“Nu is duidelijk dat wij géén racistische gemeente zijn!”: na monsterscore in Houthulst neemt Jeroen Vandromme (CD&V) geen blad voor de mond

Jeroen Vandromme spreekt klare taal: “Het interview in uw krant heeft Vlaams Belang ontmaskerd. De mensen willen geen racist als burgemeester.” © Christophe De Muynck
Paul Cobbaert
Paul Cobbaert journalist

Waar levert Vlaams Belang zijn eerste burgemeester: in Ninove of in Houthulst? Dat was dé grote vraag op verkiezingszondag. Het werd Ninove. In Houthulst was de grote slokop immers de zetelende burgemeester: Jeroen Vandromme (CD&V). Zijn lijst pakte maar liefst 17 van de 21 zetels. “Het interview in uw krant heeft Vlaams Belang ontmaskerd. De mensen willen geen racist als burgemeester.”

Het is maandagmiddag in Houthulst. The day after. Het is met kleine oogjes dat Jeroen Vandromme ons verwelkomt op het gemeentehuis. “We hebben onze overwinning goed gevierd, dus ik heb maar weinig kunnen slapen. We zijn pas om 1.30 uur naar huis gegaan en om 6 uur was ik alweer wakker om mijn vriend naar het station te voeren. Hij is directeur van het Sint-Jan-Berchmanscollege in Brussel. Ik heb weliswaar niet te veel gedronken – enkele glaasjes champagne. Ik wist dat jij zou komen en ik wil hier geen domme dingen zeggen. (lacht) De rest van de voormiddag heb ik berichten beantwoord. Heel veel mensen feliciteren mij.”

Met welk gevoel bent u wakker geworden?

(blaast) “Ik voel me vooral heel gelukkig. Deze score overtreft mijn stoutste verwachtingen. Ik had gedroomd van twaalf zetels, misschien dertien. Maar dit? Neen. Tegelijk denk ik ook: shit, zóveel mensen die voor mij stemmen.”

U bent zowaar de vijfde populairste burgemeester van Vlaanderen.

(knikt) “Een op de twee inwoners. Het is bijna absurd. Dus ik voel me ook heel nederig. Je vraagt je dan af: waarom? Ik ben maar een gewone jongen uit Houthulst.”

Zeg het mij.

“Je zou dat aan de kiezers moeten vragen. (zwijgt even) Ik denk dat het mijn manier van werken is. Heel nabij en heel bereikbaar. Een weekend op de vijf reserveer ik voor mezelf en mijn vriend. De andere weekends vind je mij op elke mogelijke activiteit in de gemeente – gemiddeld tien à vijftien per weekend. (op dreef) Het is daar dat je hoort waarvan de mensen wakker liggen. Wie met problemen zit, kan mij ook bellen en dan ga ik bij hen langs om te helpen. Een oude slogan van CD&V luidt: midden de mensen. Wel, dat is hoe een burgemeester te werk moet gaan. Wie dat doet, wordt beloond. Dat is zondag gebleken, niet alleen in Houthulst.”

Bent u niet vooral heel opgelucht?

“Dat ook natuurlijk. Ik ga niet ontkennen dat ik rekening hield met andere scenario’s. Vlaams Belang behaalde hier in juni bijna 40 procent van de stemmen. Als je dat kan evenaren voor de lokale verkiezingen, heb je bijna een absolute meerderheid. Stel je voor! Dat is gelukkig niet gebeurd.”

Heeft Vlaams Belang-kopman Jackie Vercamer u al gefeliciteerd?

“Neen. Ik verwacht ook niet dat dat zal gebeuren. De campagne was heel bitsig, zoals u weet. Dat is begonnen na uw veelbesproken interview met Jackie. Hij kan nochtans ook aangenaam zijn in de omgang, maar wat hij daar allemaal zei… (blaast) Daarna is er zware ruzie ontstaan in zijn partij, omdat verschillende mensen zich distantieerden van die uitspraken. Ik heb wel gebeld naar Stefanie Sander om haar proficiat te wensen. Zij behaalde immers de meeste stemmen op de Vlaams Belang-lijst (VB haalde uiteindelijk twee zetels, red.).”

Heeft dat interview de uitslag mee bepaald?

“Zeker weten. Dat interview heeft Vlaams Belang ontmaskerd. Het heeft blootgelegd hoe de kopman echt denkt. (op dreef) Waarom hebben de mensen hier in juni zo massaal voor Vlaams Belang gestemd? Dat was een weloverwogen keuze, hoor. Omdat ze het beleid niet goed vinden. Omdat ze foert willen zeggen. Omdat ze zich niet gehoord voelen. Maar niet omdat ze racistisch zouden zijn. Daarom was dat interview zo belangrijk. De mensen willen geen racist als burgemeester. Het was echt ontstellend wat hij daar allemaal zei. De leugens over het OCMW, over de gratis fietsen, dat hij geen enkele vreemdeling meer zou toelaten, enzovoort.”

“Het interview in uw krant heeft Vlaams Belang ontmaskerd. De mensen willen geen racist als burgemeester”

Denkt u niet dat veel mensen denken zoals Vercamer?

“Neen. Dat bewijst deze uitslag net. Dat Vlaams Belang toch nog twee zetels behaalt, is vooral dankzij familie en kennissen. Het is wel zo dat veel mensen onwetend zijn. Dat ze inderdaad denken dat nieuwkomers van alles krijgen, maar dat is niet zo. Dat werd ook weerlegd door het OCMW. Weet u trouwens hoeveel niet-Europeanen er hier wonen? Amper 350! De meesten daarvan zijn goed ingeburgerd.”

De voorbije maanden waren niet goed voor het imago van uw gemeente. Krijgt u dat gekeerd?

(benadrukt) “Nu is toch duidelijk gebleken dat wij géén racistische gemeente zijn! Ik kan alleen maar wijzen op de cijfers. Ook in juni stemde zestig procent níét voor Vlaams Belang, zoals een inwoonster terecht opmerkte. Idem voor de criminaliteit. Wat Jackie ook mag beweren: onze cijfers zijn niet slechter dan die van omliggende gemeenten. Ja, drugs is een probleem, maar dat is het elders ook. Weet je trouwens wat hier volgens de politieverslagen de grootste problemen zijn? Huiselijk geweld en oplichting via internet. Maar daarover hoor je Jackie niets zeggen.”

“Ik vind dat de band tussen onze ministers en burgemeesters niet sterk genoeg is”, vindt Jeroen Vandromme.
“Ik vind dat de band tussen onze ministers en burgemeesters niet sterk genoeg is”, vindt Jeroen Vandromme. © Christophe De Muynck

Wat in Houthulst gebeurt, is symbolisch voor de rest van onze provincie: Vlaams Belang dat veel minder sterk scoort dan in juni. Hoe verklaart u dat?

“Wat ik net zei: het toont aan dat mensen weloverwogen stemmen. In juni hebben ze tegen het nationale beleid gestemd, omdat ze daar niet tevreden over zijn. Veel mensen vinden dat de hogere overheid niet bezig is met hun problemen. Ik deel dat gevoel soms. Kijk naar het Vlaamse regeerakkoord. Daar staan weer dingen in waarvan ik denk: waarom moet het daar nu over gaan? Je gaat daar de problemen van de mensen niet mee oplossen.”

Uw partij heeft het regeerakkoord mee geschreven, meneer Vandromme.

“Ik heb het ook zelf mee goedgekeurd op het congres. Er staan veel goede dingen in, zoals de betere ondersteuning van het platteland. Maar er staan ook dingen in die naast de kwestie zijn. Allez, neem het onderwijs. Wie dat organiseert – de koepel of de overheid – doet er toch niet toe? Het is de kwaliteit die telt. Toch wil de regering over de inrichting discussiëren. Ik begrijp dat niet.”

We zien bij CD&V het omgekeerde fenomeen. Uw partij kreeg op 9 juni een mokerslag, maar lijkt lokaal helemaal op te veren.

(pikt in) “Omdat onze burgemeesters goed en nabij beleid voeren. Dat wordt beloond. Dat is altijd onze sterkte geweest. CD&V lijdt nog altijd onder de invoering van de provinciale kieskringen (door de regering-Verhofstadt in 2003, red.). Het gevolg daarvan is dat de mensen hun parlementsleden niet meer kennen. Wij moeten het immers hebben van nabijheid, van goede bestuurders die weten wat er leeft.”

Wat kan uw partij dan leren van deze verkiezingen?

“Dat ze beter moet luisteren naar haar burgemeesters. Ik zeg niet dat dat niet gebeurt. Als wij een opmerking hebben, dan luisteren ze wel. Maar omgekeerd worden wij veel te weinig geconsulteerd, vind ik. Ik vind dat de band tussen onze ministers en burgemeesters niet sterk genoeg is. Welke minister heeft mij de voorbije jaren opgebeld? Soms eens Hilde Crevits en verder niemand. Dat is toch te weinig? Ik heb het gevoel dat bij andere partijen die band veel sterker is. Misschien dat ik nu te veel interne keuken blootleg, maar toch… (wikt zijn woorden) De partijwerking wordt meer en meer nationaal georganiseerd. We hebben nog één provinciaal secretaris die bezig is met de lokale afdelingen. Dat is veel te weinig. Als je zegt dat nabijheid een prioriteit is, moet je dat ook zelf in de praktijk brengen.”

Dat is duidelijke taal. Zou u de opkomstplicht weer invoeren?

“Dat is een moeilijke vraag. Ik was geen voorstander van de afschaffing. Ik vind dat een overheid af en toe iets mag verwachten van de burgers. Maar om het nu meteen weer in te voeren… Misschien moet je het eerst ook eens toepassen op de nationale verkiezingen. Daarna kan je de evaluatie maken. Hier in Houthulst is trouwens bijna zeventig procent van de mensen komen opdagen. Dat is niet slecht.”

U bent vorig jaar in september burgemeester geworden, nadat u al elf jaar schepen was. Was dat een kinderdroom die uitkwam?

“O neen, ik kom niet uit een politiek nest. Mijn vader werkte in een slagerij en mijn moeder was huisvrouw. Heel gewone mensen dus. Mijn vader heeft wel eens op een CVP-lijst gestaan, maar alleen om te steunen. Ik wou priester worden. Daarom heb ik regentaat Nederlands, geschiedenis en godsdienst gevolgd. Ik vond het priesterschap zo’n mooi beroep: mensen begeleiden op de belangrijkste momenten van hun leven.”

U bent homo. Wrong dat niet met die ambitie?

“Jawel. Daarom ben ik het niet geworden. Ik wou niet meedraaien in een instituut dat mij niet aanvaardt zoals ik ben. Wat ik niet begrijp, is dat het in de kerk altijd over seks moet gaan. De fundamentele boodschap van het geloof kan zo mooi zijn: naastenliefde en het goede doen. (benadrukt) Vertel dáárover! Maar neen: altijd opnieuw moet het over seks gaan. Dus het werd geen priesterschap, maar een licentiaat geschiedenis in Leuven. Daar is voor mij een nieuwe wereld opengegaan.”

“Waarom moet het in de kerk altijd over seks gaan? Ik wou niet meedraaien in een instituut dat mij niet aanvaardt zoals ik ben”

Was uw geaardheid een worsteling voor u?

“Eigenlijk niet. Je moet het wel aan je ouders vertellen. Dat is niet makkelijk. Maar eens zij het wisten en daar geen probleem mee hadden, was voor mij de kous af. Alle Houthulstenaren weten dat ook. Tom vergezelt mij overal. Dat is geen issue.”

Jackie Vercamer wees in dat interview wel naar uw geaardheid. ‘Dat u daar niets kan aan doen’, zei hij. Raakt u dat?

“Ja. (stil) Omdat ik daar anders nooit over aangesproken word. Of jawel: één keer is het gebeurd in die twaalf jaar dat ik aan politiek doe. Een vrouw zei me dat ze zou bidden voor mij. Maar verder: nooit. Tot dat interview. Waarom? vraag ik me af. We zijn toch 2024? Het is natuurlijk geen geheim dat zijn partij enkele holebirechten wil terugschroeven. Voorzitter Tom Van Grieken zei dat ook zelf in Het Conclaaf.”

In Ninove komt Vlaams Belang aan de macht. Maakt u dat bang?

“Neen. Het is niet op lokaal niveau dat zulke dingen beslist worden. Wat zal hij doen? Geen homohuwelijken meer voltrekken? Dat zal niet gebeuren. Als een partij de absolute meerderheid behaalt, is het maar normaal dat die aan de macht komt. Dat is democratie. Trouwens: ook D’haeseleer zal compromissen moeten sluiten als hij over zes jaar opnieuw verkozen wil worden. Als burgemeester moet je altijd verzoenen, absolute meerderheid of niet. Ik herinner mij dat er zes jaar geleden ook veel commotie was over de coalitie met de communistische PVDA in Zelzate. Uiteindelijk zijn er daar toch ook geen grote wielen afgelopen? Ook in Ninove zal dat niet gebeuren. De media zullen daar wel over waken.”

Wordt u straks voltijds burgemeester?

“Neen, ik blijf parlementair medewerker van Bart Dochy. Dat is perfect te combineren en het komt ook mijn werk als burgemeester ten goede. Als burgemeester moet je toch een beetje connectie hebben met Brussel.”

Bedankt voor dit gesprek. En zo ziet u maar: uw sollicitatie in ‘De Zevende Dag’ is niet ongehoord gebleven.

(lacht) “Ik vond dat ik u niet onvermeld kon laten. Het is zo dat elke politicus op deze pagina’s geïnterviewd wil worden. Jackie kreeg daar zo’n mooie kans toe en dan zei hij zulke dingen… Ik begreep dat echt niet.”