Wachtlijsten voor volkstuintjes en gemeenschappelijke moestuinen

Didier Demets is ondervoorzitter van het comité dat het volkstuintje op ’t Hoge beheert. (foto AN)
Didier Demets is ondervoorzitter van het comité dat het volkstuintje op ’t Hoge beheert. (foto AN)
Annelies Nollet
Annelies Nollet medewerker KW Kortrijk-Menen

De gemeenschappelijke moestuinen of volkstuintjes zijn populairder dan ooit. In totaal staan in Kortrijk 75 mensen op de wachtlijst om een perceeltje te veroveren waar ze naar hartenlust groenten, fruit en bloemen kunnen kweken. Het stadsbestuur plant dan ook uitbreidingen.

Woensdagnamiddag, de 32 perceeltjes in het volkstuintje op ‘t Hoge aan Langwater baden in de zon. Lebachir en zijn dochtertje zijn al druk aan het werk om hun stukje grond te beplanten. “We zetten om te beginnen zeker koriander, peterselie, bonen, erwtjes, aardappelen en ajuin”, klinkt het enthousiast. “We wonen hier maar een paar huizen verderop en hebben echt onze draai gevonden. Vorig jaar hadden we nog een kleiner perceeltje, maar toen iemand vertrok, konden we een groter stuk grond beginnen bewerken. We komen hier vooral graag voor de gezelligheid. De mensen zijn hier zeer vriendelijk. En het is plezant om iets te doen met de kinderen. Mijn twee zonen en dochter komen graag mee met papa om te helpen.”

Gezellige sfeer

Even verderop zien we Didier Demets (67), ondervoorzitter van het comité dat het domein beheert. Hij voorziet zijn aardbeien van paardenmest. “Er is geen betere mest dan die van paarden. Maar dan moeten ze wel op stro zitten, niet op houtkrullen. Daar kan je niets mee doen”, weet hij. “Op dit moment kom ik hier minstens een keer per week langs. Iedereen is stilaan begonnen met planten en dat zorgt voor een gezellige sfeer. Ik woon op het einde van de straat en heb thuis alleen een klein binnenkoertje waar ik vooral bloemen kweek. Dus toen twee jaar geleden bekend raakte dat er volkstuintjes zouden komen op Langwater, heb ik niet getwijfeld om een perceeltje aan te vragen.”

“Het klassieke profiel van de moestuinierder, een oudere man, is aan het veranderen”

De 32 planters zijn verantwoordelijk voor hun eigen strookje grond. Stad Kortrijk zorgt voor het onderhoud van de paden en de haag en Didier en zijn collega’s kopen met het lidgeld van 40 euro per jaar gemeenschappelijke zaken zoals een grasmachine en een kruiwagen aan. Alles verloopt ecologisch, dus zonder giftige mest- of sproeistoffen. “Ons tuintje is echt een smeltkroes van mensen die elkaar anders niet zo snel tegen het lijf zouden lopen. En die praten allemaal met elkaar en helpen elkaar, dat maakt het echt de moeite om hier je lentes en zomers door te brengen”, besluit Didier.

Veel meer interesse

Lebachir en Didier zijn lang niet de enige Kortrijkzanen met een passie voor moestuinieren die in een volkstuintje aan de slag zijn. “De vraag naar perceeltjes is enorm gestegen sinds de start van de coronacrisis”, weet schepen van Klimaat en Biodiversiteit Bert Herrewyn (Vooruit). “De mensen hebben plots veel meer tijd.” Kortrijk telt zeven volkstuintjes met in totaal 147 bewerkbare percelen, die zijn op dit moment stuk voor stuk volzet. Daarnaast staan ook 75 mensen op de wachtlijst in de hoop een lapje grond te veroveren.

“Het grootste deel daarvan, 66 mensen, staat op de wachtlijst voor de volkstuintjes aan de Venning. Dat zijn meteen ook de oudste tuintjes in onze stad. Origineel waren er 39 tuintjes, maar nu zijn er 41. De percelen zijn erg groot, dus we zijn begonnen met ze in twee te delen om zo meer mensen te bedienen. Op de Venning komen de mensen van overal. De andere tuintjes in Kortrijk zijn meer buurtgericht.”

Filip Bonné is professionele moestuinhelper. (foto AN)
Filip Bonné is professionele moestuinhelper. (foto AN)

Het gaat over volkstuin Ghellinck in Bissegem met twintig perceeltjes, Disgracht in Heule met 12 perceeltjes, de Moteweg in Marke met twintig plekjes, de 32 percelen op Langwater en twaalf plaatsen op Walle. Maar wie daar geen plaats kan veroveren, hoeft niet te wanhopen. De stad telt ook drie zogenaamde ‘samentuinen’. “Daar wordt samen geplant, verzorgd en geoogst”, aldus de schepen. “Ideaal voor financieel kwetsbaardere mensen die misschien niet de middelen hebben om plantgoed aan te kopen.”

De samentuinen zijn een recente evolutie in het volkstuintjeslandschap. “We merken ook dat het klassieke profiel van de moestuinierder, een gepensioneerde man, verandert. Je ziet nu even goed jonge gezinnen in de grond wroeten.” De grote interesse zette de stad ertoe aan om de tuintjes uit te breiden. “Op Langwater komen er nog eens 32 perceeltjes bij”, aldus de schepen. “Ook Velt, de organisatie achter de ondertussen verdwenen tuintjes op de punt van het Buda-eiland, is op zoek naar een nieuwe locatie. We hopen de wachtlijsten dus snel in te korten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier