zijn voor iedereen.”

U doceert Spaans. Vanwaar komt uw liefde voor deze taal?

“Dat is een heel verhaal. (lacht) Mijn twee grootvaders waren vissers, hier in Oostende. In de jaren vijftig van de vorige eeuw was het crisis in hun sector. Enkele vissers, waaronder mijn grootvaders, hebben toen hun spaarcenten samengelegd om enkele boten aan te kopen. Ze zijn vervolgens naar Argentinië vertrokken, om daar te gaan vissen. Waarom naar daar, weet ik eigenlijk niet. Maar feit is dat mijn papa en mijn mama elkaar daar hebben leren kennen. Als kind. Later zijn ze elkaar opnieuw tegengekomen in het uitgaansleven van Oostende. Zo zijn ze een koppel geworden.”

“Mijn twee grootvaders waren vissers, hier in Oostende”, vertelt Ilona.
“Mijn twee grootvaders waren vissers, hier in Oostende”, vertelt Ilona. © Christophe De Muynck

Wat een uniek verhaal, zeg.

“Ja, hé. Mijn ene grootvader is daar gestorven op behoorlijk jonge leeftijd. Ik heb hem dus nooit gekend. Mijn andere grootvader is weer naar hier verhuisd met zijn vier jongste kinderen. Zijn oudste zoon is daar gebleven, omdat hij daar een vriendin had. Ik heb dus veel familie in Argentinië en dat is waarom ik Spaans wou leren.”

Waren uw ouders ook vissers?

“Neen. Mijn papa was opvoeder in de stedelijke vakschool en mijn mama was huisvrouw voor de kinderen.”

Hoe bent u bij de PVDA beland?

“Dat is het resultaat van een lange zoektocht. Ik heb in 2009 mijn eerste lidkaart gekocht. Ik was altijd al bezig met onrecht in de samenleving. Dat heeft me altijd al kwaad gemaakt. Dat heb ik van mijn mama. Ik herinner me dat we eens samen in de groentewinkel stonden. Ik was amper acht jaar, denk ik. Ze wou appelsienen kopen, maar toen ze hoorde dat die van Zuid-Afrika kwamen, wou ze die niet meer. Mijn mama wou op elke mogelijke manier het apartheidsregime boycotten. Ik ben lang zoekende geweest naar hoe ik mijn engagement best kon inzetten. Dat begint bij vrijwilligerswerk, maar na verloop van tijd kom je tot het besef dat je de politiek nodig hebt om echt iets te veranderen.”

En waarom dan de radicaal-linkse PVDA?

“Omdat dat de enige partij is die van onderuit vertrekt. De andere partijen zien de mensen als kiesvee. Zij zeggen: Stem voor ons, en wij gaan het oplossen. Maar uiteindelijk doen ze dat niet. De PVDA werkt omgekeerd. Wij vertrekken vanuit de bekommernissen die leven op straat en deze nemen we mee naar het parlement. Wij willen de mensen meetrekken in onze strijd.”

Tot 2008 dweepte uw partij met dictators zoals Mao en Stalin. Was dat voor u geen struikelblok?

“Neen, want ik was daar niet mee bezig. Ik was met andere dingen bezig, met onrechtvaardigheden. (windt zich op) Waarom blijven deze vragen altijd maar terugkomen? Dat begrijp ik eigenlijk niet.”

Omdat sommigen in uw partij daar blijven mee worstelen. Ook over deze vraag: was Stalin een massamoordenaar? Wat zegt u daarop?

“Ja, ik denk van wel, ja. (even stil) Wij hebben toch duidelijk komaf gemaakt met het verleden? Elke partij evolueert en als ik zie hoe onze partij vandaag is, dan ben ik daar heel fier op.”

Vijf jaar geleden was u ook al lijsttrekker, maar dan voor het federaal parlement. Toen is het niet gelukt om een zetel binnen te halen in onze provincie. Waarom zou het deze keer wel lukken?

“Omdat wij veel bekender zijn dan toen. Dat is het grootste verschil. Je hoort dat ook op straat. Vijf jaar geleden hadden de mensen dezelfde bekommernissen, maar ze wisten toen nog niet wie wij waren. Wij hebben de voorbije jaren aan geloofwaardigheid gewonnen, onder meer door de graaischandalen naar buiten te brengen, maar ook door de btw-verlaging op energie te realiseren. De mensen weten intussen dat wij in het parlement hetzelfde zeggen als op straat. Bovendien zijn de mensen nog meer dan toen gedegouteerd door de traditionele partijen.”

Toch lijkt vooral Vlaams Belang met de proteststemmen weg te lopen. Hoe verklaart u dat?

“Zij schoppen naar beneden. Al wat fout loopt in de samenleving, is volgens hen de schuld van de vreemdelingen. Zij versterken op die manier de angst die er leeft onder de mensen. De mensen zien dat hun loon niet stijgt, dat hun pensioen laag is, dat er bespaard wordt op de openbare diensten. Dat maakt hen bezorgd. Dan komt daar het Vlaams Belang dat zegt dat alles opgelost wordt als je de vreemdelingen buitensmijt. (benadrukt) Dat is fascisme en dat is het verschrikkelijkste wat er is. Wij staan de komende maanden voor de grote uitdaging om de mensen te tonen dat Vlaams Belang een asociale partij is die in het parlement tegen hun belangen stemt. In de feiten steunen zij vooral het grootkapitaal, net zoals alle rechtse partijen.”

U bent ook de kopvrouw van PVDA in Oostende. Wat verkiest u straks: een zetel in het Vlaams parlement of een zetel in de Oostendse gemeenteraad?

“Dat is een heel moeilijke keuze. (blaast) Als ik móet kiezen, dan zeg ik het parlement, omdat je daar op grotere schaal het beleid kunt veranderen. Het is echt tijd dat wij een West-Vlaming naar Brussel mogen sturen.”

“Wat zijn de problemen in Oostende? Armoede en wonen. Wat doet het bestuur? Luxeflats bouwen op Oosteroever”

Wie wordt de volgende burgemeester van Oostende?

“Dat wordt John Crombez (Vooruit), denk ik. Ik ben daar zelfs redelijk zeker van. Je voelt dat iedereen deze coalitie beu is. Iedereen zegt: Bart Tommelein (de huidige burgemeester, Open Vld, red.) moet weg. Wat zijn de grote problemen in Oostende? Dat zijn armoede en wonen. Onze sociale woningen zijn er erbarmelijk aan toe. Maar waar is het bestuur mee bezig? Met de ontwikkeling van luxeflats op Oosteroever. Daar gaan geen gewone werkmensen wonen, hoor.”

Zou u hier mee willen besturen met Vooruit?

“Als de kiezer de kaarten goed legt, dan moet dat kunnen. In Zelzate bewijzen wij dat we samen kunnen besturen. Daar is de gemeentelijke belasting voor gewone mensen verlaagd, terwijl de grote bedrijven meer moeten betalen. We hebben ook een goede en hartelijke verstandhouding met John. Ik vind hem een oprecht politicus. Dus ja, samen besturen moet kunnen. Maar we zullen dat alleen doen als we een wezenlijk verschil kunnen maken. We gaan niet meedoen om de hoop te vullen.”

Alle lijsttrekkers bekend

Sinds ook Groen zijn lijsttrekkers bekendmaakte, zijn alle West-Vlaamse kopstukken voor de Vlaamse en federale verkiezingen bekend. Een overzicht.

Vlaams Parlement

N-VA: Sander Loones (Koksijde)

Vlaams Belang: Immanuel De Reuse (Roeselare)

CD&V: Hilde Crevits (Torhout)

Vooruit: Pablo Annys (Brugge)

Open VLD: Jasper Pillen (Brugge)

Groen: Jeremie Vaneeckhout (Anzegem)

PVDA: Ilona Vandenberghe (Oostende)

Kamer

N-VA: Jean-Marie Dedecker (Middelkerke)

Vlaams Belang: Wouter Vermeersch (Kortrijk)

CD&V: Nathalie Muylle (Roeselare)

Vooruit: Melissa Depraetere (Harelbeke)

Open VLD: Vincent Van Quickenborne (Kortrijk)

Groen: Matti Vandemaele (Kortrijk)

PVDA: Natalie Eggermont (Kortrijk)