“Nood aan ander beleid voor toeristenbussen”: Lijsttrekkers over hun visie voor toerisme in Ieper

De vele toeristenbussen zorgen regelmatig voor overlast in de binnenstad. © TOGH
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Toerisme is een belangrijke economische motor in Ieper, maar zorgt ook voor overlast. Hoe willen de lijsttrekkers omgaan met het toerisme? Iedereen erkent het belang van WO I-toerisme, maar over de rol als vredesstad en de komst van het tankmuseum lopen de meningen uiteen. Opvallend: als oplossing voor toeristenbussen stelt Emmily Talpe zowaar een knip op de Grote Markt voor.

Ondertussen is het tien jaar geleden dat het oorlogstoerisme in Ieper piekte met de eeuwherdenking van de Eerste Wereldoorlog. Niettemin vinden alle partijen dat de stad daar best op blijft inzetten. “Ieper is en blijft het centrum van de herdenking. De recente erkenning als Unesco-werelderfgoed en de restauratie van de Menenpoort bewijzen dat we daar volop in beweging blijven”, zegt burgemeester Emmily Talpe, lijsttrekker voor Team Ieper.

“De cijfers die het In Flanders Fields Museum (IFFM) sinds de eeuwherdenking optekent, zijn best indrukwekkend voor een kleine stad als Ieper”, zegt Philip Bolle (Vooruit). “De impact op het verblijfstoerisme is aanzienlijk. Er blijft ook de constante promotie via Westtoer en de investering van de CWGC (Commonwealth War Graves Commission, red.) in de restauratie van de Menenpoort is betekenisvol.”

“Wij willen een knip op de Grote Markt onderzoeken”

Nancy Six (Vlaams Belang) gaat akkoord dat het ‘oorlogstoerisme’ geen andere weg moet inslaan, maar voor Sam Vancayseele (Groen) moet het vooral duurzaam zijn: “Als vredesstad moeten we erop toezien dat we herdenkingstoerisme creëren en geen oorlogstoerisme. We moeten waakzaam zijn voor zaken als chocoladehelmen, het verkleden van toeristen of andere ‘plezier’-ervaringen. Respect moet centraal staan.”

Vredesstad

Dat brengt de discussie op de rol van Ieper als vredesstad. Nancy Six vindt alvast dat Ieper op dat vlak niet te hoog van de toren moet blazen. “Ieper heeft zichzelf de titel van vredesstad gegeven na het bezoek van de paus”, zegt Six. “Die titel is er niet gekomen door één of ander initiatief dat heeft bijgedragen tot vrede. Wat is de meerwaarde van bijvoorbeeld de Ieperse vredesprijs gezien door een internationale bril? Denk je echt dat je de wereld gaat redden door jezelf vredesstad te noemen en vredesvlaggen uit te hangen?”

De andere partijen vinden het statuut van Ieper Vredesstad wél een meerwaarde. “We blijven dat absoluut ondersteunen en verder uitbouwen. Het uitdragen van de vredesboodschap zit verweven in ons aanbod herdenkingstoerisme, zoals de Last Post. We blijven dit ook meenemen in uitwisselingsprogramma’s, vredesconferenties, Mayors For Peace, herdenkingsplechtigheden en vredeseducatie”, zegt Emmily Talpe.

Voor Groen en Vooruit mag Ieper echter een stapje verder gaan. “Ieper moet een véél grotere rol spelen als vredesstad dan op vandaag”, zegt Philip Bolle. “We tonen te weinig ambitie om de stad wereldwijd te promoten met de vredesboodschap. Naast de driejaarlijkse vredesprijs en wat herdenkingsmomenten en bezoeken aan zustersteden zijn we wat in slaap gewiegd. De stad mist ook een tastbare plek die symbool staat voor de taak die we op onze schouders hebben genomen sinds het bezoek van paus Johannes Paulus II in 1985. Er is sindsdien bijna 40 jaar voorbijgegaan en de ambitie heeft nood aan een stroomstoot.”

“Vrede moet meer zijn dan een element in het stadslogo, meer dan een museum over de Eerste Wereldoorlog. Een stad die zich vredesstad noemt, moet een voorbeeld zijn van verdraagzaamheid en inclusiviteit”, vindt Sam Vancayseele.

Tankmuseum

Het tankmuseum dat War Heritage Institute wil openen op een deel van de vroegere legerkazerne bleek in het verleden een twistappel. Op de gemeenteraad trok CD&V de wenselijkheid van het museum in twijfel en ook Emmily Talpe is terughoudend: “Dit is een initiatief van een private partner en het is dus niet aan de stad om dit te promoten. We zaten al met WHI aan tafel met de vraag om het concept – gewapende conflicten sinds 1945 – sereen uit te werken en dat wil Team Ieper ook blijven opvolgen.”

Philip Bolle is iets minder wantrouwig: “Het museum kan best wel een interessante aanvulling zijn op het bestaande plaatselijke aanbod van musea. Je kunt dit niet vergelijken met de boodschap die wordt uitgedragen door het IFFM, maar stilaan vervaagt ook voor velen de herinnering aan de periode van de Tweede Wereldoorlog en de koude oorlog. Als we de gruwel van WO I niet mogen vergeten, dan geldt dat evenzeer voor WO II.”

“Het tankmuseum kan de samenwerking tussen Ieper en Heuvelland met de commandobunker alleen maar ten goede komen”, vindt Nancy Six. “Dergelijk museum kan weer extra toeristen naar onze stad lokken?” Zoals vaker vindt Sam Vancayseele het tegenovergestelde: “Vooral de ‘dynamische demonstraties’ baren ons grote zorgen. Een belevingsmuseum staat haaks op het herdenkingstoerisme.”

Bussen

Iedereen wil wel meer toeristen in Ieper, maar toeristenbussen zorgen voor overlast. “We moeten als stad beter controleren. Een geparkeerde toeristenbus in de voetgangerszone of een toeristenbus die probeert te draaien, maken het tot gevaartes voor fietsers en voetgangers. Hier is een ander beleid nodig”, zegt Vancayseele.

Philip Bolle en Nancy Six pleitten allebei voor een volwaardige busparking op het voormalige goederenstation. Emmily Talpe doet ook, maar linkt de problematiek ook met de mobiliteit in de binnenstad. “Team Ieper wil in samenspraak met de Ieperlingen een knip op de Grote Markt onderzoeken”, zegt Emmily Talpe. “Onze voorkeur ligt bij een knip tussen de Rijselstraat en D’Hondtstraat. De Grote Markt kunnen we zo verder opwaarderen en de aanpak van de toeristenbussen moet dan in het licht van deze wijzigingen herbekeken worden.”