Hoewel de bedeesde en sympathieke agent Eddy uit Chantal eerder vooral op de achtergrond vertoefde, speelde hij een belangrijke rol in de aflevering van zondagavond. We spraken met de Antwerpse acteur over zijn eerste scène op de set, de moeilijkheid om het West-Vlaams onder de knie te krijgen en de verrassende rol waar hij oorspronkelijk auditie voor deed. Opgelet, dit artikel bevat spoilers!
(Wie de aflevering van zondagavond nog niet gezien heeft, leest best voorlopig niet verder)
Waar de reeks Chantal het doorgaans vrij luchtig houdt, schotelde het zondagavond een pittige plottwist voor aan de meer dan een miljoen kijkers. De ietwat schuchtere Eddy ging op eigen houtje polshoogte nemen op de crime scene, en werd daarbij neergeschoten. De getraumatiseerde blikken van de rest van het korps en de vooruitblik op de begrafenis beloofden al weinig goeds. Exit Eddy dus. Een van de meest aimabele en tegelijkertijd grappige personages krijgt een afscheid dat voor een krop in de keel zorgt, maar ook stevig nazindert in de laatste aflevering komende zondag. Het was naar eigen zeggen ook even slikken voor acteur Adrian Sack toen die te horen kreeg dat hij er werd uitgeschreven. Al kijkt de Antwerpse acteur, die vandaag in Oudenaarde woont, er met veel warme gevoelens op terug.
Hoe komt een acteur uit Antwerpen terecht bij een reeks als Chantal?
“Ik had lang geleden eens een gastrolletje in Aspe, waar ik regisseur Jeroen Dumoulein had ontmoet. Het klikte en hij bleek ook mijn schoonzus te kennen. Mijn man is van West-Vlaanderen, en wellicht moet hij dat verkeerdelijk onthouden hebben. Want op een gegeven moment stuurde hij een bericht om te vragen hoe goed mijn West-Vlaams was. Ik blufte dat ik het wel kon, en mocht op auditie. Als het in het Gents was geweest, had ik waarschijnlijk gepast, hoewel ik 8 jaar in Gent heb gewoond. Maar dat West-Vlaams heeft me altijd al aangesproken. Achter die geweldige klanken en uitdrukkingen, lijkt een hele wereld achter en onder te zitten. Dat dialect prikkelde altijd al mijn fantasie.”
Ik heb me laten wijsmaken dat je het West-Vlaams niét van je man hebt geleerd, maar van Kobe Chielens (theatermaker, acteur en zoon van radiomaker Wim Chielens, red.).
“Mijn man is van Ruiselede, en aangezien het verhaal zich afspeelde diep in de Westhoek, wilde ik dat specifiek dialect onder de knie krijgen. Thuis spreken we een soort tussentaaltje. In het begin dat we elkaar leerden kennen zelfs Engels, omdat dat zelfs iets makkelijker was. Ik ben ook tweetalig opgevoed, vandaar. Toen ik hoorde dat de reeks zich afspeelde in Alveringem, ben ik gaan aankloppen bij Kobe, met wie ik in school heb gezeten in Gent. Hij is afkomstig van Reningelst, wat vlakbij ligt. Het was evenwel niet simpel om het West-Vlaams onder de knie te krijgen. Zelfs achteraf op beeld zag ik mijn mond bewegingen en klanken maken, waarvan ik niet wist dat dat kon.” (lacht)
Dan was je ongetwijfeld erg nerveus voor je auditie…
“Enorm. Al ben ik altijd best zenuwachtig voor een casting. Het hielp dat ik Ann (Willems, castingagente, red.) ken, en dat zij voor een veilige setting zorgde. Jeroen was er ook, maar ik had niet verwacht dat Mathias Sercu er ook zou zijn. Dat zorgde voor extra stress, want Mathias is ook iemand waar ik naar opkijk. Toen hij mijn West-Vlaams complimenteerde, waren mijn zenuwen al een beetje gekalmeerd.”
Opvallend: oorspronkelijk deed je blijkbaar auditie voor cafébaas Muze?
“Inderdaad. Kort nadat ik hoorde dat ik die rol niet had, bleek dat Mathias een andere rol voor mij had geschreven (oorspronkelijk was het plan dat het personage van Eddy een figurant zou zijn, red.). Het personage Eddy mee vorm geven, was een heel toffe ontdekkingsreis. Eddy bleek nogal droog te zijn, en ik zou mezelf niet zo omschrijven. Mijn vrienden dan wel weer, zeiden ze. (lacht) Hij komt inderdaad wat onbeholpen over, maar je weet uiteindelijk niet hoe dat overkomt bij de kijker. Ik ben wel blij dat hij wel in de smaak viel.”
Hoe voelde dat initieel om op een West-Vlaamse set gedropt te worden?
“Dat viel goed mee. Ik kende Jeroen, iemand van de make-up en iemand van kostuums, maar het bleek al snel een hele toffe groep met ongelooflijk warme mensen te zijn. Ik had niet het gevoel dat ik in een soort West-Vlaams bastion terechtkwam, waarbij ik me extra hard moest bewijzen. Het was een droom om met iedereen samen te werken. Het eerste seizoen werd opgenomen kort na de coronaperiode, waarbij de cultuursector harde klappen kreeg. Als een soort compensatie voor het applaus dat veel acteurs en actrices niet langer kregen, werd er tijdens de doorloop (het overlopen van een bepaalde scène, red.) geapplaudisseerd door de hele crew, wat me wel weer sterkte in mijn zelfvertrouwen. Al was het andere koek bij Maaike. De eerste scène die ik met haar had, stond ik dicht bij haar. En ik was zo onder de indruk van haar én nerveus, dat ik mijn tekst vergat. Met één bemoedigende knipoog gaf ze aan dat het wel goed zou komen. Meer nog: Maaike was ook zo lief om tijdens die een bepaalde scène aan te geven dat Eddy wat meer ruimte moest krijgen, ‘want Eddy sterft, hé, de mensen moeten hem graag zien’. Dat vond ik heel mooi. Echt, het was een hele fijne set om op te staan. Ik ga het in elk geval missen als het derde seizoen wordt opgenomen.”
Mathias Sercu liet optekenen dat hij toch moeite had met die beslissing om je er uit te schrijven, maar dat hij het wel moest doen in functie van het verhaal.
“Ik hoop dat hij zich ambetant voelt, zijn verdiende loon! (lacht) Nee, hoor, Mathias, ik zie u graag! Natuurlijk heb ik wel eens gevloekt en vind ik het spijtig. Maar toen ik de reeks helemaal zag, begreep ik het. Het is ook zo schoon gedaan. Wat ook mooi is, is dat veel mensen die het al zagen mij aanspreken dat ze ontroerd waren. Zelfs mensen die ik niet kende, zeiden dat ze moesten huilen. Als je de kijker aan het lachen kunt brengen én hen kunt ontroeren… dat vind ik een heel mooi compliment als acteur. Fijn, ook voor de makers, dat het zoveel teweeg brengt.”
Dit voorjaar gaat Juliet, die andere West-Vlaamse politiereeks op antenne. Ik zag al de eerste aflevering, waarbij ik je zowaar opnieuw zag passeren.
“In een klein rolletje, ja. Het was heel tof om tegenover Charlotte De Bruyne te staan. We kennen elkaar ook van op school. Voor dat rolletje heb ik me verdiept in het Oostends. En later ben ik ook heel kort te zien in het derde seizoen van Onder Vuur, dat zich ook afspeelt in Oostende. Nieuwe rollen? Momenteel staan er geen rollen of audities gepland. Ik werk aan de balie op de luchthaven in Zaventem, en die job doe ik graag. Ik weet niet wat de toekomst brengt op vlak van acteren – als er makers meelezen, ik zou het ook leuk vinden om iemand te spelen met een Aalsters dialect – maar hoe dan ook: ‘Chantal’ pakken ze mij al niet meer af.” (grijnst)
Chantal, elke zondagavond op VRT 1. De reeks is ook integraal te bekijken op Streamz.
Chantal
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier