Begin juni woedde een zware brand bij het Oostendse filiaal van houtbedrijf Cras. De kantoren werden daarbij volledig vernield en ook de showroom liep zware schade op. Een dag later was het bedrijf opnieuw volledig operationeel. Binnenkort – wanneer de verzekeringsdossiers afgerond zijn – start de heropbouw van de kantoorruimtes en de showroom. “Die brand verwoestte veel, maar niet de weerbaarheid van ons bedrijf en al zeker niet die van ons team in Oostende”, klinkt het bij woordvoerder van het bedrijf Dora Gasia (41).
Het was een zware brand die dinsdagavond begin juni. Buren van een nabijgelegen bedrijf sloegen rond 21 uur alarm toen ze de vuurhaard opmerkten. Die woedde in de kantoren van het bedrijf op de eerste verdieping. Bij aankomst van de brandweer sloegen de vlammen al door de gebarsten ramen. Houtbedrijf Cras – onlangs nog uitgeroepen tot Houthandel van het Jaar op de Schrijnwerker Awards – bevindt zich in de John Cordierlaan, vlak bij de autosnelweg A10. Heel wat automobilisten zagen vanop de snelweg de gitzwarte rook uit het bedrijf opstijgen. Het was dan ook meteen duidelijk dat de situatie ernstig was.
“Ik herinner me nog dat we opgebeld werden”, vertelt shopmanager Thomas Lievens (44). “We zijn meteen met het hele team in onze auto gesprongen en naar het bedrijf gereden. Daar zagen we meteen dat het om een serieuze brand ging.” De brandweer kreeg het vuur niet snel onder controle. De grootste bezorgdheid van de brandweerlui lag bij het vermijden dat het vuur zou overslaan naar het magazijn. “Daar ligt al ons hout opgeslagen. Had het vuur zich naar het magazijn verspreid, dan was het hele bedrijf verwoest geweest”, aldus Lievens.
Handen in elkaar
De kantoorruimtes konden niet meer gered worden. Ook de showroom op de gelijkvloerse verdieping liep zware schade op. “We hadden de mooiste showroom van al onze vestigingen in Oostende”, zegt Dora. “We waren daar bijzonder trots op. Die brand verwoestte veel, maar niet de weerbaarheid van ons bedrijf en al zeker niet die van ons team in Oostende.”
“Het was even slikken die avond. Maar de dag erna besloten we meteen het heft in handen te nemen”
Wie het bedrijf zes maanden later binnenrijdt, merkt de schade aan het gebouw nog steeds op. Wie het niet ziet, merkt het aan de zeilen die aan de omheining hangen. Daarop staat te lezen: “’t Heeft hier gebrand. Da’s efkes ambetant… Maar we blijven open voor elke klant.” De brandweer verliet het terrein pas na middernacht, maar de dag nadien was het bedrijf alweer operationeel.
“Het was even slikken die avond”, gaat Thomas verder. “Maar de dag erna besloten we meteen het heft in handen te nemen. We installeerden bureaus in het magazijn en konden onze klanten opnieuw te woord staan. We haalden pc’s uit andere vestigingen. Met het hele team hebben we het bluswater uit het magazijn verwijderd. Vandaag weten we nog steeds niet hoe we het klaargespeeld hebben, maar het is ons gelukt. Tegen de middag beantwoordden we alweer telefoontjes.”
Sterk houtskelet
“Het was belangrijk om onze klanten niet in de kou te laten staan”, verduidelijkt Dora. “Nochtans wilden we ons team in Oostende eerst een dag laten bekomen van wat er gebeurd was, maar daar wilden ze niet van weten. We hebben op veel steun kunnen rekenen: van leveranciers en klanten. We kregen pralines en bloemen. De brand heeft er wel stevig ingehakt. In de hele sector gaat het niet goed, de timing was dus zeker ongelukkig. Maar de brand heeft ons als organisatie sterker gemaakt.”
De brand maakte ook duidelijk dat houtskeletbouw sterker is dan vaak wordt gedacht. “De kantoorruimtes waren in hout opgebouwd”, legt Dora uit. “Die houtskeletbouw heeft ervoor gezorgd dat het gebouw niet is ingestort. We geloofden daar al in, maar nu nog meer. Het is een hardnekkig vooroordeel dat hout volledig opbrandt. We hebben het levende bewijs dat dat niet zo is. Vandaag staat het skelet nog steeds overeind.”
Vandaag is in het magazijn een kleine showroom ingericht, zodat klanten een duidelijk beeld krijgen van wat ze aankopen. “We hadden de mooiste showroom en die krijgen we terug. We wachten nu nog op enkele juridische kwesties en daarna kunnen de werken starten. In januari begint de ruwbouw en in de loop van 2026 zijn we opnieuw volledig operationeel zoals vroeger”, besluit Dora trots.
