Dwergvinvis aangespoeld op het strand van Bredene

© RBINS/BMM
© RBINS/BMM
Redactie KW

Vrijdagmorgen is in Bredene een dode dwergvinvis aangespoeld op het strand ter hoogte van strandpost 1. Aan de lengte van 3,89 meter te zien, gaat het wellicht om een jong dier. Het dier werd overgebracht naar de Universiteit van Gent waar een autopsie zal uitgevoerd worden.

De dwergvinvis behoort tot de kleinere baleinwalvissen. Vergis u echter niet: een volwassen vrouwelijk exemplaar kan negen tot elf meter lang worden en kan een gewicht hebben van 14 ton. De mannetjes zijn met negen tot tien meter iets kleiner. Aangezien de baby’s van een dwergvinvis amper 2,8 meter lang zijn bij de geboorte, gaat het hier ongetwijfeld om een jong exemplaar.

“De laatste jaren werden hier en daar exemplaren waargenomen”, vertelt marinebioloog Francis Kerckhof van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN). “In 2004 werd er nog een overleden dwergvinvis opgevist in de Noordzee en in 2013 was er een stranding in Nieuwpoort. Het dier had toen heel wat plastic in zijn maag. In 2019 werd dan weer een levend exemplaar gezien in het windmolenpark. De laatste jaren gaat het om een viertal waarnemingen.”

Het dier dat in Bredene strandde, is overleden. “Een exacte verklaring voor zo’n stranding is er niet, maar meestal gaat het om een jong dier dat op een of andere manier van zijn moeder gescheiden wordt en zo de weg kwijt raakt”, aldus Francis Kerckhof.

Veel meer dan vroeger

De dwergvinvis komt voor in alle oceanen en zeeën van het noordelijk halfrond. “Ze komen veel meer voor dan vroeger”, vervolgt Francis Kerckhof. “Een exacte verklaring voor de verschuiving is er niet. Ze leven vooral in open zee en durven weleens mensen of boten opzoeken.”

Het aangespoelde dier zal nu naar de Universiteit van Gent worden gebracht, waar men zal proberen om de doodsoorzaak vast te stellen. “In Gent zal een autopsie op het dier gebeuren. Men gaat de maaginhoud bekijken en weefselstalen nemen. Die laatste zijn belangrijk omdat die meestal iets zeggen over de gezondheidstoestand van het dier”, besluit Francis Kerckhof. (JRO)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier