Na meer dan 25 jaar komt er eind dit jaar een einde aan Het Bierpaleis in Brugge, de bekende zaak van de broers Daniël (68) en Paul Jonckheere (66) in de Katelijnestraat. “Onze ouders begonnen hier in 1954 met een handel in kippen en zuivel, maar we zijn in 1998 overgestapt op bier en souvenirs, in lijn met de vraag van de toeristische markt.”
Na decennialang een vaste waarde te zijn geweest in de Brugse binnenstad, sluit familiezaak Het Bierpaleis op 31 december definitief haar deuren. De uitverkoop, geleid door de broers Daniël en Paul Jonckheere, is begin deze maand gestart. De zaak kent een rijke geschiedenis die begon in 1954, toen Jozef Jonckheere en Luciette Aelter een winkel openden in kippen, wild en zuivelproducten.
“Mijn ouders waren bekend als de uitbaters van ‘de kiekenwinkel’ in de Katelijnestraat”, vertelt Daniël. “Vader ging wekelijks naar boeren om verse eieren en boter in te kopen. Het was zwaar werk, maar ze deden het met veel plezier. Ze leverden aan passanten, restaurants en scholen, want er waren toen nog weinig supermarkten en grote voedingswinkels. Ook het ziekenhuis in de binnenstad was een vaste klant”, vult Paul aan.
Omschakeling naar bier en souvenirs
In 1990 nam Paul de zaak over van zijn ouders. Daniël, die toen nog een vaste job had bij brandstoffenverdeler Esso, gaf advies op de achtergrond. “Vanaf de jaren ‘90 veranderde de wereld”, legt Daniël uit. “Door grootwarenhuizen, betaald parkeren en eenrichtingsverkeer kwamen mensen minder vaak naar de binnenstad voor boodschappen. Tegelijkertijd nam het toerisme in Brugge sterk toe. Ik stelde Paul voor om naast kippen en zuivel ook Belgische bieren en souvenirs te verkopen, en dat bleek een schot in de roos.”
In 1998 kwam Daniël volledig in de zaak. Door strengere regelgeving rond pluimvee besloten de broers volledig over te schakelen op bier en souvenirs. “Het Bierpaleis, met een aanbod van meer dan 400 Belgische bieren en een breed scala aan souvenirs, was geboren”, zegt Daniël. Naast de winkel richtten ze ook een horecazaak met terras in. “We hebben prachtige tijden beleefd. Tijdens Euro 2000 werkten we zelfs als eerste zaak samen met Club Brugge om merchandising te verkopen.”
“In Brugge is het kooptoerisme steeds meer kijktoerisme geworden”
De broers hebben zich ook jarenlang ingezet voor de Katelijnestraat. Daniël was actief in het bestuur van de lokale handelsvereniging en ijverde onder meer voor een autoluwe straat tijdens drukke toeristische periodes. “Ik ben trots dat we het stadsbestuur hebben kunnen overtuigen. Het is belangrijk dat mensen hier op hun gemak kunnen wandelen, dat is goed voor iedereen”, zegt Daniël. Hij pleitte ook met succes voor meer terrassen in de straat. “Die zorgen niet alleen voor gezelligheid, maar nodigen ook Bruggelingen uit om terug te keren naar de Katelijnestraat. Bovendien vertragen ze het verkeer. We hebben veel vaste Brugse klanten die hier komen genieten van een koffietje of een aperitiefje. Ook hebben we veel ‘vaste toeristen’, vooral Britten die jaarlijks meerdere keren naar Brugge komen en ons steevast bezoeken.”
Einde van een tijdperk
Toch waren de laatste jaren niet zonder uitdagingen. “Verschillende crisissen, zoals de coronacrisis, hebben het toerisme zwaar getroffen”, zegt Paul. “Het is steeds meer kijktoerisme geworden in plaats van kooptoerisme. Veel toeristen volgen gidsen en nemen geen tijd om zelf iets te kopen, tenzij bij de zaken die de gids aanbeveelt. Dat, in combinatie met onze leeftijd, heeft ons doen besluiten om te stoppen. We houden een grote uitverkoop met koopjes op bieren, glazen, lichtbakken, T-shirts en viltjes”, vertelt Daniël.
Het pand, waarin de broers ook wonen, staat inmiddels te koop. “Het is met gemengde gevoelens, maar we kijken met trots en tevredenheid terug op wat we hebben bereikt”, besluiten de broers.