Ruim een week nadat Vlaams Belang Bredene haar aan de deur had gezet, heeft Maaike Hemeleers voor het eerst gereageerd op haar gedwongen vertrek uit het lokaal bestuur van de partij. “Ik blijf zetelen”, verzekert Hemeleers.
“Een gebrek aan samenwerking en communicatie”, zette voorzitter Gregory Roelandt vorige week aan om Maaike Hemeleers uit de partij te bonjouren. Het geduld met Hemeleers was bij de andere VB-mandatarissen naar verluidt op.
Hemeleers bleef vorige week onbereikbaar voor commentaar, maar vond de tijd nu toch rijp om te reageren. “Ik betreur de manier waarop het lokale bestuur bepaalde zaken heeft behandeld. Zorg voor eigen volk en begrip horen volgens mij tot de kernwaarden van Vlaams Belang”, opent ze cryptisch.
Vrouwonvriendelijk
Ze lijkt haar ontslag toe te schrijven aan het feit dat ze vrouw is. “Het is spijtig dat deze situatie de partij in een vrouwonvriendelijk daglicht stelt, iets wat helaas ook bevestigd heeft dat de partij nog vaak als een mannenbastion wordt ervaren. In mijn beleving was dit ook een van de duidelijke verschillen tussen het voormalige Vlaams Blok en het Vlaams Belang: waar vroeger vaak een gesloten, hiërarchische cultuur heerste, wil Vlaams Belang inzetten op openheid, betrokkenheid en respect voor iedereen; ook voor de vrouw. Ik begrijp en respecteer de keuze van vrouwen die om die reden hun engagement hebben beëindigd.”
“De partij wordt nog vaak als een mannenbastion ervaren”
Hemeleers blijft wel zetelen, in de praktijk dus als onafhankelijke. “Voor de Bredenaar die gelooft in onze waarden: zorg voor eigen volk en een samenleving waarin Vlaamse tradities en waarden behouden blijven. Vanuit deze visie wil ik me inzetten voor veiligheid, lokale economie, onderwijs en kansen voor jongeren, zorg en ondersteuning voor wie het nodig heeft,…”
Signaal
“Ik hoop dat dit voorval een signaal mag zijn naar de partijtop dat binnen onze structuren meer aandacht nodig is voor inclusiviteit en respectvolle samenwerking en communicatie, zodat de waarden van Vlaams Belang ook daadwerkelijk in de praktijk worden gedragen.”
