In de haven van Vlissingen verrijzen de eerste bouwstenen van wat later het Prinses Elisabeth Eiland moet worden: een Belgisch miljardenproject in de Noordzee om ons land massaal te voorzien van groene stroom.
In Vlissingen bouwen de maritieme aannemers Jan De Nul en DEME in opdracht van hoogspanningsnetbeheerder Elia de eerste caissons van dat energie-eiiland. Die caissons – immense betonnen constructies – zijn een soort bouwblokken die de contouren vormen van het eiland.
De afmetingen van de blokken zijn gigantisch: 57 meter lang, 30 meter breed en tot 30 meter hoog. Elk exemplaar weegt 22.000 ton. Zo’n betonnen blok gieten en bouwen kost ongeveer drie maanden, en gebeurt in verscheidene stappen, waardoor er ongeveer om de 17 dagen een caisson van de werf loopt. Ze worden in de haven geparkeerd, om dan later naar de plaats te worden gedreven waar het eiland uiteindelijk moet komen, 45 kilometer van onze kust.
In totaal komen er 23 van die caissons, en de eerste is zo goed als klaar. Het is de bedoeling dat eerste stuk deze zomer al te laten afzinken in de Noordzee. In 2024 zouden er volgens de planning 8 worden geïnstalleerd, de rest in 2025.
Eens ter plaatse worden de caissons met zand gevuld, en wordt de rest van het energie-eiland opgespoten. Tegen 2026 moet het eiland af zijn, en de eerste windmolens zouden dan in 2028 worden aangesloten.
Bodem
Ook in de Noordzee zelf heeft het consortium van DEME en Jan De Nul al werken uitgevoerd. De zeebodem waar het Prinses Elisabeth-Eiland komt is er vlak gemaakt, en stenen zijn gestort.
Het uiteindelijke energie-eiland of Prinses Elisabeth Eiland wordt een wereldprimeur. Nooit eerder werd een kunstmatig energie-eiland gebouwd. Het moet ons land voorzien van de elektriciteit die door de vele windparken op zee wordt opgewekt. Niet alleen van de windturbines die in de Prinses Elisabeth-zone – dat wordt de tweede windmolenzone voor onze kust – zullen verrijzen, maar ook van windmolens verder in de Noordzee, denk maar aan Groot-Brittannië of Denemarken.
Kostprijs
De kostprijs is niet min. Vier jaar geleden werd het budget geraamd op 2 miljard euro. Dat is de kostprijs van alles samen: het eiland maar ook all hoogspanningsinfrastructuur erop en alle kabels die van en naar het eiland lopen.
Door de inflatie van de bouwgrondstoffen (beton, koper,…) en de grote vraag van andere offshore-projecten naar zo’n materialen zal de kostprijs uiteindelijk hoger uitkomen, bevestigt Catherine Vandenborre, CEO ad interim van Elia Group. “Hoeveel precies meer kunnen we nog niet zeggen. Wellicht eind dit jaar”, aldus Vandenborre. “Maar het blijft een goede zaak voor de Belgische consument”, verzekert ze. “Niks doen en dure elektriciteit blijven invoeren, zou veel duurder zijn”.
De werf in Vlissingen werd dinsdag bezocht door premier Alexander De Croo, minister van Energie Tinne Van der Straeten en staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen Thomas Dermine. “Dit eiland is cruciaal om ons toegang te verschaffen tot goedkope energie, ons onafhankelijk te maken van landen die misbruik maken van onze afhankelijkheid van fossiele energie en om toegang tot hernieuwbare energie te krijgen. Het potentieel van de Noordzee is immers gigantisch”, zegt de premier daarover.
DEME en Jan De Nul zullen de expertise die ze in vandaag bij de bouw van het energie-eiland opdoen, later kunnen gebruiken in andere projecten. “We zijn exporteur van klimaatoplossingen, en wereldleider daarin”, zegt energieminister Van der Straeten over het project.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier