De afgelopen jaren heeft Annelien Coorevits al heel wat watertjes doorzwommen, maar de oceaan oversteken bleek nog een ander paar mouwen. In ‘Over De Oceaan’ probeerde ze zich ondanks haar zeeziekte staande te houden. Maar de bekende onderneemster en presentatrice is geen opgever. “Even niet bereikbaar zijn, was zó zalig.”
Voor Annelien is het nu zowat de drukste periode van het jaar. De verkoop van haar kledinglijn AC – de wintercollectie voor 2023-2024 meerbepaald – loopt als een trein, dus zijn het lange dagen en korte nachten. Iets meer dan een jaar geleden waren er ook heel wat gebroken nachten, toen ze samen met Gert Verheyen, Jonas Geirnaert, Élodie Ouédraogo, Ella Leyers en James Cooke de oceaan overstak met een zeilboot voor het tweede seizoen van ‘Over De Oceaan’.
Als je die beelden terugziet, heb je dan heimwee?
“Heimwee is veel gezegd, maar het komt wel allemaal terug, ja. Ik herinner mij dat ik instant die misselijkheid voelde, maar dat niet meteen durfde te zeggen. Na een paar uur kon ik niet anders want ik zag zo wit als mijn broek.” (lacht)
Het hielp ook niet dat Dominique Persoone, vorig jaar kok aan boord, je niet bepaald veel moed had gegeven.
“Nee, dat was een ramp. (lacht) Ik dacht echt: waarom is hij zo negatief? Maar het was effectief nog erger. Mocht ik volgend jaar iemand moeten opleiden, ga ik ook goeie tips kunnen geven, maar vooral over welke gerechten hij of zij moet klaarmaken. Ik kon bij wijze van spreken wel honderd dingen maken, maar in de praktijk was de helft niet praktisch mogelijk. Dus je moet je echt beperken tot wat kan. En dan nog. Water koken, bijvoorbeeld. Thuis is dat in vijf of tien minuten in orde, maar daar – we hebben het getimed – duurde het wel 43 minuten. Dan moet je ook hopen dat die pot niet te veel beweegt door die golven en de helft niet op de grond of u terecht komt. Ja, die keuken was echt een ramp. Ik ben ook geen professionele chef-kok, al deed ik wel mijn best. Het mooiste compliment kreeg ik van Jonas: toen we eenmaal aanmeerden en op hotel konden, zei hij dat het eten daar het slechtste was in drie weken tijd.”
Hoe was dat gevoel voor je vertrok?
“Net als James wilde ik er niet te veel over babbelen, want ‘het was nog maanden veraf’. Maar die maanden worden weken en opeens is het: shit, we moeten vertrekken naar Gran Canaria. Je zit daar met die bende en je amuseert je, want je hebt nog drie nachten. Maar die laatste nacht deed ik geen oog meer dicht. Ik ben ook niet goed in afscheid nemen. Ik vertrek liever zonder al te veel show.”
Was dat de reden dat je je zus meenam in plaats van je kinderen?
“Ik heb ze inderdaad bewust niet meegenomen, omdat ik dat beeld niet wilde van die kinderen die bleven staan op de kade terwijl ik letterlijk wegvoer. Op de boot heb ik wel nog gefacetimed met hen, want ik had nog een paar uur bereik.”
Viel dat afscheid mee?
“Ik ben het wel gewend om voor een langere periode weg te gaan (dat was zo voor de opnames van Temptation Island, red.), maar toen kon ik telkens bellen met hen. Nu was dat niet zo. Achteraf gezien was dat misschien ook niet slecht, want op den duur wordt het smalltalk. Je kan niet blijven vragen hoe het was op school en wat ze hebben gegeten. Maar elke keer als ik wegga maak ik een megakalender, met om de drie dagen een bloemetje of sterretje op. Dan weten ze dat er een cadeautje volgt. Ik had dus twee wasmanden klaar staan met allerlei kleine cadeautjes, van wat stiftjes tot een bruisbal. Zo zien ze het ook visueel wanneer ik terugkom. Meer nog: nu vragen ze al eens ‘wanneer ik nog eens zo lang weg ben’. (lacht) De eerste week had ik erg veel last van heimwee, maar het hielp ook niet dat ik ziek was. Eenmaal ik dat punt voorbij was en weer dingen kon doen zonder telkens te moeten kotsen, ging het beter. Waar ik een moeilijke start had, ging het bij de rest gaandeweg wat in dalende lijn.”
Het klikte duidelijk met iedereen. De meeste kende je, veronderstel ik?
“Ik kende James het beste, want hij heeft me overhaald om uiteindelijk mee te doen. Ik bleef maar twijfelen en hij bleef maar bellen: ‘als jij niet mee doet, doe ik ook niet mee’. Tja… (lacht) Maar ik heb geen seconde spijt. Ik zou het zo meteen opnieuw doen. Meer nog: toen we aankwamen, wou ik eigenlijk nog niet van die boot. Ik was me heel bewust geworden van de rust en stilte. Dat was zalig.”
Ik herinner mij ons gesprek vlak voor je vertrek, dat je er geweldig tegenop zag.
“Enorm. Ik hield een dagboek bij, maar heb er slechts zes keer ingeschreven en het was alleen maar negatief.” (lacht) Ik ben zeer actief bezig op professioneel vlak, en daar een maand de stekker uit trekken, was eigenlijk ongezien. Maar ik heb daar erg veel deugd van gehad. Op voorhand vroegen ze mij wat ik hoopte er uit te halen, en ik antwoordde toen dat ik hoopte een klop te krijgen. Want het waren geen gemakkelijke jaren, vooral op privévlak, en ik was altijd maar blijven gaan. Ik hoopte om eens tegen die muur te botsen, maar dat is niet gebeurd. Ik denk dat ik daar te rationeel voor ben.”
Achteraf ook niet?
“Nee, het was al snel weer gaan, gaan, gaan. Typisch West-Vlaams, zeker? Maar waar ik enorm van genoten heb, was drie weken niet bereikbaar zijn. Dat is misschien wel de grootste reden dat ik het zo opnieuw zou doen, los van het fantastisch team natuurlijk. Drie weken niet bereikbaar zijn is een zaligheid. Ik heb sowieso een hekel aan mijn telefoon, hoewel ik die altijd bij mij heb voor mijn werk. Maar als ik die niet bij mij moet hebben, dan heb ik die niet bij. Als ik een foto wilde nemen, moest ik al denken waar ik die weer gelegd had.”
Heeft de oversteek je blik veranderd daarop?
“Goh. Ik ben geland in Parijs, en ik was net op tijd thuis om mijn kinderen op te halen van school. De dag erna had ik om half negen al meteen mijn eerste meeting, alsof ik nooit was weggeweest. Ik had natuurlijk 135.000 berichten en evenveel mails, maar er was wel iemand die het opvolgde. Maar ik moest er toch weer meteen invliegen, ja. De rest gaf aan dat ze na een paar weken nog niet helemaal bekomen waren, maar ik dacht alleen maar: ik heb nog geen tijd gehad om te bekomen. Ik vond dat ergens wel jammer, maar als je twee kinderen hebt, wil je die tijd ook meteen inhalen.”
Even tijd of verlof nemen zat er ook niet in als zelfstandige?
“Exact. De maand nadien was er al de verkoop van onze collectie. (denkt na) Ik klink misschien negatief, maar ik stond er gewoon niet bij stil. Ik deed gewoon door.”
Je gaf het net aan: je was op de boot ook serieus zeeziek.
“Ik heb letterlijk zeven dagen gekotst. Ze dachten dat ik na een dag of drie wel zou wennen aan dat geschommel, maar we waren al snel een paar dagen verder. Toen zei kapitein Piet dat ik echt moest stoppen met kotsen of dat het niet goed zou komen. Ik heb toen pillen genomen tegen de misselijkheid, en dat was echt een wondermiddel. Het zat misschien tussen mijn oren, maar it worked like a charm. Voor de resterende tijd heb ik om de drie, vier uur die pillen gepakt, ook ’s nachts. En dat was mijn redding, anders mocht je mij afvoeren.”
En dat terwijl je een van de belangrijkste taken had op de boot…
(knikt) “Ik wil de rest niet schofferen, maar het was volgens mij wel de meest intense taak, ja. Gelukkig bakte Jonas het brood voor het ontbijt, maar ’s middags en ’s avonds moet je wel een crew van twaalf man eten zien te geven. En dat is pittig. Ik had gelukkig veel steun aan de anderen, zeker in de eerste week. Zo was er met Gert een ongelooflijk goeie klik, en ook Jonas stond altijd klaar om te helpen. Waarom die klik met Gert? De eerste week zat ik vaak boven om groentjes te snijden omdat ik daar minder ziek was, maar als kok moet je eigenlijk beneden staan. Ik voelde me vaak schuldig dus zocht ik een taakje op het dek. Op den duur namen Gert en ik het op ons om elke dag het bovendek te kuisen, want die boot was al snel verschrikkelijk vuil. Dooie vissen, overal haar… Echt degoutant. Al snel werd dat een automatisme en vormden we een goeie tandem.”
Wat was de grootste uitdaging? Hygiëne of privacy?
“Slaap! Je ligt te schommelen in je bed, waar je ook nog amper plaats hebt. Dan had je nog het geluid van de motor die draaide en het luide gekraak van de boot… Dat ging los door mijn oordoppen. Je bent na een tijdje gewoon stikkapot. En dan had ik nog de luxe als kok dat ik één nachtshift om de zoveel tijd mocht overslaan. Wie de zogenaamde hondenwacht had, de shift van drie uur ’s nachts tot zeven uur ’s morgens, zag af. Dat was voor mij het ergste, denk ik, die slaap. Het gebrek aan luxe, daar heb ik mij heel snel overgezet. Ik vond dat eigenlijk nog wel tof. Maar wat ze ons niet op voorhand hadden verteld, is dat die boot echt constant beweegt, waardoor je de hele tijd tegen elkaar en het interieur botst. Ik zag op den duur overal blauw, ik was precies een mishandelde vrouw. Maar goed, je kon je daar ook niet op voorbereiden. En qua hygiëne… ik heb me altijd aan die 17 seconden gehouden qua douchen, maar elke avond moést ik mijn voeten wassen. Want die boot is geschift vuil na een tijdje, en ik kan niet met vuile voeten in bed kruipen. Je ziet af en het is vaak vloeken, maar eigenlijk kan ik er weinig negatiefs over zeggen.”
Heeft die deelname je veranderd?
“Achteraf gezien was het fysiek aanpassen, maar mentaal… Wij hebben nogal een sterke kop, dus van zodra die rush weer begon, vloog ik erin. Af en toe mijmer ik wel eens terug, hoe ik er van genoot om op mijn eentje in een hoek te zitten en gewoon naar die oceaan te kijken. Hoe verder we gingen, hoe mooier weer het ook werd. Als je daar dan zit, met wat muziek in de oren. Héérlijk.”
Heb je intussen al je vaarbewijs gehaald?
“Ik ben er nog altijd mee bezig. Ik moet daar nog eens tijd voor maken. Ik hoor van vrienden dat je beter lessen volgt en dan aansluitend je praktijk doet. Misschien moet ik dat wel eens doen.”
Wat brengt dit jaar qua uitdagingen?
“Wel, momenteel zorgt de nieuwe kledingcollectie voor de nodige gezonde stress. Maar ook nu zijn de reacties weer erg goed, dus dat is fijn. Of het moeilijker is geworden? Goh, laat ons zeggen dat het een uitdaging is in deze sector, maar we blijven elk jaar nieuwe winkels aanspreken. Eind deze maand staan we ook op Modefabriek, een grote beurs in Amsterdam. Zij mikken op ons land, maar ook Nederland, Luxemburg en Duitsland. We hopen dan ook om voet aan de grond te kunnen zetten in het buitenland. De volgende drukke periode is de zomer. Daartussen is het vooral opvolging en facturatie. Zo is er tussen die twee hele drukke periodes telkens ruimte voor andere zaken, zoals dat het geval was voor ‘Over de oceaan’.”
Je bent intussen drie jaar bezig met je eigen kledinglijn. Heb je het gevoel dat je je weg gevonden hebt?
“In het begin was dat een zoektocht, met vallen en opstaan. We mikken vooral op de actieve vrouw tussen de 35 en 65 jaar. (denkt na) Het was niet altijd even simpel om fabrieken te vinden die ook op kleinere schaal kwalitatieve stukken maken. Want dat vind ik heel belangrijk. Ik ben zelf iemand die bewust koopt en bepaalde stukken jarenlang draag. Ik hoop dat meer mensen de waarde daarvan beseffen of bewuster gaan kopen. We brengen een collectie van eigen bodem, gemaakt in Europa. Er zit ook echt een verhaal achter.”
Als je jezelf ergens voorstelt aan iemand die je niet kent, zeg je dan dat je een ontwerpster of presentatrice bent?
“Goh, da’s een moeilijke. Ik ben sowieso heel slecht in het verkopen van mezelf. Mijn hoofdberoep is ontwerpster en daarnaast doe ik ook tv en andere projecten, maar omdat ook zo uit te spreken… Ik hou het liever bescheiden. Dus als iemand die vraag stelt, ontwijk ik ze door de vraag snel terug te stellen.” (grijnst)
Je moet veel ballen in de lucht houden. Is die combinatie, of nog beter dat tempo, vol te houden?
“Ja, toch wel. Ik wil ook niet dat het stopt. Of het bewijsdrang is? Misschien wel. Ik zit op een leeftijd waar het nog allemaal moét: werken, een huis kopen, afbetalen. Ik denk dat het nog even duurt vooraleer ik rust vind in wat ik heb opgebouwd. En laat ons eerlijk zijn: het is als alleenstaande vrouw niet altijd even evident. Stilstaan is geen optie, maar ik klaag niet. Ik vind het fijn wat ik allemaal kan doen. Op een dag zal het wel stabiliseren, denk ik.”
En qua tv-werk, zit er daar nog iets in de pijplijn?
“Wel, mijn zus en ik hebben een leuk televisieprogramma bedacht, dat we gepitcht hebben aan een productiehuis en waarmee we nu naar een televisiezender stappen. Veel kan ik er nog niet over kwijt, maar het leunt erg aan bij wie we zijn en het zal ook maatschappelijk goed onderbouwd zijn. Duimen dat het lukt dus!”
Over de Oceaan, vanaf maandag op Play4 en nu al te zien op Streamz.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier