Belgische vissersvloot bleef afgelopen jaar stabiel ondanks stijgende brand- en grondstofprijzen
Begin 2023 bestond de Belgische vissersvloot uit 64 vaartuigen. Dat zijn er evenveel als in 2020 en 2021. In 2000 was de vloot nog dubbel zo groot met 127 vaartuigen in totaal. Dat blijkt uit een vraag van Bart Tommelein (Open VLD), Vlaams Volksvertegenwoordiger aan minister van Visserij, Hilde Crevits (CD&V). “Twee oude vaartuigen werden vervangen door nieuwe exemplaren. Zo blijft de vloot stabiel ondanks de stijgende kosten.”
Maar liefst 55 vaartuigen ontvingen het afgelopen jaar een subsidie van 100 à 200 euro per vaardag om de extra kosten van de energiecrisis op te vangen. Ze konden dit maximaal 75 dagen aanvragen in de periode van 1 februari tot 31 juli 2022. In totaal was er een budget voorzien van 600.000 euro. “Visserij zit in onze geschiedenis en genen”, vertelt Vlaams Volksvertegenwoordiger Bart Tommelein (Open VLD).
“Het is belangrijk om een eigen duurzame visserijsector te hebben. Het was een goede zaak dat de Vlaamse overheid de vissers door deze energiecrisis heeft gesteund. Maar we moeten waakzaam blijven voor de innovaties binnen de sector. Zeker als we weten dat de gemiddelde leeftijd van de schippersvaartuigen ouder dan 30 jaar is. Het Ondersteuningsfonds voor Visserij in Transitie zal hier met projectsubsidies een belangrijke rol in spelen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier