De discussie tijdens de gemeenteraad van Oostende over de situatie in fusieziekenhuis AZ Oostende had maandagavond veel weg van een moddergevecht, eentje met minder opkuis achteraf weliswaar. De oppositie wilde met de aanstelling van een crisismanager en een onafhankelijk meldpunt, graag concrete maatregelen na de getuigenissen van personeelsleden over problemen in het ziekenhuis. Maar dat hoort volgens de burgemeester niet tot de bevoegdheid van de stad. Verschillende leden van de meerderheid verwijten de oppositie dat ze de negativiteit opkloppen voor politiek gewin.
Jeroen Soete heeft op de gemeenteraad van Oostende twee voorstellen ingediend in verband met AZ Oostende en de getuigenissen van personeel die onlangs naar buiten kwamen. De fractieleider van Vooruit stelde voor om een crisismanager aan te stellen om de problemen op te lossen voor de start van de traditioneel drukke zomermaanden aan de kust.
Tijdelijke crisismanager
“We zijn bezorgd over de personeelsleden van AZ Oostende. Niet iedereen herkent zich misschien in de klachten, maar er zijn toch genoeg getuigenissen om te bekijken wat er aan de hand is. De manier waarop de klachten geminimaliseerd worden vanuit de directie baart ons zorgen en stellen daarom voor om een tijdelijke crisismanager aan te stellen die tegen de zomer resultaten moet kunnen boeken.”
“Als die problemen snel verbeterbaar zijn dan hoeft dat geen lang mandaat te zijn. Dat is belangrijk voor de kwaliteit van de zorg, voor de patiënten en voor het personeel”, aldus Soete.
Onafhankelijk meldpunt
Hij stelde daarnaast ook voor om een onafhankelijk meldpunt op te richten. “We zien dat er veel klachten naar boven komen, maar dat er ook veel gerelativeerd wordt. Om de discussie te objectiveren moeten mensen hun verhaal kunnen doen.”
Beide voorstellen werden afgewezen. “Het aanstellen van een crisismanager behoort niet tot onze bevoegdheid, maar tot de ziekenhuisvereniging vzw Oostende. Er zijn ook al voldoende plaatsen om meldingen te maken van het O-punt, tot het meldpunt van het ziekenhuis zelf of het Agentschap Zorg en Gezondheid”, zei burgemeester Bart Tommelein.
Toxische werksfeer
Ook andere oppositieraadsleden kwamen tussen. Yves Miroir van O-mens had verschillende vragen. “De fusie van de ziekenhuizen heeft geleid tot een toxische werksfeer waardoor veel mensen de organisatie hebben verlaten. Er is overal een gebrek aan verpleegkundigen en artsen en op zo’n moment slaagt men erin om mensen af te stoten”, merkte Miroir op.
Er zijn tientallen getuigenissen. De pogingen om dat weg te zetten als een klein ding is storend
John Crombez was in zijn interpellatie scherp voor het bestuur van de stad en het ziekenhuis. “Er zijn tientallen getuigenissen. De pogingen om dat weg te zetten als een klein ding is storend. De Raad van bestuur relativeert veel van wat er wordt aangebracht en het is tegelijk moeilijk om te weten wat er precies aan de hand is. Zelfs de audit krijgen we niet handen. We spreken over het ziekenhuis. Dit is een delicate plek voor veel mensen om naartoe te komen.”
Gevecht voor de kiezer
Burgemeester Bart Tommelein nam ruim de tijd om de kritiek te pareren en begon zijn betoog vooral met een lange uithaal naar zowel oppositie, pers als de personeelsleden die hun verhaal gedaan hebben. “Ik hoor termen als menselijke drama’s, crisis, dramatisch, dictatuur, dat zijn woorden die geen eenheid vormen, maar tweedracht veroorzaken en ik weet niet wie we daarmee vooruit helpen.”
“De woorden zijn bedoeld om ons te raken als stadsbestuur. Het is een gevecht voor de kiezer, maar deze woorden raken vooral in de eerste plaats de mensen in dat ziekenhuis.”
Uiteindelijk ging de burgemeester ook nog in op de inhoudelijke opmerkingen. Hij verzekerde dat beide ziekenhuizen na de fusie de inspectie van Zorg en Gezondheid over de vloer hebben gekregen en een positief rapport hebben gekregen op vlak van patiëntveiligheid en kwaliteit.
Tijd en inspanning
“Je vindt in elke organisatie mensen die niet overeen komen, zeker na een fusie. Dat vergt tijd en inspanningen. Ik heb ook veel mensen over de vloer gehad die wel tevreden waren. De wachttijden op spoed kunnen inderdaad oplopen, we gaan de problemen niet onder de mat vegen. Wij vinden ook dat die moeten aangepakt worden.”
“De spoeddiensten van beide ziekenhuizen hebben een andere manier van werken. Terwijl de spoedarts in het ene ziekenhuis het volledige beleid op zich neemt, zorgt de spoedarts in het andere ziekenhuis voor het eerste contact en verwijst dan door naar een specialist. De brandweer had mij ook al gemeld dat er naar een goede manier moest gezocht worden om beide werkingen op elkaar af te stemmen. Er is verbetering nodig, was de vaststelling.
Niet door de fusie
De klachten zijn er niet door de fusie want er zijn nog altijd twee spoeddiensten actief. Mobius werd aangesteld om een analyse te maken en een actieplan op te stellen. Er heeft niemand ons verplicht om een audit te bestellen, we hebben zelf het initiatief genomen, niet om iemand aan een kruis te nagelen, maar om te kijken hoe we de behandeling van de patiënt kunnen verzekeren.”
“In 2026 is het de bedoeling om beide diensten samen te voegen. De komende weken wordt er een eindrapport opgemaakt.” Dat rapport zal niet gedeeld worden met de oppositie. “Het ziekenhuis is niet onderworpen aan openbaarheid van bestuur”, meldt Tommelein.
De burgemeester en voorzitter van de raad van bestuur van AZ Oostende ging tenslotte nog in op het personeelstekort met voorbeelden dat het tekort in verschillende ziekenhuizen groot is en dus niet te wijten is aan de fusie.
Tenslotte gaven meerdere leden van de meerderheid de oppositie een veeg uit de pan. “Jullie zetten de gezondheid van de mensen op het spel omdat ze door de negatieve berichten niet meer naar het ziekenhuis durven gaan”, zei schepen Björn Anseeuw.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
