De uppercut is geïncasseerd, de wonden zijn gelikt: nadat de partij uit de boot viel bij de coalitievorming, heeft Groen zijn draai weer gevonden in de oppositie. “Het wordt dus weer als zoals in de tijd van voor de vorige bestuursperiode”, stelt voorman Filiep Bouckenooghe met herwonnen strijdbaarheid in de stem. “Je zal ons vaak horen en we zullen nagels met koppen slaan.”
Toch zal Groen niet per definitie tegen alles zijn. “Een heel aantal zaken die nu klaar zijn voor uitvoering werden immers door ons nog mee op de sporen gezet, of we waren er zelfs voortrekker van: Wonderwel, Elk telt, mantelzorgbeleid, geestelijke gezondheid… dat blijven we verder steunen.”
Jullie zijn door de kiezer niet echt beloond geweest voor je inzet tijdens de vorige bestuursperiode.
“Dat zou ik zo niet durven zeggen. Van de drie partijen die in de meerderheid zaten zijn er twee vooruit gegaan, en één daarvan zijn wij. Maar tegen de tsunami van Kris Declercq en zijn CD&V waren we inderdaad niet opgewassen. Hij had dan ook de touwtjes volledig in handen om de nieuwe meerderheid te vormen. Dat wij daar niet meer bij waren vonden we uiteraard niet leuk, al konden we toch wel met genoegen vaststellen dat heel wat van onze accenten worden doorgetrokken in het nieuwe bestuursakkoord. Maar waar we het ergst van geschrokken zijn, is dat is dat je vrienden van vroeger plots je vijanden worden.”
Maar jullie herkennen zich wel in het nieuwe bestuursprogramma?
“Voor een deel wel. Het probleem is echter dat er momenteel een groot verschil is tussen wat er wordt gezegd en geschreven en wat er effectief wordt gedaan. Het dossier van de Maria’s Lindestraat is daar een voorbeeld van. In de gemeenteraad wordt er besloten om een globale verkeersstudie over Rumbeke te bestellen en wordt er gezegd dat er overleg komt met de burger, maar hier wordt niet op gewacht om toch al voorlopige maatregelen te nemen. De gemeenteraad wordt eigenlijk helemaal niet meer geïnformeerd: denken we maar aan de deelsteps, of zelfs het bestuursakkoord in het algemeen. Wij lezen daar overal van alles over, er wordt een grote publieksshow gehouden, maar in de gemeenteraad: veel te laat. Maar hier hebben we toch voor een eerste keer onze tanden kunnen tonen: het is bij mijn weten de eerste keer in de recente geschiedenis dat er een extra gemeenteraadszitting is gekomen die op last van de oppositie werd samengeroepen.”
Het beleidsplan dan : welk cijfer krijgt het van Groen?
“Er staan mooie intenties en slogans is, maar het mist op veel vlakken toch wel de nodige ambitie. Rond sociaal wonen bijvoorbeeld, toch een van dé hefbomen voor een menswaardig bestaan en bestrijding van de armoede. De ambitie van de meerderheid is om 8 % sociale huurwoningen te hebben. Dat is hetzelfde cijfer als in de vorige bestuursperiode, waarin we van 6,5 % naar 7,75 % gegaan zijn. Als je weet dat er nog altijd 2.200 mensen op de wachtlijst staan, dan mag de lat voor ons wel wat hoger, tot 9 of misschien zelfs 9,5 %. Maar blijkbaar vinden sommigen het huidige niveau voldoende, omdat ze menen dat sociale woonwijken armoede aantrekken…”
100.000 nieuwe bomen in Roeselare. Dat moet toch wel applaus krijgen van Groen.
“Dat is lager dan de ambitie van de vorige bestuursploeg. Toen was er sprake van realisatie van 50 % van de twee bossen, dus zo’n 60 hectare bos erbij. Doelstelling die weliswaar niet werd gehaald omdat eigenaars niet wensten te verkopen er meer middelen dan gedacht nodig waren voor het verwerven van de nodige percelen.”
Er zal allicht ook nog een aardig centje nodig zijn om het probleem van de verkaveling in het Bergmolenbos opgelost te krijgen?
“Wij willen geen verkaveling in de nabijheid van dit bos. De zone in kwestie heeft wonen en landbouw als bestemming en hoeft voor ons ook niet per se bebost te worden. Ze kan ook een invulling krijgen die perfect aansluit bij de roeping van het Bergmolenbos als recreatiezone: een dierenasiel, het provinciaal educatief centrum, de uitkijktoren…. Of waarom geen horeca? Wij zijn absoluut niet tegen horeca in het Bergmolenbos, we vinden dit een meerwaarde. En wat voor ons ook een absolute bijkomende troef zou zijn, is een voetgangers- en fietsersbrug die het Sterrebos en het Bergmolenbos met elkaar verbindt. Dat staat inderdaad nog nergens op de planning van AWV, maar op termijn zal dit er toch moeten komen denken we, dat is toch de logica zelf.”
Welke zijn voor jullie de gemiste kansen in het nieuwe bestuursakkoord?
“De betonstop. Dat is voor ons een fundamenteel punt. Onze stad groeit snel, maar dat mag niet ten koste gaan van de open ruimte, die al zo aangetast is. En dat geldt in de eerste plaats voor het gebied buiten de grote ring, dat een roeping had als open ruimte maar op vele plaatsen al stuksgewijs is aangesneden, ook door het stadsbestuur zelf. We moeten werk maken van verdichting. En dat kan voor ons gerust ook door op een verstandige manier in de hoogte uit te breiden in plaats van in de breedte. Ook krijgt de auto nog te veel ruimte. Het autoverkeer in het centrum wordt nog te veel aangemoedigd in plaats van geweerd. Wij blijven voorstander van een verkeersvrije markt én Ooststraat. In Hasselt zijn de winkelstraten verkeersvrij, waarom zou dat in Roeselare niet kunnen? Je krijgt hierdoor ook een ander soort winkels, met een eigentijdser en hipper karakter. Doordat je in Roeselare nog te gemakkelijk overal geraakt met de auto, is de bezetting van het openbaar vervoer ook veel te laag. De bus, dat is voor mensen die geen auto hebben, zeggen de mensen, en ze hebben nog gelijk ook: kijk maar eens wie er allemaal op onze stadsbussen zit. En zo beland je natuurlijk in de vicieuze cirkel die leidt tot afbouw van het openbaar vervoer. Terwijl we er, ook al voor ons klimaat, volop moeten in investeren.”
Nog thema’s die Groen Roeselare tot de zijne wil maken?
“Absoluut! Stilte en rust bijvoorbeeld. De mensen blijken daar meer en meer nood aan te hebben en vragen daar alsmaar uitdrukkelijker naar. We moeten werk maken van een stilteplan, dat duidelijke stille zones afbakent, ook in het centrum. Ook eenzaamheid wordt een alsmaar groter probleem, ook in Roeselare. Dus moeten we die gaan bestrijden en het is aan ons stedelijk zorgbedrijf om hier het voortouw in te nemen. Maar ook een meer materieel thema als bijvoorbeeld city branding willen we op de agenda zetten: we zijn erg bekend als winkelstad, maar onze Roeselaarse bedrijven en producten zijn dat minder. Met een merk als Rodenbach moet toch véél meer mogelijk zijn!”
“En, het wordt allicht ook tijd dat de uitbouw van een wijkgezondheidscentrum weer van onder het stof wordt gehaald”, knipoogt Filiep Bouckenooghe tot slot. Er zijn op dat vlak nieuwe wettelijke mogelijkheden geopend, en zo’n centrum zou toch een absolute meerwaarde zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier