Het nieuwe gezicht van N-VA Harelbeke krijgt stilaan vorm. De gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober leverden niet het gehoopte resultaat, al blijft de partij positief. Zondag 2 februari werd het nieuwe bestuur verkozen. Pieter-Jan Vangheluwe (33) is de nieuwe afdelingsvoorzitter. Thomas Gailliaert (29) is ondervoorzitter.
Pieter-Jan Vangheluwe mag zich sinds 2015 Stasegemnaar noemen, al kwam hij pas eind 2023 echt in de lokale politiek terecht. “Ik ben geboren in Izegem en woonde in Sint-Eloois-Winkel, maar ben voor de liefde naar Stasegem verhuisd. Het is een heel mooie buurt en ik voelde me hier snel thuis. Toch merkte ik steeds meer dat ik me stoorde aan het lokale beleid. Op een gegeven moment moet ik dat bij de juiste mensen kenbaar gemaakt hebben en zo kwam ik bij N-VA Harelbeke terecht. Eind 2023 ging ik in het bestuur en sinds 2 februari ben ik de nieuwe voorzitter.”
Naast de voorzitter en ondervoorzitter bestaat het nieuwe bestuur uit een solide ploeg, inclusief mandatarissen Célestine Vandeputte (fractievoorzitter) en Evelyne Callens (gemeenteraadslid). De volgende bestuursleden werden ook verkozen: Alec Desmet, Carla Adams, Laurens Goeminne, Malwina Izabela Ksiezniakiewicz-Bauwens en Patrick Claerhout.
Kritisch blijven
“Ik wil er als voorzitter de komende zes jaar vooral voor zorgen dat we als N-VA Harelbeke weer bekender worden. Ons programma in oktober stond bol van de concrete ideeën. Er was in het algemeen ontevredenheid met het vorige bestuur. Uiteindelijk is het team harelbeke dat daar vooral op heeft kunnen inspelen. We hebben nooit onder stoelen of banken gestoken dat we graag hadden samengewerkt, maar het is anders gelopen. We zullen zeker kritisch blijven tegenover het nieuwe bestuur, al is het wel denkbaar dat we over veel zaken dezelfde mening hebben. Dat de parkeertijd op het Marktplein nu is verlengd naar twee uur, bijvoorbeeld, juichen we toe.”
Pieter-Jan haalt ten slotte ook de situatie in de Steenbrugstraat aan, waar de buurtbewoners onder andere de heel smalle nieuwe weg hekelen: “Ik woon er dichtbij en het leeft enorm. Het ligt me ook nauw aan het hart. Dat zo’n doorgangsweg tot bijna niets wordt herleid, is onredelijk (dit werd besloten door het vorige stadsbestuur, red.). Het laatste woord is er nog niet over gezegd.”