“Straks worden delen van de wereld onbewoonbaar en wij zijn aan ‘t blèten over migratie”: Murielle Scherre is het wit konijn van Groen in Oostende
Met Murielle Scherre haalt Groen in Oostende een stevige scheut rock-’n-roll binnen. Een rebel in de modewereld. Een lijf vol tattoos. Een vrouw die weet wat ze wil. Die heilige huisjes omverblaast. Dat wil ze straks ook doen in de politiek. Of deze stap haar leven zal veranderen? “Neen, behalve dat ik nu met kleren aan op de foto’s sta.” Vintage-Scherre. Een gesprek over politiek, mode en… porno.
Is er iemand die Murielle Scherre niet kent? Deze 47-jarige Gentse is een creatieve duizendpoot. Oprichtster en ontwerpster van La fille d’O, een wereldberoemd en vooral eigenzinnig lingeriemerk. Maar ook schrijfster, filmmaakster en fotografe. Twaalf jaar geleden, toen ze net moeder was geworden, verhuisde ze naar Oostende. Het is daar dat ze straks, op 13 oktober, haar debuut maakt in de politiek. Scherre staat op de zestiende plaats van Trots op Oostende, een stadslijst van liberalen, groenen, christendemocraten en onafhankelijken.
De Grote Post is onze plek van afspraak. “Het is hier dat ik ben ingeburgerd”, lacht ze. “Voor wie geen vlees eet zoals ik, is dit echt het paradijs. Zó’n gevarieerd aanbod en alleen maar lokale producten! De garnaal- en zeewierkroketten zijn echt top. Duurzaamheid en lokale makelij zijn ook de rode draad in mijn werk. Dat wil ik nu doortrekken in de politiek.” Scherre is een enthousiaste spraakwaterval. Vertelt verhaal na verhaal. Van zenuwen schijnbaar geen spoor.
Hebt u geen stress voor uw politieke vuurdoop?
“Maar neen. Waarom zou ik? Ik heb er veel zin in. Deze stap is weloverwogen. Ik ben al dikwijls gevraagd, ook toen ik nog in Gent woonde. Door blauw, groen en rood. Ik heb altijd neen gezegd. Ik had het gevoel dat ze mij wilden om de rattenvanger van Hamelen te spelen. Om stemmen te trekken. Dat wou ik niet doen. Als ik iets doe, is het om mij écht te engageren.”
Dat is vandaag het geval?
“Já. (op dreef) Omdat er zóveel op het spel staat. Ik wil mee strijden tegen de verrechtsing. Ik word echt misselijk van het rechtse narratief dat overal de bovenhand haalt. De media spelen dat trouwens in de hand. Het draait allemaal om clickbaits en wat lokt het meeste clicks? Stoere uitspraken van rechtse politici. Het is dikwijls uit gemakzucht dat mensen voor hen stemmen. Wat ze zeggen, klinkt simpel, maar het is nooit doordacht. Ik ben zélf naar Natacha (Waldmann, schepen voor Groen, red.) gestapt met de boodschap: ik doe mee! Ze schrok nogal. (lacht) Voor de nationale verkiezingen had ik nog neen gezegd.”
“Ik ben eens van school gesmeten omdat ik al mijn boeken had gekaft met posters van de PVDA”
Zou u enkel voor Groen kunnen opkomen?
“Voor Groen en PVDA. Hoe linkser, hoe beter. Maar ik ben naar Groen gestapt omdat ik Natacha en Silke (Beirens, ook schepen voor Groen, red.) goed ken en waardeer. Als kind was ik trouwens lid van de Rode Jeugd, de jongerenorganisatie van de PVDA. Ik ben eens van school gesmeten omdat ik al mijn boeken had gekaft met posters van de PVDA. Dat vonden ze niet zo leuk.” (lacht)
Bent u opgegroeid in een politiek nest?
“Ja en neen. Het engagement heb ik van thuis. Mijn vader was brandweerman en mijn moeder verpleegster. Aan de keukentafel ging het vaak over de fragiliteit van het menselijk leven. Dankzij hen heb ik veel ontzag voor het menselijk lichaam. Maar ook voor inclusiviteit. Wij waren een van de weinige witte gezinnen in de Sleepstraat. Alle gemeenschappen zaten daar bij elkaar op schoot. Je moest wel – en dat werkte.”
Was Vooruit nooit een optie?
“Neen. Dat is een problematische partij geworden. Hoe zij meelopen met rechts: dat is toch niet normaal meer? Ik hou mijn hart vast voor wat er straks zal gebeuren in de zorg en het onderwijs. En dan zwijg ik nog over het andere.”
U bedoelt de terugkeer van Conner Rousseau?
(fel) “Je kan dat toch niet maken? Dat die partij zulke dingen tolereert, vind ik echt problematisch. Iemand een tweede kans geven, oké. Maar zulke uitspraken wegzetten als een fait divers van een dronken man, neen, dat zijn mijn waarden niet.”
U wordt kwaad, voel ik.
“Dat is zo, ja. En aangezien wij elkaar nog maar net kennen, probeer ik nog heel beleefd te blijven in mijn uitspraken.” (lacht)
‘Ik voel me vaak Godzilla in een peperkoeken stad’, zei u eens in De Morgen. Wat wordt dat straks in de politiek?
“Dat wordt meer van hetzelfde, vrees ik. (lacht) Toen ik jonger was, was ik altijd op zoek naar aansluiting met een groep. Ik wou ergens thuishoren. Maar dat lukte niet. Ik voelde me altijd wat raarder. Of eigenaardig: dat is een beter woord. Vandaag heb ik dat streven volledig losgelaten. Als mijn eigenheid de prijs van aansluiting is, dan ben ik niet bereid om die te betalen. Vandaar Godzilla. Wat dat wordt in de politiek, moeten we nog zien. Laten we binnen een jaar opnieuw afspreken.” (lacht)
Ook bij Groen moeten de leden zich houden aan de partijlijn.
“Dat kan. (fijntjes) Maar ik denk dat Natacha weet dat ik niet gestuurd kan worden. Weet je trouwens wat ik mooi vind? De samenwerking bij Trots op Oostende. Verschillende partijen die besluiten om samen iets te realiseren. De nationale politiek zou daar een voorbeeld aan moeten nemen. Ik heb echt een bloedhekel gekregen aan al die debatten, waar politici elkaar afmaken. Als je zo’n attitude zou hebben in de bedrijfswereld, ben je binnen het jaar failliet.”
Ook in Oostende woedt een hevige strijd tussen burgemeester Bart Tommelein, uw lijsttrekker, en uitdager John Crombez (Vooruit).
(knikt) “Ik observeer dat. Net zoals ik een poppenkast zou observeren. Maar ik heb daar verder niet echt een mening over. Ik ken beide heren ook niet. Voor mij is de clash van ideeën belangrijker dan de clash van mensen.”
Hoe linkser, hoe beter, zegt u. Wringt het dan niet dat een liberaal uw lijst trekt?
“Totaal niet, want wij willen hetzelfde voor deze stad. Ik ben zelf ook een ondernemer, dus op zich kan ik niets tegen liberalen hebben. Alleen vind ik het spijtig dat zij weinig met duurzaamheid bezig zijn. Omgekeerd vind ik trouwens dat Groen wat vaker met lokale economie mag bezig zijn. Ik denk dat niemand zich voor honderd procent in één partij herkent. Daarom is samenwerking zo belangrijk.”
Zegt de rebelse lingeriekunstenares, zoals u genoemd wordt.
(glimlacht) “Ik zou graag veel dingen veranderen: in de mode, in de politiek. Ik ben niet rebels om rebels te zijn. De verandering is mijn doel. Als ik daarvoor tegen de schenen moet schoppen, ga ik dat niet laten. Maar meestal is dat niet nodig.”
Duurzaamheid en mode, zijn dat geen vijandige begrippen?
“De mode is inderdaad een gore industrie – de tweede meest vervuilende zelfs. Maar daarom zit ik daar. Om te bewijzen dat het anders kan. Dat is trouwens waarover mijn allereerste tattoo gaat. Op mijn rug staat een spotprent uit de jaren 1800 met de slogan: à la mode à la mort. Omdat ik mij nooit zou laten meeslepen door deze kwaadaardige sector. Ik was 19 toen ik die liet zetten. Ik had net beslist dat ik in de mode wou gaan. Misschien moet ik nu ook een politieke tattoo laten zetten.”
Is wat u maakt dan wel duurzaam?
“Hoeveel batterijen heb je mee? (lacht) Het antwoord is ja en neen. Het proces van iets maken is: take, make en waste. Eerst neem je grondstoffen, daar maak je een product van en ten slotte wordt dat afval. Ook ik doe dat. Maar ik denk vanuit het circulaire principe. Het is mijn streefdoel om producten langer in leven te houden. Zo hebben wij een reparatiedienst voor lingerie. Ik probeer de tijdsspanne tussen take en waste zo lang mogelijk te maken. Dat is het grote verschil met fast fashion.”
Enkele jaren geleden verscheen zelfs Michelle Obama met uw lingerie op de cover van de Elle. Hoe hebt u dat geflikt?
“Niet. Ik wist daar niets van. Dat zijn dikwijls stilisten die onderling stukken uitwisselen. Wellicht is dat per toeval bij Michelle beland. Ik weet zelfs niet of zij mijn merk echt kent. Uiteraard vond ik dat evenjoehoe, maar echt waar: dikwijls krijg ik berichten van klanten, die ik heb kunnen helpen, die mij veel meer raken. Maar dat belandt natuurlijk niet op de cover van de Elle.”
Nu ook nog mevrouw Trump overtuigen?
(blaast) “O neen. Dat zou ik verschrikkelijk vinden. Ik zou ermee stoppen, denk ik. Je hebt soms van die merken die gekaapt worden door extreemrechts. Denk aan Lonsdale. Wat moet je daartegen doen? Dat zou echt mijn grootste nachtmerrie zijn.”
Over nachtmerries gesproken. Wordt u nooit badend in het zweet wakker zonder stemmen op 13 oktober?
“Neen. Dat interesseert mij niet. Als dat het geval is, wil dat zeggen dat de politiek niets voor mij is. (haalt schouders op) Ik ga daar niet wakker van liggen. Zolang de stemmen maar gaan naar Trots op Oostende.”
Als u één iets zou veranderen aan Oostende, wat zou dat zijn?
“Eén iets? (blaast) Ik zie eigenlijk veel gelijkenissen tussen Gent en Oostende. Dat zijn twee steden met een positieve dynamiek. Oostende zou wel wat kunnen leren van Berlijn, vind ik. Hoe die stad omgaat met de openbare ruimte: zo inspirerend! Er worden daar zelfs speelpleintjes aangelegd op parkeergarages. Of met leegstand. Een oude luchthaven is daar ingevuld als stadstuin en ontmoetingsplaats. Dat komt ook de lokale economie ten goede.”
Laten we eens naar uw partij kijken. Op 9 juni kreeg Groen zware klappen. Hoe verklaart u dat?
(denkt na) “Dat Groen zo integer is, is wellicht zijn grootste probleem. Groen is de eerlijkste speler op het veld. De meeste anderen spelen vals, want ze maken hun kiezers wat wijs. Groen is de enige partij die komt met voorstellen die verder kijken dan de komende vier jaar. Dat is helaas niet sexy. Dat levert geen clickbaits op.”
“Groen mag als partij wel wat stouter worden voor mij”
Moet de partij dan minder integer worden?
“Ze mag wel wat stouter worden voor mij. Maar dat wil niet zeggen minder integer. (even stil) Die cultuur van clickbait is echt een probleem. Hoe werkt onze politiek? Iemand dropt volslagen onzin en krijgt daarmee alle aandacht. Wie in een konijnenpak kruipt, krijgt alle aandacht. Maar als je integere voorstellen voor de lange termijn op tafel legt, valt iedereen in slaap. (op dreef) Als het over klimaat gaat, wordt Groen weggelachen. Dat is toch niet normaal? Het klimaat is niet door een of andere hippie op de agenda gezet, hé. Dat is echt. Dat zou de eerste focus moeten zijn van élke politicus. Neem die zogenaamde migratiecrisis. Dat is een non-issue, als je niet naar het klimaat wil kijken. Straks worden grote delen van onze wereldbol onbewoonbaar en wij zijn nu al aan het blèten over migratie. Of gender: ook een non-issue. Maar toch gaat het plots daarover.”
In 2009 was u plots een issue in het Vlaams Parlement.
(verrast) “Is dat zo? Vertel!”
U zou toen een pornofilm maken voor Studio Brussel.
“O my God, ja. Dat was ook zo’n non-issue. Dat was een pornofilm met echte mensen en dus niet met professionele acteurs. Ik wou aantonen dat seksualiteit op verschillende manieren beleefd kan worden. Dat porno slechts één visie is en dat er honderden andere visies zijn. Maar blijkbaar vond men dat geen overheidsgeld waard, en dus weigerde de VRT om die film te vertonen. Wat een onzin. De film is uiteindelijk verdeeld via het magazine van Goedele Liekens. Wist je trouwens dat die nog altijd in het onderwijs gebruikt wordt in de lessen seksuele opvoeding? Ik ben daar heel blij mee.”
Laatste vraag: zal de politiek uw leven veranderen, denkt u?
“Dat denk ik niet. Ik krijg al van kinds af de opmerking dat ik spraakvaardig ben en daarom beter in de politiek ga. Het is ook niet dat ik nu plots bekender ga worden of zo. De rechtse trollen hebben mij al gevonden op sociale media, dus die ken ik ook al. (lacht) Het grote verschil is dat ik nu met kleren aan op de foto’s sta. Al kan dat ook een nadeel zijn. Wie zal mij nog herkennen?” (schatert het uit)
Gemeenteraadsverkiezingen 2024
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier