Op de voormalige site van buizenfabrikant Declercq gaat de gemeente aan de slag om er 25 volkstuintjes gebruiksklaar te maken. Een meer dan welgekomen groene long voor de buurtbewoners die vaak niet over een eigen tuin beschikken.
Het project, een samenwerking tussen de gemeente en de jongerenwerking Carpe Diem, speelt in de op de noden van de mensen uit de wijk. “Nadat de fabriek hier vertrok om zich te installeren in de industriezone kwam het terrein braak te liggen. De gemeente kocht het en een subsidiedossier werd bij het Waalse gewest ingediend.” Cedric Van Achter, een van de drijvende krachten achter het project en Carpe Diem, was dan ook blij dat het dossier goedgekeurd werd. “Onze werking ligt middenin de wijk” gaat hij verder. “We wisten dan ook dat de nood aan een buitenplek bij heel veel mensen aanwezig was. Vooral tijdens de coronaperiode is dat overduidelijk geworden. Mensen die geen eigen tuin hadden werden eigenlijk veroordeeld tot een opsluiting in hun eigen woning, zonder echte mogelijkheid frisse lucht te nemen. Toen we wisten dat de gemeente de gronden had gekocht, hebben we aan de buurtbewoners gevraagd naar hun ideeën en zo kwam het concept van de volkstuintjes tot stand.”
De 25 nieuw verworven plekjes hebben ondertussen al nagenoeg allemaal een tuinier gevonden. “Nadat de verkoop afgerond was en de gemeente werk had gemaakt van het reinigen van de gronden, kon iedereen zich kandidaat stellen om een tuintje te gaan beheren” sluit Cedric af. “Mensen van alle leeftijden hebben zich aangeboden en kunnen dan ook weldra aan de slag. Elk kan zijn tuintje naar eigen goeddunken gaan beheren maar met onze organisatie gaan we toch een oogje in het zeil houden. We willen van de volkstuintjes een aangename plaats maken en gaan dan ook niet toelaten dat iemand zijn perceel laat verloederen.”
(CL)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
