Restauratiewerken aan Markeymolen gestart
De Markeymolen aan de Lobrug in Pollinkhove staat er momenteel wat troosteloos bij. Een deel van de molen is ontmanteld en het traliewerk rondom de wieken verwijderd. Maar geen paniek: de molen wordt niet afgebroken, alles kadert binnen een restauratieproject.
Wie Lo binnenrijdt vanuit de Romanestraat, ziet onmiddellijk de statige Markeymolen staan ter hoogte van de Lobrug. Het is een van de vele toeristische trekpleisters van Lo-Reninge. Maar de molen raakte de voorbije jaren wat in verval en is dringend aan restauratie toe. Die werken startten eind november. In een eerste fase werd de molen volgens de regels van de kunst deels ontmanteld. Zo werd een deel van de omkleding en het traliewerk van de wieken verwijderd. Waar de wanden werden weggenomen, kwam een groot zeil in de plaats.
Nu wordt een studie gemaakt van het binnenwerk om te zien wat er allemaal moet worden hersteld of vervangen. De bedoeling is om de molen opnieuw maalvaardig te maken en één keer per maand te laten draaien. Maar dat is nog niet meteen voor morgen. Het zal nog jaren duren vooraleer de wieken van de Markeymolen opnieuw door de lucht klieven vermits molenrestaurateur een nicheberoep is en hun orderboekjes goed gevuld zijn.
Molen uit 1797
De Markeymolen werd gebouwd in 1797. Het is een gesloten standerdmolen die eerst fungeerde als oliemolen en later als korenmolen. De laatste molenaar was Joseph Markey, aan wie de molen zijn huidige naam heeft te danken. In 1962 stopte hij met het molenbedrijf. In 1949 werd de molen al beschermd als monument. De Markeymolen was van 1980 tot 2020 eigendom van de provincie West-Vlaanderen, die de molen begin jaren 80 volledig restaureerde en in 2003 opnieuw maalvaardig maakte. Jarenlang was de molen toegankelijk voor het publiek.
Begin 2020 nam de stad Lo-Reninge de molen van de provincie West-Vlaanderen over voor 1 symbolische euro. Maar daaraan waren wel voorwaarden gekoppeld, zoals het opnieuw maalvaardig maken van de molen en die openstellen voor het publiek. Voor de restauratie krijgt de stad subsidies, maar de toekomstige kosten voor het beheer, het jaarlijks onderhoud, schilderwerken en een molentechnisch nazicht dat twee keer per jaar moet gebeuren, zijn wel ten laste van de stad Lo-Reninge. (KVCL)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier