Vader en dochter trekken samen de natuur in: “Uitstapje naar de zee om haaientanden te zoeken”

Poperingenaar Stefaan Depover (49) en zijn dochter Friedel (22) hebben een gedeelde passie: de natuur. Met verrekijkers en/of telescoop gaan ze vogels spotten en hebben interesse of dag- en nachtvlinders of andere insecten. “Toen onze dochter Friedel in het lager onderwijs zat, merkte ik dat zij ook die kriebel voor de natuur te pakken had”, vertelt papa Stefaan Depover. 

“Geregeld trekken we eens de natuur in om onder andere vogels te spotten. Die interesse heb ik altijd wel gehad, ook als kind. Op latere leeftijd was ik er iets minder intensief mee bezig”, vertelt Stefaan Depover. Samen met zijn partner Kristel Logie en dochter Friedel woont hij in Poperinge. “Toen mijn dochter in het lager onderwijs zat, merkte ik dat die kriebel er ook bij haar wel was. Ik nam haar mee op pad en ik kon haar zaken laten ontdekken. Nu gaan we nog steeds af en toe samen op pad en ondertussen geven we ook sinds jaar en dag onze waarnemingen in op waarnemingen.be” 

Haaientanden

“De trigger om er weer wat intensiever naar buiten te trekken, kwam er indertijd ook dus voor een stuk door Friedel. Het is leuk om een passie te delen. Zo kwamen we onlangs ook in De Haan terecht. Het strand van Vosseslag in De Haan is al enkele jaren populair bij liefhebbers van fossielen. Schedelstukken van walvissen, oude haaientanden… kan je er vinden. Op het nieuws hadden we gehoord dat het strand van De Haan weldra nagelnieuw zand zou krijgen, waardoor de vele fossielen die er liggen verloren zouden gaan”, zegt Stefaan. 

Op geregelde tijdstippen gaan we eens vogels spotten of kijken we wat er in onze lichtbak te vinden is aan nachtvlinders. Het is geweldig om zelf dingen te ontdekken, zoals ook zeldzame soorten die je niet verwacht. Zeer waardevol was bijvoorbeeld de ontdekking van broedende grauwe kiekendieven in Westvleteren een aantal jaren terug. We genieten bijvoorbeeld ook wel eens van de zeearenden in de Blankaart, gaan af en toe naar de Briqueteries in Ploegsteert of trekken eens naar de kust.. Het nieuws over die fossiele haaientanden klonk natuurlijk ook wel interessant voor Friedel en ik, dus reden we op een zaterdagmorgen met een schep en zeef richting De Haan. 

(lees verder onder de foto)

Zeef

“De tanden lagen er nu echter ook niet niet zomaar voor het rapen, we moesten echt wel actief op zoek. We zochten vier à vijf uur, waarvan regelmatig eens op onze knieën om het schelpengruis wat te zeven, maar het is een succes geweest”, lacht Stefaan. “We hebben toch een vijftiental tanden gevonden, waarvan ook een paar grotere. Het is eigenlijk ongelooflijk dat het objecten zijn die we daar gewoon konden terugvinden. Die tanden zijn prehistorisch, dus miljoenen jaren oud. Het is op zijn minst bijzonder om dat eens in je handen te kunnen hebben. 

Dat er momenteel wel wat haaientandtoerisme is, kan ook Stefaan niet ontkennen. “We hebben uiteindelijk een heel leuke dag gehad. ‘s Morgens trokken we naar de bakker en aten we onze koffiekoeken in de auto. Bij aankomst waren er al enkele mensen op het strand aan het zoeken. Na enkele uren zoeken, aten we gezellig een belegd broodje op het strand. In de namiddag waren er al zeker 100 mensen op het strand. We hebben mensen leren kennen uit Limburg, Nederland, Groot-Brittanië… Er waren Nederlanders die 400 kilometer hadden gereden om te zoeken naar haaientanden”, vertelt Stefaan. Dat waren dan wel mensen die regelmatig op zoek gingen naar fossielen in binnen- en buitenland. “Naar het strand zelf trekken we meestal niet zo vaak, maar in de toekomst zullen we daar wellicht nog wel eens op zoek gaan naar vanalles en nog wat. We hebben nu ook de moeite genomen om hier en daar wat schelpen van naderbij te bekijken.”

(lees verder onder de foto)

Uilen

De volgende uitstap van Stefaan en Friedel wordt de Hoge Venen. “Dat staat begin april op de agenda. Dat is een jaarlijkse uitstap en Friedel gaat dit jaar ook mee. We verblijven er enkele dagen en daar gaan we dan vooral vogelspotten. We zullen er meer dan waarschijnlijk bepaalde soorten uilen, zwarte ooievaars, visarenden, waterspreeuwen, notenkrakers en nog veel meer zien. Heel wat soorten die in onze contreien heel wat minder evident zijn, of zelfs totaal niet voorkomen.”