“Elke regering zou minstens één West-Vlaming moeten hebben”: CD&V-leading ladies Hilde Crevits en Nathalie Muylle strijdvaardig voor verkiezingen
CD&V is de eerste partij – en de laatste, aangezien dit het slotakkoord is van deze reeks – die landbouw bovenaan de prioriteitenlijst zet voor onze provincie. Ook zorg staat bovenaan. Dat vertellen de West-Vlaamse ‘leading ladies’ Hilde Crevits en Nathalie Muylle in dit gesprek. “Twee blonde madammen die de redelijkheid omarmen, wat wil je nog meer?”
Het is een ingetogen Hilde Crevits die een kwartier later arriveert op onze afspraak. Haar moeder is deze ochtend opgenomen op intensieve zorgen. Fel verzwakt na een zoveelste behandeling tegen borstkanker. Toch wou de Torhoutse minister niet weten van uitstel. “Ik heb de goedkeuring gekregen van mijn vader. Hij is trouwens een van de redenen waarom we hier afspreken. Mijn vaders’ tak is van hier afkomstig. Zijn zus woont in deze straat.” Hier: dat is koffiebar Krumbl’ in Werken, deelgemeente van Kortemark. Crevits bestelt een latte macchiato. “Graag met échte melk: wij zijn voor de boeren, hé.” Haar typerende schaterlach doet haar verdriet even verzinken. Na dit gesprek zal ze haar campagne wel op een lager pitje zetten.
Crevits krijgt een innige knuffel van haar collega Nathalie Muylle. Ook de Roeselaarse ex-minister heeft een reden om hier af te spreken. Meerdere redenen zelfs. “Ten eerste omdat het domein werk mijn grote passie is. Zowel Hilde als ik waren ooit bevoegd voor werk, dus vonden we het logisch om in Werken af te spreken. Maar ten tweede ook omdat dit zo’n gezellige zaak is. Het zijn zulke moedige initiatieven die een dorp in leven houden.” Muylle is als federale nummer één de opvolgster van Hendrik Bogaert die helemaal van het toneel verdwenen lijkt.
Laten we daarmee beginnen, dames. Waar is Hendrik?
Crevits: “Dat moet u aan hem vragen. Hendrik is zélf afgehaakt. Ik kan begrijpen dat het heftig is voor iemand om een regering te verlaten en terug te keren naar het parlement. Dat was ook het geval voor Nathalie. Maar zij heeft zich meteen keihard ingezet en vanuit het parlement het verschil gemaakt. Hendrik heeft een andere houding aangenomen. Hij is volledig afgehaakt. Als je dat doet, kan je niet verwachten dat je op het einde van de rit weer bovenaan mag staan.”
Muylle: “Hendrik zegt in de media dat de partij hem te weinig volgt. Maar waarom zegt hij die dingen nooit in onze fractie? Ik kan u verzekeren: wij hebben een fractie waar álles gezegd kan worden. Er zou naar hem geluisterd zijn. Maar hij is nooit afgekomen. Vooral dáár heb ik het lastig mee.”
Crevits: “Hij is vijf jaar lang nergens meer naartoe gekomen. Maar nogmaals: dat is zijn eigen keuze. Ik ben heel blij met Nathalie. Er zijn veel gelijkenissen tussen ons. Twee blonde madammen die de redelijkheid omarmen: wat wil je nog meer?” (lacht)
“Het aantal mensen dat kiest voor de zorg, moet omhoog. Maar wie denkt dat we dit alleen met professionals opgelost krijgen, dwaalt” – Hilde Crevits
Laat ons dat even bekijken. Onze krant heeft tien prioriteiten opgesteld voor onze provincie. Welke prioriteit staat voor u bovenaan?
Crevits: “Betaalbare en toegankelijke zorg. Ik ben intussen twee jaar bevoegd voor welzijn, dus dat zal niet verbazen, zeker? Onze zorg is echt wel fantastisch en doorgaans ook betaalbaar, maar het systeem staat onder zware druk. West-Vlaanderen is de meest vergrijzende provincie. Of beter: verzilverende provincie. Dé uitdaging is: de zorg die we vandaag bieden, ook binnen twintig jaar te kunnen bieden. Het aantal mensen dat kiest voor de zorg, moet omhoog. Maar wie denkt dat we dit alleen met professionals opgelost krijgen, dwaalt. We hebben ook nood aan meer mantelzorgers.”
Is dat geen contradictie? De politiek vraagt ons altijd maar meer te werken, maar tegelijk ook meer zorg op te nemen voor onze naasten.
Muylle: “Dat hoeft geen contradictie te zijn. Je moet een betere balans vinden. Als je mensen vraagt om langer te werken, dan moet je hen ook toestaan om tijdens hun loopbaan zorg te dragen. Dat staat ook in ons programma. Wij willen bijvoorbeeld het ouderschapsverlof uitbreiden en ook opentrekken naar grootouders.”
Crevits: (knikt) “De verzilvering is één iets. Ook het tekort aan huisartsen is een probleem. Maar liefst 54 van de 65 West-Vlaamse gemeenten hebben te weinig huisartsen. (benadrukt) Wij eisen daarom dat de federale regering de quota afschaft voor de toelatingsexamens. Vandaag worden wij gegijzeld door Wallonië. Vlaanderen moet dat zélf kunnen bepalen. (windt zich op) En nog iets wat ik absoluut gezegd wou hebben: het is dringend tijd dat de federale regering geld uittrekt voor onze MUG-heli. Dat gaat verdorie over minder dan één miljoen euro. Het is onbegrijpelijk dat dat betaald moet worden met pannenkoekenbakken.”
“De MUG-heli redt elk jaar 40 levens. Toch zegt Frank Vandenbroucke neen tegen de financiering daarvan” – Nathalie Muylle
Muylle: (knikt) “Het is telkens een gevecht om die financiering rond te krijgen. De heli vliegt nochtans elk jaar meer dan 700 keer uit en redt zo 40 levens. Toch zegt Frank Vandenbroucke (Vooruit) neen tegen de financiering daarvan.”
Crevits: “We zijn goed op dreef, Nathalie. Dat is waarom ik het interview wou doen.” (lacht)
Wat is uw prioriteit, mevrouw Muylle?
Muylle: “Landbouw. Het verbaast mij dat geen enkele andere partij dat genoemd heeft. Landbouw is een van de meest essentiële sectoren van onze economie. In deze onstabiele wereld wil je toch niet afhankelijk zijn van andere landen voor je voedsel?”
Is onze voedselproductie echt in gevaar?
Muylle: “We tellen minder en minder landbouwers, dus já. Als de primaire productie hier en ook in onze buurlanden wegvalt, zal West-Europa zijn grondstoffen elders moeten aankopen. Dat zal ook effect hebben op onze agro-industrie. Dat gaat in totaal over 56.000 jobs, hé.”
Crevits: “Wij schetsen geen doembeeld. Vandaag zijn we maar nét zelfvoorzienend. Dat moeten we zo zien te houden.”
Als u één iets mag doen voor de boeren, wat zou dat zijn?
Muylle: “Zekerheid geven over grond: dat is cruciaal. Vandaag is 74 procent van de oppervlakte van onze provincie aangeduid als landbouwgrond. Er wordt echter maar 64 procent effectief door landbouw gebruikt. Bovendien zijn er veel andere claims op deze 64 procent van industrie, natuur, wonen, enzovoort. Je moet ervoor zorgen dat die grond effectief in landbouwhanden blijft. Dat is de grootste uitdaging. Als ook andere organisaties bieden op een stuk grond, wordt de prijs opgedreven en wordt het op de duur onbetaalbaar voor een jonge boer.”
Dat is geen goed nieuws voor de boer die zijn grond wil verkopen.
Muylle: “Er zijn inderdaad landbouwers die geen opvolging hebben en die de beste prijs willen. Maar CD&V kiest voluit voor kansen voor jonge boeren en dus voor betaalbare grond.”
Crevits: “Boeren hebben drie dingen nodig: grond, vergunningszekerheid en een faire prijs. Het stikstofakkoord dat we hebben gesloten, was nodig voor de vergunningszekerheid, maar de volgende regering zal een nieuw akkoord moeten sluiten. Vandaag worden boeren gestraft voor de stikstof die soms per toeval op de natuur neerdwarrelt, dus zonder te weten of de boer wel de bron was. Dat is geen eerlijk systeem. Het is tijd om te kijken naar de uitstoot die de boer zelf doet.”
Muylle: “En via coöperaties kan gewerkt worden aan betere prijzen.”
Als u zelf één prioriteit mag toevoegen aan onze lijst, welke zou dat zijn?
Muylle: “Het verbaast mij dat betaalbaar wonen niet op de lijst staat, dus ik ga dat toevoegen. Wij hebben een bevraging gedaan bij 650 West-Vlamingen. Meer dan de helft wees wonen aan als grootste bekommernis. Wij zijn niet de duurste provincie, maar wel de provincie waar de prijzen de voorbije tien jaar het meest toegenomen zijn. De gemiddelde leeftijd waarop een West-Vlaming vandaag zijn eerste woning koopt, is 41 jaar. Dat is het hoogste van alle provincies. Vijftien jaar geleden was dat nog 31 jaar. Dat wil iets zeggen.”
Hoe zou u dat oplossen?
Muylle: “Wij kijken in de eerste plaats naar de banken. Zij vragen een eigen inbreng van twintig tot soms dertig procent. Als je geen steun krijgt van thuis, lukt dat niet meer. Wij willen voor de eerste en enige woning de banken vragen om toch honderd procent te lenen, maar met een waarborg van de overheid voor de twintig procent eigen inbreng. Dat is een maatregel met een beperkt risico, want een woning behoudt haar waarde, ook als de mensen niet terugbetalen. Maar er zijn nog maatregelen…”
Waar we helaas geen plaats voor hebben. Hier moeten keuzes gemaakt worden. Welke prioriteit zou u toevoegen, mevrouw Crevits?
Crevits: “Dat is mijn oude liefde: infrastructuur. De investeringen in de wegen en fietspaden van onze provincie zijn ondermaats. Het is tijd om deze trend te keren. De aanleg van de derde rijstrook op de E403 is maar één voorbeeld. Kijk naar de N8: hoe lang wordt er daar al over gesproken? Over de sluis in Zeebrugge is nu wel eindelijk een beslissing genomen, op mijn aandringen. Ook de herinrichting van het kanaal Bossuit-Kortrijk is een goede zaak. Ik begrijp niet waarom Groen daar zo tegen is.”
Muylle: “Ik ook niet. Eén binnenschip is goed voor 150 vrachtwagens. (benadrukt) Dat zijn 150 vrachtwagens die niet op de weg rijden, hé.”
Crevits: (fijntjes) “Er zijn wel meer dingen van Groen die ik niet begrijp, zoals hun voorzitter die een schilderij te lijf gaat met een bijl.”
Mobiliteit is een mooie brug naar iets wat wij nog wilden aanhalen. In deze reeks hebben zowat alle kopstukken het belang benadrukt van het hebben van West-Vlaamse ministers. Jullie zijn ervaringsdeskundigen. Speelt dat echt zo’n rol?
Crevits: “Ik vind dat wel. Als minister ben je sowieso gevoeliger voor de noden van je eigen provincie, omdat je die provincie beter kent. Ik ben bevoegd voor visserij. Waarom denk je dat de vissers mij zo graag hebben? Omdat ik zelf van de streek ben. Ik ken hen bijna allemaal bij naam. Die gevoeligheid is één zaak. Het speelt zeker ook een rol in dossiers waar een minister veel autonomie heeft, zoals mobiliteit.”
Muylle: (knikt) “Zat ik niet in de federale regering, dan had onze provincie geen zorgcentrum na seksueel geweld gekregen. Aanvankelijk was er immers beslist om maar drie centra op te richten. Het is op mijn aandringen dat dat uitgebreid werd naar één centrum per provincie. Dat is iets waar ik nog altijd heel fier op ben. Dus já, het speelt zeker een rol.”
Crevits: “Je zou in elke regering minstens één West-Vlaming moeten hebben. Dat hebben we vandaag helaas niet. Quota? Neen, dat is dan weer te verregaand.”
Muylle: “Maar het gaat niet alleen over de ministers. Ik vind ook dat de West-Vlaamse parlementsleden beter zouden moeten samenwerken. We kunnen daarin een voorbeeld nemen aan Limburg.”
Crevits: (knikt) “Dat klopt. Vorige legislatuur werd er uitzonderlijk wel eens goed samengewerkt rond het hoger onderwijs. Resultaat: vijf miljoen euro extra voor postgraduaten in onze provincie. Dat moeten we meer doen.”
Laatste vraag: wat is de ambitie van CD&V in onze provincie?
Crevits: “Vorige keer waren wij de grootste partij en we willen dat blijven. Dat wordt niet gemakkelijk, maar ik ben ervan overtuigd dat het kan.”
Cobbaert & Casteleyn
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier