De zaak van modiste Lydie Valcke (74) bestaat in augustus 35 jaar. Na de Nieuwstraat en het Overbekeplein kocht de Kortrijkse styliste het beschermde Koningin Astridhuis in de Lekkerbeetstraat. Het 19e-eeuwse diephuis met patio staat nu te koop. “Ik heb mijn oog laten vallen op een pand op de Grote Markt.”
In het Koningin Astridhuis in de Lekkerbeetstraat, een zijstraat van de Lange Steenstraat, bracht – zoals de naam doet vermoeden – koningin Astrid op 5 april 1935 een bezoek aan een kroosrijk gezin. Sinds april 2017 vind je in het iconische pand met erfgoedwaarde heel wat unieke stukken: tijdloze mode, een uitgebreide collectie hoeden en juwelen uit gerecycleerd materiaal. Allemaal aan de hand van Lydie.
“Mijn stijl, gedefinieerd door een sober gebruik van materialen, kunnen mensen lang dragen. Ik gebruik veel traditionele stoffen, zoals linnen, zijde of hennep, en ben gekend voor de mooie afwerking. Maar maatwerk haute couture kan ik niet meer. Mijn manipulatie en zicht is niet meer zoals het was. Dus heb ik besloten me meer te focussen op accessoires en het maken van hoeden en juwelen uit onder meer rubber, drifthout, schelpen, raffia en leesbare parels in papier. En misschien enkel nog huwelijkskledij, mijn initiële specialisatie.”
“Ik was altijd creatief bezig. Als kind had ik een naaimachine en maakte met de restjes stof van mijn mama poppenkleedjes”
De moeder van Lydie, Georgette Vanderbeke, kon goed naaien, breien en haken en gaf zelfs cursussen in het dienstencentrum. Haar vader, Jozef Valcke, kon goed tekenen en ontwerpen. “Ik heb het van hen geërfd. Ik was altijd creatief bezig. Als kind had ik een naaimachine en maakte met de restjes stof van mijn mama poppenkleedjes. Als we ziek waren, kregen we een doos parels om juwelen mee te maken. We waren graag ziek”, lacht Lydie.
In 2019, twee jaar na de opening van het Koningin Astridhuis, moest Lydie omwille van corona twee jaar noodgedwongen sluiten en werd daarna bijna drie jaar geconfronteerd met de afbraak en heropbouw van de site naast de deur. “Ik heb elke dag machines gehoord. Ik kan niet meer tegen het geluid van een boor. Ik wil hier weg en nog eens knallen op een andere locatie. Ik blijf doordoen tot mijn 80ste, dan moet ik stoppen. Ik heb het mezelf beloofd (lacht). Wat zou ik anders doen, thuiszitten? Ik ben nog goed, ik heb contact met mensen, dus waarom zou ik het laten?”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier