Voor het eerst in anderhalf jaar uit de bol gaan op een festival (We Can Dance): “Zalig toch, dansen en dat zonder mondmasker”

De eerste festivaldag op vrijdag 30 juli moest nog afgelast worden door de slechte weersomstandigheden, een dagje later scheen de zon boven het Zeebrugse strand en konden de 2.500 gelukkigen die een ticket (en een coronabewijs) wisten te bemachtigen, heerlijk uit de bol gaan op de drie podia. “Voor zondag 1 augustus zijn er nog tickets, wie zich haast kan er nog bij zijn”, klinkt het bij de organisatie.

We Can Dance lokt normaal jaarlijks in een driedaags feestweekend 35.000 muziek- en dansliefhebbers, maar de organisatie had nu acht festivaldagen verspreid over drie weekends voor telkens maximum 2.500 feestlustigen voorzien.

1/9

2/9

3/9

4/9

5/9

6/9

7/9

8/9

9/9

1/9

2/9

3/9

4/9

5/9

6/9

7/9

8/9

9/9

De eerste editie, op vrijdag 30 juli, moest wegens de weersomstandigheden afgelast worden, een dag later was het wel volle bak. “Op vrijdag waren we al voor 2/3 volgeboekt, op zaterdag zat het helemaal vol. Het grootste deel van ons publiek komt uit alle hoeken van België, maar ook uit buurlanden als Nederland, Frankrijk en Duitsland hadden we nog heel wat last minute aanvragen. Iedereen moet aan onze coronamaatregelen voldoen: twee weken dubbel gevaccineerd zijn of een recente test kunnen voorleggen. Aan de ingang controleren we via de ‘CovidSafeBe’-app of dat wel het geval is. Maar er deden zich nauwelijks problemen voor, al vergde het van ons natuurlijk wel heel wat communicatie”, zegt Evelien De Lint namens de organisatie die bestaat uit het duo Bart Roman en John Noseda. Die laatste stond overigens zelf achter de dj-tafel op het hoofdpodium.

Het festivalterrein is kleiner en dit keer zijn er drie in plaats van acht podia. Maar de bezoekers vonden er meteen hun dansgevoel terug. “Zalig toch. Weer eens kunnen dansen zonder mondmasker”, glunderen de Oost-Vlaamse vriendinnen Kim Vandenheede en Lauren Ongena.

We Can Dance is een festival waar de vrouwelijke bezoekers in aantal de bovenhand lijken te halen. Stuk voor stuk hebben ze zich ook opgedirkt. En ze zijn ook meer tuk om op de foto te gaan.