Verdeelde reacties op niet-selectie Westhoek als landschapspark: “De Westhoek mist een enorme kans”

Onder meer de heuvels van Heuvelland worden niet erkend als landschapspark. (Foto TOGH)
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

VOKA en de landbouwersorganisaties zijn tevreden dat de Westhoek niet geselecteerd werd als Landschapspark, terwijl Natuurpunt De Bron en gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe teleurgesteld reageren. Voorzitter Christof Dejaegher van Westhoekoverleg zegt dan weer een dubbel gevoel te hebben. “Vooral het inkrimpen van de IJzervlakte in het geheel blijkt een pijnpunt te zijn”, aldus Dejaegher.

Vlaams minister van Omgeving en Toerisme Zuhal Demir (N-VA) maakte woensdag bekend dat er zeven geselecteerde kandidaten voor de titel Landschapspark zijn, maar daar hoort de Westhoek niet bij. Nochtans hadden de Westhoekburgemeesters wel een kandidatuur ingediend. Het kabinet van minister Demir meldt dat ze het ook jammer vindt dat Westhoek niet geselecteerd is voor de volgende ronde. “Vanaf het begin hebben enkele lokale actoren zich echter verzet tegen de komst ervan in hun regio, ook ondanks bemiddeling van de minister zelf tijdens overlegmomenten in de regio”, klinkt het. “Uiteraard is lokaal draagvlak belangrijk om dit hele traject tot een goed einde te brengen. De minister begrijpt dus teleurstelling die er daar kan zijn, maar roept de natuur- en landschapsvrienden in de regio op om zeker de kop niet te laten hangen. Wat niet is kan nog komen. Door verder te werken op het terrein kan in de toekomst nog veel mogelijk zijn na deze eerste procedure. Ze zullen in de minister altijd een bondgenoot vinden, ook voor natuurinvesteringen buiten deze erkenningsprocedure.”

Westhoekoverleg

Christof Dejaegher (CD&V), voorzitter van Westhoekoverleg en burgemeester van Poperinge, zegt een dubbel gevoel te hebben bij het besluit van de jury. “Het verbaast me niet meteen en ik kan enkele argumenten zelfs begrijpen. Het was van in het begin en tot vlak voor indienen een heel moeilijk dossier, waardoor het geheel in de visie minder en minder samenhangend was. Vooral het inkrimpen van de IJzervlakte in het geheel blijkt een pijnpunt te zijn”, aldus Dejaegher.

“Wat ik wel betreur, is het oordeel dat er onvoldoende draagvlak is. Op zich waar, maar dit betekent ook dat niemand dan de kans krijgt om naar draagvlak en samenwerking te zoeken in het vervolgtraject. Wat ik dan weer minder begrijp, is dat nu gesteld werd dat het voorgestelde gebied te groot en te divers was, daar waar aanvankelijk heel hard de nadruk gelegd op de Westhoek als één regio.”

“We zullen wel zien wat de toekomst brengt”, vervolgt Dejaegher. “Met of zonder deze titel we blijven één van de mooiste en één van de weinige nog echte open ruimtegebieden in Vlaanderen. De Vlaamse overheid mag dit wat mij betreft met meer dan een titel en toeristische subsidies ondersteunen. Dus waarom in het ruimtelijk – financieel beleid het geweer niet van schouder veranderen en in plaats van stedelijkheid financieel al te fors te gaan ondersteunen misschien nu het platteland kansen geven? Wie de open ruimte waardeert, zal ze redden.”

Provincie

Zijn stadsgenoot en gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe (Vooruit) reageert dan weer heel teleurgesteld. “’I must be an optimist because a pessimist is never disappointed!’. Dit citaat van Janis Joplin koos ik dit jaar voor op mijn nieuwjaarskaart”, postte Jurgen Vanlerberghe op Facebook gisteren. “We zijn vandaag 12 januari. Ik word dus wel snel geconfronteerd met de harde realiteit van de diepe ontgoocheling.”

“Natuurlijk ben ik zeer tevreden dat de grensoverschrijdende Zwinstreek wel nog een kans maakt. En ja, het is spijtig dat Bulskampveld ondanks veel inspanningen niet geselecteerd werd. Al wisten we zelf ook wel dat het een dubbeltje op zijn kant ging worden. Als het dan uiteindelijk niet lukt, dan blijft dat spijtig. Maar daar kun je moeilijk diep teleurgesteld om zijn.”

“De Westhoek is een ander verhaal. Het is verdorie het grootste openruimtegebied van Vlaanderen. Met nog gigantisch veel diamanten die vragen om geslepen te worden. De jaarlijkse werkingsmiddelen van maar liefst 600.000 euro, maar ook en vooral het toegangsticket tot heel wat Vlaamse (investerings)-subsidies die met eventuele een erkenning als Landschapspark gepaard gaan hadden de Westhoek vleugels kunnen geven. Helaas zijn politici en middenveld in de Westhoek er niet in geslaagd zijn om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Waardoor we – eerlijk is eerlijk – geen sterk dossier konden indienen. Het had wat weg van kaas met gaten. Of van het lichaam van een topatleet, waar het hart was uitgesneden.”

“Alle begrip dus voor het oordeel van de jury en van de minister. Ik ben vooral diep ontgoocheld, teleurgesteld zelfs, dat het zo gelopen is. Mijn geloof in de maakbaarheid van de samenleving heeft toch wel een behoorlijke tik gekregen. Ik blijf, misschien tegen beter weten in, wel geloven dat het citaat van Janis Joplin op mij van toepassing is. En er is natuurlijk nog altijd Friedrich Wilhem Nietzsche: ‘Was mich nicht umbringt, macht mich stärker.’ Maar dat is voor morgen, vanavond geef ik me toch even over aan de ontgoocheling en droefnis…”, besloot Jurgen Vanlerberghe, die als bevoegde gedeputeerde een trekkersrol speelde in de kandidatuur.

Natuurpunt De Bron

Natuurpunt De Bron neemt de betrokken gemeentebesturen zwaar op de korrel. “Ongetwijfeld gaan hierdoor een pak middelen voor streekontwikkeling, recreatie, natuur… de komende jaren niet naar de Westhoek komen. Jammer, voor de streek op zich en voor veel ondernemers en ontwikkelingen hier”, zegt Peter Bossu, coördinator van Natuurpunt De Bron. “De jury beoordeelde dat er in het voorstel onvoldoende evenwicht zat en onvoldoende draagvlak. Dat de betrokken gemeentebesturen maar eens goed in eigen boezem kijken welke kansen en centen hierdoor voorbij gaan aan de streek.”

“Dat geen Westhoekgemeente de komende jaren komt klagen dat er te weinig Vlaamse middelen naar de streek komen”, klinkt het scherp. “Ze hebben het door hun verdeeldheid zelf gezocht. Dat is vooral jammer voor de streek, voor de bevolking die zo een pak kansen mist. De uitdagingen voor en aan impulsen rond en voor klimaat, biodiversiteit, streekontwikkeling… blijven hoe dan ook groot. De Westhoek mist hiermee een enorme kans door niet eendrachtig voor een ‘Landschapspark Westhoek’ te gaan. Verdeeldheid loont zelden. Laten we daar als streek lessen uit trekken en de volgende kans wel eendrachtig grijpen en verder kijken dan de eigen koker.”

Toch eindigt Peter Bossu met een positieve noot. “Ondertussen merken we duidelijk dat het draagvlak voor een degelijk natuurbeleid groeit, dat we meer leden krijgen, heel veel vragen over milieu- en natuurdossiers. Natuur leeft dus wel degelijk bij heel veel mensen en dat sterkt ons om onze werking nog beter uit te bouwen. We hopen dat de politici die in het debat zo’n grote voorstander waren van de versterking va het Regionaal Landschap Westhoek in plaats van de oprichting van een Landschapspark, woord houden en dat effectief doen. We gaan ze met Natuurpunt De Bron daar alvast blijven aan herinneren”, besluit Peter Bossu.

VOKA West-Vlaanderen

VOKA en de landbouworganisaties waren van in het begin maar een koele minnaars van het idee van de Westhoek als een landschapspark. Zij zijn dan ook tevreden. “Kamer van Koophandel West-Vlaanderen is opgelucht dat het dossier rond Landschapspark Westhoek van de baan is. Het gebrek aan een wetgevend kader en bijhorende rechtsonzekerheid voor onze ondernemers kon mogelijk een rem betekenen op de economische groei van de regio”, aldus gedelegeerd bestuurder Bert Mons.

“Vooral de grote onduidelijkheid qua implicaties op lange termijn voor onze ondernemers en de rechtsonzekerheid was voor ons een doorn in het oog in dit dossier. Uiteraard blijven wij in de toekomst constructief meewerken aan de positieve profilering van de regio. Dit met respect voor landschap, natuur en klimaat maar met de economische belangen van de Westhoek voorop”, besluit Mons.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier