IN KAART Onze bossen werden weer 12.000 bomen armer

West-Vlaanderen blijft de bosarmste provincie. © Pixabay
Phebe Somers

In een jaar tijd ging opnieuw zes hectare bos verloren in onze provincie. Daarmee blijft West-Vlaanderen – met ruime voorsprong – de minst bosrijke provincie van het land. Gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe wijst daarvoor met een beschuldigende vinger naar de Vlaamse overheid. “We zouden 10.000 hectare extra bos kunnen hebben, mocht Vlaanderen eindelijk de knoop doorhakken.”

Van 8 tot en met 15 oktober vindt de Week van het Bos plaats. Hoog tijd om een balans op te maken van het boslandschap in onze provincie. Dat ziet er helaas allesbehalve rooskleurig – of donkergroen – uit. West-Vlaanderen is sinds jaar en dag de bosarmste provincie van het land.

Met 7.255 hectare aan boslandschap komen we niet eens in de buurt van Oost-Vlaanderen: de op één na slechtst scorende provincie van Vlaanderen heeft meer dan dubbel zoveel bos als wij. Antwerpen spant de kroon met ruim 33.000 hectare, meer dan vier keer zoveel als bij ons. Dat blijkt uit cijfers over het bodemgebruik van het Belgische statistiekbureau Statbel.

Nergens minder

En er is niet meteen beterschap op komst, want in vergelijking met 2021 ging vorig jaar in West-Vlaanderen opnieuw zes hectare bos verloren, goed voor ongeveer 12.000 bomen. Vijf gemeenten waren verantwoordelijk voor dat bescheiden verlies: De Panne, Jabbeke, Menen, Oostkamp en Torhout. In de overige 59 gemeenten bleef de oppervlakte bosgebied stabiel. (lees verder onder de kaart)

Ons bosgebied maakt momenteel ongeveer 2,3 procent van onze totale landoppervlakte uit, het laagste percentage in België. Op Vlaams niveau scoort Limburg het beste met een bosaandeel van 12,7 procent.

Volgens West-Vlaams gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe (Vooruit), bevoegd voor natuur- en groenbeleid, zijn er verschillende redenen voor onze achterstand op dit vlak, maar is de trage werking van de Vlaamse overheid de grootste boosdoener. “In West-Vlaanderen hebben we ongeveer 70.000 hectare niet-herbevestigd agrarisch gebied. Zo’n 15 jaar geleden werd door de Vlaamse overheid afgesproken dat er een ruimtelijk debat moest komen over deze gronden, tussen alle actoren”, legt de gedeputeerde uit.

“Vlaanderen beslist niks, waardoor we 10.000 hectare niet kunnen bebossen”

Het project waarover hij spreekt kreeg de naam Agnas, afkorting voor de ‘Afbakening van de Gebieden van de Natuurlijke en Agrarische structuur’. Volgens de initiële managementplannen die jaren geleden werden opgesteld, zou volgens Vanlerberghe ongeveer 15 procent van dit niet-herbevestigd gebied een natuurbestemming krijgen, goed voor 10.000 hectare. De rest zou definitief toebehoren aan de landbouw. (lees verder onder de grafiek)

“Het probleem is dat we intussen 15 jaar verder zijn en dat dit debat nog altijd niet gevoerd werd. De Vlaamse regering bougeert niet en blijft deze beslissing uitstellen, en daar kunnen wij als provincie helaas niets aan veranderen. Dat zorgt er niet enkel voor dat op deze locaties geen nieuwe bossen kunnen geplant worden, maar ook dat er geen geen rechtszekerheid is voor de huidige eigenaars.”

“Laten we duidelijk zijn: wij willen meer bos, maar wel waar het hoort. We willen zeer graag de bestaande boslandschappen uitbreiden, en dat kan het beste met de gronden die nu vastzitten in dat Agnas-programma. Maar we willen geen gronden afnemen van landbouwers en er een bos op zetten als we niet met 100 procent zekerheid kunnen garanderen dat die grond een natuurbestemming krijgt.”

Verantwoordelijkheid nemen

Het kabinet van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) reageert teleurgesteld op de uitspraken van Vanlerberghe. “Het is jammer dat de deputé op deze manier de aanval inzet. Het klopt dat in die Agnas-procedure nog wat herbestemmingen zullen komen. Maar als de deputatie écht wil, dan zouden ze die gebieden al kunnen bebossen via een provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan. Wij hebben de provincie al een stuk groener gemaakt en hopen dat dit in de toekomst nog sneller kan, maar iedereen moet zijn verantwoordelijkheid nemen.”

Iedereen moet zijn verantwoordelijkheid nemen om West-Vlaanderen groener te maken”

Toch is er nog hoop. Ondanks de trage evolutie, is er wel degelijk vooruitgang. Agentschap Natuur en Bos kocht dit jaar alleen al 128 hectare grond aan met als doel om daar bomen op te planten. Omgerekend zijn dat 179 voetbalvelden. De afgelopen tien jaar ging het in totaal over 506 hectare grond, waarvan iets minder dan de helft al werd getransformeerd tot een bosrijk natuurlandschap. (lees verder onder de grafiek)

Het gaat over gebieden die verspreid zijn over heel West-Vlaanderen: van Alveringem tot Zwevegem, van Tielt tot Bredene. Ter vergelijking: tussen 2003 en 2013 kocht het Agentschap slechts 292 hectare grond in onze provincie.

Positief nieuws, maar de aankoop van deze gronden betekent niet dat onze provincie meteen honderdduizenden bomen rijker is geworden. Van de 799 hectare grond - of 1.118 voetbalvelden - die de afgelopen 20 jaar werden aangekocht, moet nog meer dan de helft bebost worden.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier