Dit blijkt uit cijfers die federaal parlementslid Brecht Vemeulen (N-VA) opvroeg bij verantwoordelijk minister Jan Jambon (N-VA).
Sinds de politiehervorming van 2001 verloren rijkswachters het recht om een rijkswachterswoning te krijgen nabij hun kazerne. De bestaande contracten werden behouden waardoor er nu, 14 jaar later, nog steeds huizen bewoond zijn. Deze woningen worden door de Regie der Gebouwen niet verhuurd maar ter beschikking gesteld van de Federale Politie. De vrijgekomen woningen werden zoveel mogelijk verkocht. Om een zicht krijgen op de huidige situatie vroeg Kamerlid Brecht Vermeulen bij minister Jan Jambon cijfers op omtrent het gebruik en kosten van rijkswachterswoningen voor de Regie der Gebouwen.
Uit deze gegevens blijkt dat er in onze provincie nog 33 bewoonde rijkswachterswoningen zijn, waarvan 6 in Roeselare, 3 in Waregem, 3 in Zedelgem, 2 in Brugge, 2 in De Haan, 2 in Knokke-Heist, 2 in Staden en de rest overal verspreid.
Hoge onderhoudskosten, lage huur
Een eerste probleem is de onderhoudskost van deze gebouwen. Brecht Vermeulen : “In 2014 betaalde de Regie der Gebouwen 77.848,31 euro voor het onderhoud van de 33 woningen in West-Vlaanderen. Dit is bijna 2.360 euro per woning. Het jaar daarvoor was dit zelfs 128.090,64 euro, of 3.881,51euro per woning. De jaarlijkse onderhoudskost ligt hier veel hoger dan bij privé- of sociale verhuurders. De bedragen zijn ook veel te hoog voor zo weinig woningen, en dat dan nog voor woningen die binnenkort verkocht kunnen worden. Als we deze cijfers over de jongste vijf jaar vergelijken met de andere Vlaamse provincies, dan liggen de kosten in absolute cijfers nergens zo hoog als in onze provincie.”
Maar daarnaast is er de heel lage woonstvergoeding die de oud-rijkswachters zelf betalen. Deze varieert, naar gelang de loonschaal, van 146,26 euro tot 193,36 euro. “Een huis ter beschikking krijgen voor minder dan 200 euro is ongezien”, meent Brecht Vermeulen. “Dat is zelfs 33% tot 50% lager dan de gemiddelde sociale huurprijs in Vlaanderen , en die sociale woningen zijn dan bedoeld voor de meest hulpbehoevenden van onze samenleving.”
“Sneller verkopen”
Indien alle voormalige rijkswachters tot aan hun pensioen gebruik blijven maken van hun mogelijkheid om een vroegere rijkswachtwoning te bewonen, dooft dit systeem pas uit op 1 september 2034. Toch hoopt volksvertegenwoordiger Brecht Vermeulen dat het geen 20 jaar meer duurt. “Uit het antwoord van minister Jambon blijkt dat er een regeling is uitgewerkt waarbij groepen van ex-rijkswachterswoningen die deels leegstaan en deels bewoond, in groep kunnen verkocht worden. Dit is mogelijk wanneer minder dan één derde van de woningen in kwestie effectief nog bewoond worden. In het verleden zouden voornamelijk lokale besturen en sociale huisvestingsmaatschappijen interesse hebben betoond voor deze woningen. “In veel gemeenten is er nu nog maar één enkele ex-rijkswachtwoning uit een groter geheel bewoond. De Regie der Gebouwen kan veel kosten besparen door die woningen zo snel als mogelijk te verkopen. En als lokale besturen of sociale huisvestingsmaatschappijen geen interesse hebben, dan kunnen ze ook via een openbare procedure aan particulieren of investeerders verkocht worden. Maar dan zal de Regie der Gebouwen hiervoor wel meer inspanningen moeten doen dan nu”, besluit Brecht Vermeulen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier