De gemeenteraad van Oudenburg duurde maar liefst tot drie uur ‘s ochtends. Na een urenlange toelichting door het schepencollege en een uitvoerig debat boog de raad zich over het meerjarenplan 2026-2031. Het stadsbestuur van Voor Oudenburg/open VLD legt daarin de ambitie vast om de komende zes jaar 23,5 miljoen euro te investeren, terwijl tegelijk de algemene gemeentebelasting daalt. Vanuit de oppositie kwam stevige kritiek, zowel op de inhoud als op de manier waarop het plan werd gecommuniceerd.
Blik op de toekomst
Volgens burgemeester Romina Vanhooren vormt het meerjarenplan de leidraad voor een toekomstgericht Oudenburg. “We investeren de komende jaren in sterke dienstverlening, kwalitatieve infrastructuur en betaalbaarheid voor onze inwoners”, licht ze toe.
In totaal wordt 23,5 miljoen euro voorzien voor projecten in Oudenburg en de deelgemeenten. Tegelijk verlaagt de stad stapsgewijs de algemene gemeentebelasting, die tegen het einde van de legislatuur daalt tot 60 euro voor gezinnen en 30 euro voor singles en alleenstaande ouders. Een van de blikvangers is de komst van het Huis van de Oudenburgenaar op de Vanderheydesite, waar sociale dienstverlening, jeugd en gezin, lokale economie en evenementen samenkomen. Daarnaast zijn investeringen gepland in mobiliteit en bereikbaarheid, met nieuwe parkings aan de Abdijhoeve en in de schoolomgeving van Roksem en een structurele aanpak van voet- en fietspaden. Ook dorpskernvernieuwingen, erfgoedrenovaties, sportinfrastructuur, kinderopvang en een vernieuwd recyclagepark maken deel uit van het plan.
“We investeren de komende jaren in sterke dienstverlening, kwalitatieve infrastructuur en betaalbaarheid voor onze inwoners”
“Het was geen evidente begrotingsoefening”, erkent schepen van Financiën Sybren Taillieu. “We krijgen te maken met besparingen vanuit hogere overheden, onder meer op sociaal vlak. Toch slagen we erin onze financiën gezond te houden, zonder nieuwe lasten op te leggen en met een stabiele schuldgraad.”
Kritiek vanuit oppositie
Volgens het stadsbestuur blijft het budgettair resultaat positief over de hele looptijd van het plan. Vanuit de oppositie klonk echter scherpe kritiek. Fractieleider Peter Velle (CD&V+) hekelde in de eerste plaats de manier waarop het meerjarenplan naar buiten kwam. Volgens hem werd de volledige inhoud al gecommuniceerd in de media vóór de gemeenteraad het plan kon bespreken en goedkeuren. “Dat miskent de rol van deze gemeenteraad”, stelde hij.
Inhoudelijk stelde CD&V+ vragen bij verschillende beleidskeuzes. Zo wees de fractie op het schrappen van eerder aangekondigde projecten, waaronder een multifunctionele zaal in Ettelgem. Ook de verkoop van stedelijk patrimonium, goed voor meer dan 1,6 miljoen euro, werd kritisch bekeken. Volgens CD&V+ daalt de schuld op korte termijn, maar stijgt die tegen het einde van de legislatuur opnieuw door nieuwe leningen.
Daarnaast kaartte de oppositie de stijging van de prijs van een rol huisvuilzakken van 60 liter van 28 naar 50 euro aan. “Een gemiddeld gezin verbruikt jaarlijks twee tot drie rollen, wat neerkomt op een extra kost van 44 tot 66 euro per jaar. “Daarmee wordt de beloofde belastingverlaging grotendeels tenietgedaan”, stelde Velle.
“Het meerjarenplan bevat ook positieve elementen, maar dat zijn niet toevallig veel punten uit het programma van CD&V+”
Hij wees ook op de verlaging van de tussenkomst in de Buzzypass van 50 naar 30 procent. Volgens hem gaat het om een broekzak-vestzakoperatie, waarbij lasten niet dalen maar verschuiven. “De belastingverlaging oogt mooi in communicatie, maar in de praktijk betaalt de burger meer”, klonk het.
“Het meerjarenplan bevat ook positieve elementen, zoals mensgerichte dienstverlening dicht bij huis met zorgcoaches, een onderzoek naar een locatie voor openwaterzwemmen, de verhuis van Chiro naar een definitieve locatie, interactieve verlichting, niet toevallig veel punten uit het programma van CD&V+”, zei hij.
De oppositie wees er tot slot op dat in het meerjarenplan weinig concrete acties terug te vinden zijn rond intrafamiliaal geweld, mantelzorg, zwerfvuil, participatie en een versterkt woon- en verenigingsbeleid. Na een lange en intensieve zitting werd duidelijk dat het meerjarenplan de komende jaren het beleidskader zal vormen voor Oudenburg, al blijven de meningen over de inhoud en aanpak duidelijk verdeeld. “Wat als ambitie wordt verkocht, vertaalt zich voor veel inwoners niet in lagere lasten, maar in verschuivingen en gemiste kansen”, besluit Peter Velle.