Wingene stapt niet mee in de Guldensporenprijs
Tijdens de gemeenteraad van maandag 26 juni stelde oppositieraadslid Pieter-Jan Verhoye (N-VA) voor om een Guldensporenprijs toe te kennen aan nieuwe of vernieuwde zaken die een originele of ingenieuze Nederlandse naam kiezen voor hun pand. Het gemeentebestuur vindt dat dit soort initiatieven van onderuit moet komen.
“De voorbije jaren doken er in Vlaanderen regelmatig nieuwe ondernemingen op met een anderstalige of nietszeggende naam. Daarom willen we elke twee jaar aan een nieuwe of vernieuwde zaak uit om het even welke sector de Guldensportenprijs toekennen”, verduidelijkt gemeenteraadslid Pieter-Jan Verhoye.
“Zowel horecazaken, winkels, dienstverlenende handelszaken, instellingen en bedrijven komen daarvoor in aanmerking. De voorwaarde is dat ze kiezen voor een Nederlandstalige benaming. Op die manier motiveren we ondernemers om te kiezen voor een Vlaamse naam. De naam moet origineel zijn en inventief zijn en verwijzen naar de activiteit die in de onderneming plaatsvindt of naar de geschiedenis van het pand en de omgeving.”
Geen vraag naar
Het gemeentebestuur vindt dat dit soort initiatieven van onderuit moeten komen. Schepen van Cultuur Brecht Warnez (CD&V) geeft mee: “Het Nederlands en het gebruik ervan is heel belangrijk. Elk initiatief daartoe is waardevol. Voor dit soort prijzen kijken we ook naar de vragen die leven in de adviesraden. In de cultuurraad is tot op heden hierover geen vraag gesteld.” De schepen verwijst naar de Groene Pluim die door de milieuraad wordt uitgereikt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier