Voor reder Willy Versluys en de bemanning van de O.582 Hombre lag net voor kerst nog een mooi cadeau onder de kerstboom: een licentie om in de Britse zes- tot twaalfmijlszone te vissen. “Een enorme opluchting”, luidt het. De visserijsector gaat vrij positief het nieuwe jaar in, al is de Rederscentrale niet helemaal gelukkig met de toegekende Europese visquota. En er heerst spanning over de gevolgen van de Brexit na 2026.
Na het in voege treden van de Brexit op 1 januari 2021 was er een licentie vereist voor buitenlandse vissersschepen om te vissen in de zone zes tot twaalf mijl verwijderd van de Britse kust. Om die licentie te krijgen, moet de reder kunnen aantonen dat zijn of haar schip, in vier opeenvolgende jaren tussen 2012 en 2016, voldoende visserijactiviteiten heeft ontplooid in deze zone. 17 vaartuigen kregen die licentie al korte tijd na de Brexit. Korte tijd later volgde een 18de schip, waarvoor het overlijden van de schipper in de referentieperiode als overmacht werd aanvaard. Vorige week maakte Vlaams minister van Visserij Hilde Crevits (CD&V) bekend dat ook de O.24 Lady Fortuna de broodnodige licentie had binnengehaald. En net voor Kerstmis volgde het 20ste schip, de O.582 Hombre van Willy Versluys.
“Dit is van levensbelang voor ons”, zegt de reder tevreden. Hij weet ook wel waarom de licentie er niet zonder slag of stoot kwam. “De O.582 Hombre is de opvolger van de Z.582 Assanat, die eind december 2016 kapseisde voor de Britse kust. Ik kocht dan een tweedehandsschip, de Hombre, en liet die in orde brengen, maar dat heeft enkele jaren geduurd. Daardoor hebben we in de bedoelde periode inderdaad enkele jaren niet gevist in Britse wateren. Dat was overmacht, maar het heeft lang geduurd voor de Britse overheid dat aanvaardde. We hebben herhaaldelijk onze argumentatie moeten aanbrengen, in samenwerking met het ministerie van Landbouw en Visserij en minister Crevits.”
Pak van hart
“De Hombre is een klein schip, dat behoort tot het klein vlootsegment”, legt Willy uit. “Het is heel belangrijk voor ons om dicht bij de kust te kunnen vissen. In volle zee is het iets moeilijker voor ons. Met deze licentie kunnen we seizoensgericht vissen in de Britse wateren, net voor en tijdens de zomer, onder meer op tong. De licentie is geldig tot eind 2021, maar zal nu normaal ook verlengd worden voor het komende jaar. Dat is een pak van mijn hart. In 2020 mochten we wel nog in de Britse wateren vissen, maar in 2021 niet meer. We visten in de Noordzee op langoustines, maar veel minder dan anders. We zaten met de handen in het haar over hoe we die periode anders moesten overbruggen.”
Toch hebben nog niet alle vissers nu hun schaapjes op het droge. Ondanks het aandringen van minister Crevits, zijn er nog altijd enkele Belgische vaartuigen die wachten op een Britse licentie. Eén schip kon voldoende aanwezigheid in de Britse wateren aantonen, maar voldoet om technische redenen niet om de vergunning te krijgen. Twee andere dossiers bleven nog zonder positief gevolg. “Wekelijks wordt met de Europese Commissie bekeken wat de mogelijke pistes zijn om tot een oplossing te komen”, zegt Crevits.
Vraagteken blijft
Ook al hebben de meeste vaartuigen die het vroegen nu hun licentie voor de Britse wateren, de Brexit blijft als een zwaard van Damocles boven de sector hangen. “We zijn gerustgesteld voor volgend jaar, maar op langere termijn kunnen we geen plannen maken”, schetst Willy Versluys de algemene toestand in de visserij. “De quota in de Britse wateren verminderen elk jaar en dat tot 25 procent minder tegen 2026. Wat daarna gebeurt, is een heel groot vraagteken. Met een Engelsman weet je nooit hé.”
Bij de Rederscentrale volgen ze het allemaal van heel nabij op. “Halfweg december werd een akkoord bereikt over de tijdelijke quota voor 2022, maar een kleine week later kwam het dan toch tot een akkoord met de UK over de definitieve visserijquota”, vertelt directeur Emiel Brouckaert. “Voor de Britse wateren zijn nu afspraken gemaakt en verwachten we geen problemen meer tot 2026. Dan volgen weer zware onderhandelingen, want dan ligt alles op tafel. De quota, maar ook de voorwaarden om toegang te krijgen tot de Britse wateren. Dat belooft nog spannend te worden.”
Veel uitdagingen
Ook over de andere quota die op Europees niveau zijn overeengekomen, is de Rederscentrale niet helemaal tevreden. “Bij het bepalen van die quota hebben de ministers weinig inbreng gehad. Wij zijn niet zo gelukkig met de verminderde quota, die gebaseerd zijn op wetenschappelijke gegevens die niet stroken met wat wij vaststellen op zee. Een ander element zijn de prijzen die we krijgen voor onze vis. In de eerste coronagolf in 2020 kelderden de prijzen en begin dit jaar hadden we het ook nog heel moeilijk. Vanaf juni herstelden de prijzen, maar de nieuwe coronamaatregelen aan het einde van het jaar hadden toch weer hun impact. We houden ons hart vast voor de komende periode, al ziet het er op dit moment niet naar uit dat in België de horeca nog eens gesloten zal worden, zoals in Nederland. We hopen het nu hiermee te kunnen redden.”
Ondanks alles vaart de Belgische vissersvloot behoorlijk vernieuwd het nieuwe jaar in. Liefst zes nieuwbouwvaartuigen werden in gebruik genomen en er zijn er nog minstens twee op komst. “De visserijsector is volop aan het investeren, in nieuwe schepen, maar ook in de modernisering van de bestaande vaartuigen. Mochten de Brexit en de coronacrisis ons pad niet hebben gekruist, dan zouden andere grote uitdagingen meer aandacht krijgen: de klimaatproblematiek, de verduurzaming… Ook daar staan we nog altijd voor. We aanzien ook met lede ogen hoe de ruimte voor de visserij in onze wateren altijd maar wordt ingeperkt”, verwijst Brouckaert naar de plannen voor extra windmolenparken, de zeeboerderij voor de kust van Nieuwpoort, nieuwe beschermde natuurgebieden op zee… “Soms wordt vergeten dat de vissers ruimte nodig hebben om op een duurzame manier te kunnen werken.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier