Al ruim 40 jaar verkoopt Marleen Defour kousen op de Izegemse zaterdagmarkt. En ook haar man Jan is sinds zijn pensioen overal mee van de partij. “Vroeger kon je zelfs in een kledingwinkel geen sokken kopen, nu verkopen ze er zelfs in een doe-het-zelfzaak. De wereld is op dat vlak enorm veranderd. Maar we blijven verder doen omdat we graag tussen de mensen zijn.”
Marie-Hélène Defour (68) wordt door iedereen Marleen genoemd, net als haar man Jan Vannieuwenhuyse (72) is ze van Emelgem afkomstig. Nu wonen ze prachtig landelijk in de Knobbaardstraat. Wat vroeger een ‘kortweunste’ was, hebben ze omgetoverd tot een mooie woning.
“Eind jaren ’80, begin jaren ’90: dat waren de gouden jaren van de markt”
Al 41 jaar doet Marleen de markten. “In 1983 heb ik het marktkraam van mijn vader Gerard overgenomen.” De man is ondertussen overleden, maar na de oorlog, eind jaren ’40, startte hij als marktkramer. “Hij begon met stoffen, maar verkocht later ook lakens, hemden en ondergoed. En uiteindelijk kwam hij bij kousen en panty’s terecht. En dat heb ik dan verder gezet.”
Hypes volgen
Na ruim vier decennia is Marleen nog actief op de markten in Meulebeke (woensdag), Tielt (donderdag), Ingelmunster (vrijdag) en uiteraard ook de zaterdagmarkt in Izegem. Jan werkte zijn carrière lang als onderhoudstechnieker en in de kwaliteitscontrole. Sinds hij met pensioen is, vergezelt hij overal Marleen op de markten. “Maar vroeger deden we er nog meer, van Wakken over Roeselare tot Gistel en soms ook avondmarkten.”
Kousen en panty’s zijn altijd het ding geweest van Marleen, vele duizenden heeft ze er verkocht. “De tel zijn we kwijt geraakt. Wij kopen onze waren in bij vaste leveranciers die hun eigen collectie hebben. Ook kousen zijn erg modegevoelig, niet enkel qua kleuren. Je hebt ook hypes, van The Simpsons tot K3. Daar moet je natuurlijk allemaal in mee. Maar weet je wat het grote verschil is met vroeger? Nu kun je letterlijk overal kousen kopen. Ze liggen echt waar overal, van de Action tot de Zeeman, maar ook van de Hubo tot bij de kapper en in de gazettenwinkel. En dan is er nog het online shoppen bij gekomen. Je kunt het ook niet meer vergelijken met de topjaren. Die gouden jaren waren eind jaren ’80, begin jaren ’90. De omzet die we toen draaiden… We stonden soms met vijf in ons kraam, ook onze kinderen Steven en Ines gingen steevast mee. En we hadden allemaal ons werk.”
De zaterdagmarkt in Izegem is nog altijd de beste voor Marleen en Jan. “Een markt in het weekend doet het natuurlijk altijd beter. En ik doe het nog altijd graag”, zegt Marleen. “Wat moeten we thuis zitten doen? In de zomer heb je buiten wel je werk, maar in de winter… En dat is ook de periode waarin we het best verkopen. En zolang de gezondheid het toelaat, zie ik ons wel nog een tijdje doorgaan.”
Achtervolging op dief
De Izegemse marktkramen staan nu weer allemaal op de Grote Markt, iets waarvoor het echtpaar een pluim op de Sheriff-hoed van marktleider Kris Vandenberghe steekt. “In al die jaren hebben we verschillende plaatsen gehad, we hebben nog aan de Soldeur gestaan en aan het oude politiebureau. Je herkent op dat gebied de markt niet meer. Maar het is goed zoals het is. Kris doet zijn werk zonder iemand een voorkeursbehandeling te geven. En van stad uit zijn er vaak acties. Soms moeten we verhuizen als er iets te doen is op de markt, maar op de brandweerparking is het toch een stuk minder qua verkoop.”
Ruim vier decennia op de markt, dat levert heel wat leuke momenten op en ook anekdotes. “Ooit probeerde iemand zonder te betalen met kousen weg te glippen. Ik zette al lopend de achtervolging in tot in de Kasteelstraat. Daar gooide de dader de kousen op de grond. Ik heb mijn achtervolging dan maar gestaakt, maar nu zou het niet meer lukken om zo’n sprintje te trekken.”
Voor sociaal contact
Er is op de markten uiteraard ook onderlinge concurrentie. “Maar de sfeer onder de collega’s is eigenlijk goed. Klanten blijven vaak trouw aan hun vaste marktkramer. Al zijn de mensen natuurlijk wat kieskeuriger geworden dan vroeger, het aanbod is ook enorm geworden. Maar de markt, dat is toch voor altijd. Wij doen ook zelf al onze boodschappen bij de collega’s, dat vinden we maar logisch. Je moet elkaar toch steunen? En als we zelf even willen weglopen van onze stand om iets te kopen, dan past je buur wel even op je kraam.”
In hun vrije tijd zijn Jan en Marleen graag bezig met de honden. In al die jaren hadden ze er meer dan 20. Jan deed jaren mee aan wedstrijden en ook zoon Steven trok nog naar het buitenland om wedstrijden te betwisten, terwijl dochter Ines te paard reed. En dat paard had een stekje naast de ouderlijke woning. Nu hebben ze nog twee honden die elk om beurt mee mogen naar de markt. “Ze hebben dus elk hun markten”, lacht het koppel.
Marleen is de dame met de grootste anciënniteit op de markt in Izegem. “Onze marktwagen is betaald, we hebben nog voldoende stock en gaan verder zolang het ons lukt. Vooral ook voor het sociale contact, want dat zou ik nog het meeste missen”, meent Marleen.
De marktkramer
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier