Op de wekelijkse markt van Gistel kennen heel wat klanten het groente-en-fruitkraam van Freddy Maertens. De Bruggeling staat al 43 jaar op de markt en is daarmee de oudste en langst dienende standhouder. “Ik blijf doorgaan tot ik niet meer kan.”
In juli wordt de man 75 jaar, maar hij weet nog niet van ophouden. Freddy Maertens kan je al sinds 1982 op de markt van Gistel terugvinden. “Hoe en waarom ik destijds ben begonnen? Gewoon, zomaar, omdat ik het wou doen. Niemand van onze familie was in het marktleven actief. Al ging ik als kind in de vakanties vaak met mijn oma uit Vladslo naar de markt van Diksmuide. Dat moet toch op een of andere manier een indruk hebben nagelaten. Ik werkte tien jaar als bouwkundig tekenaar bij een architectenbureau tot ik begin jaren 80 de stap durfde zetten. Ik was op zoek naar een standplaats en kwam uit op die in Gistel. Verder doe ik nog drie plaatsen in Brugge: op de Markt op woensdagmorgen, in Sint-Kruis (Boogschutterslaan) en op zaterdag op ’t Zand. Heel even deed ik ook de markt van Zeebrugge.”
Freddy is niet langer zaakvoerder van het kraam zelf, want zijn zoon Alex (47) nam het stokje over. Toch tekent Freddy elke keer opnieuw present.
Doorbijten
“Na meer dan veertig jaar voel ik het fysiek wel, ja. (lacht) Er zit overal sleet op. Maar zoiets doe je voor je kinderen, hé. Regen en wind: ik ben erbij. We zijn nu ook veel beter uitgerust dan in de beginjaren. Nu komen we aan met onze wagen, openen we de klep en begint de verkoop. Destijds diende ik eerst nog een tent op te zetten. (lacht) Ja, ik stond daar toen een paar keer in m’n natte kazak. Je moet doorbijten. Wie geen karakter heeft, moet er niet aan beginnen. Ik heb me mijn marktkramersleven ook nooit beklaagd. En ja, je kan nog altijd goed leven als marktkramer zolang je maar je best doet! Mijn motto is simpel: op alle vlak moet je het beste van het beste geven. Goeie producten aanbieden en mensen soigneren. De smaak moet absoluut kloppen. Alles wat je koopt, móét je proeven. Niet één keer, maar twee keer. Kijk, al die jaren doe ik dus enkel de markten van Brugge en Gistel. Waarom ik er niet meer op de agenda heb staan? Als je goeie producten wil aankopen, moet je daar tijd voor uittrekken. Wie altijd als laatste koopt, zal geen goeie producten kunnen kopen.”
“Wie geen karakter heeft, moet er niet aan beginnen”
Veel verschil ziet Freddy niet tussen de markten van Gistel en Brugge. “Behalve het logische verschil in omgang, natuurlijk. Mensen kennen je en omgekeerd. Dat sociaal contact is best aangenaam, ja.”
Net in april is het ook Maand van de Markt. Het provinciale initiatief krijgt steun van Stad Gistel en zet de marktkramers in de kijker. Zo maken klanten kans op een mooie prijs wanneer ze hun stempelkaart vol hebben. “Een interessant initiatief dat ons beroep mooi belicht”, weet Freddy.
“Toch blijft één factor heel erg belangrijk om volk op de been te brengen: het weer. Sneeuw, vriezen, regenen en waaien: dat houdt mensen weg. Als het alle dagen mooi weer is, komt het volk vanzelf. Ik zie de markt als concept trouwens niet snel verdwijnen. Er zijn heel veel mensen die écht graag naar de markt komen om inkopen te doen. Hoelang ik er nog zal staan? Goh, tot ik niet meer kan. Ik weet niet hoelang dat nog zal zijn, er staat geen datum op. Zolang het gaat, dat zeker. Want rust roest!”
Webshop
Intussen is zoon Alex gestart met een online winkel voor de verkoop van groenten en fruit: groentenenfruitwebshop.be. “Maar dat is volledig zijn verdienste. Het internet, computer en gsm’s: daar ken ik niks van. Ik heb gewoon een telefoon om berichtjes te ontvangen en te kunnen bellen.”