Dylan ‘Zeezeune’ Van Loo (32) werkt rustig aan eerste album: “Ma had het vroeger altijd over mijn tjingel-tjangel”

Dylan leerde zichzelf gitaarspelen via de computer en YouTube. © EFO
Edwin Fontaine
Edwin Fontaine Medewerker KW

Het gaat Dylan Zeezeune uit Oostende voor de wind. De auteur van de oorwurm gutn in zee werkt aan een eerste album. “Dat was altijd een droom.”

“Mijn horoscoop is vis, en ik ben visser. Voor mijn eerste optredens bedacht ik met enkele vrienden uit de Twilight het voor de hand liggende ‘Dylan Zeezeune’”, zegt de 32-jarige geboren en getogen Oostendenaar.

Hart en ziel uitbraken

“Op aanraden van mijn vader ging ik toen ik dertien jaar was mee met een kustvisser. Het was een mooie ervaring, want ik zag vanop zee het vuurwerk tijdens Vurige Maandagen. Maar het had ook een keerzijde, want ik was zeeziek: ik heb tijdens die eerste reis mijn hart en ziel uitgebraakt. Die motion sickness is nooit meer weggegaan – ik word zelfs al ziek als ik mijn zoontje zie op een draaimolen. Nu, tijdens mijn zevenjarige opleiding in het Maritiem Instituut Mercator waren er ook stages aan boord van de Broodwinner, en zo groeide mijn liefde voor de zee. Ik ging steeds liever varen. Ik ben nu al veertien jaar visser.”

Muzikale familie

“Mijn grootvader speelde accordeon en piano. Mijn zus speelt basgitaar en zingt fantastisch. Mijn vader speelde vroeger ook gitaa r“, zegt Dylan trots. “Op mijn twaalfde leerde ik elektrische gitaar spelen via het vriendje van mijn zus. Maar het was mijn ding niet en dus schakelde ik over op akoestische gitaar. Naar de muziekschool ben ik niet geweest. Ik leerde muziek spelen met de hulp van de computer en YouTube. Via nummers als ‘Zombie’ of ‘Knockin’ on heaven’s door’ leerde ik almaar beter gitaar spelen. Er kwam een eerste optreden in de Twilight, en toen ik zestien was, kon ik in Leffinge eens meespelen met een band. Mooie herinneringen.”

Dertig seconden

“Pas vorig jaar is het in een stroomversnelling gekomen, toen ik meedeed met het koor van het Westerkwartier. Aan begeleider Hans Van Cauwenberghe had ik mijn liedje gutn op zee laten horen. Hij speelde het door aan de programmamakers van ‘Eén jaar op zee’, die van de song dertig seconden in de generiek gebruikten. De opname dateert van 2022. Nadat de reeks in het voorjaar op tv was gekomen, kreeg ik positieve reacties op mijn nummer. En toen kwam de uitnodiging om op te treden op de Paulusfeesten. Ik had nooit voor zo’n groot publiek opgetreden. Dat was te zot voor woorden. Heel het Pauluspleintje stond vol. Achteraf hoorde ik dat mensen speciaal verlof hadden genomen voor mijn optreden. Het was een hoogtepunt.”

“Als ik thuis ben, roept de zee. En als ik op zee ben, roept mijn muziek”

Dylan doet ook de lead vocal in ‘Oh Lange Nelle’ van het Koor Westerkwartier. “De positieve reacties komen er ook van mijn baas en collega’s. Ik voel dat ze me dat gunnen. Aan boord heb ik ook een gitaar en ik speelde onlangs voor de verjaardag van de schipper. Het is heerlijk om ook daar met muziek bezig te zijn.”

“Het optreden op de Paulusfeesten was de aanleiding om meer songs te schrijven. Dylan Zeezeune was mijn inspiratiebron voor nieuwe liedjes zoals ’t briest, ‘t is koet, me muule smaakt no zoet, zeune van de zee, luuzelammebled. Mijn liedjes moeten meezingers zijn. Ik maakte ook een song over Dikke Mathille. Ik speel ook Ierse folk, van The Dubliners of The Pogues. Dat je mensen enthousiast kunt laten meezingen, spreekt me heel erg aan.”

Producer Serge Feys

“Mijn nieuwe songs leunen toch sterk aan bij mijn leefwereld, de zee en Oostende. Ze zijn allemaal in het dialect. Er zijn er nu zeven, en producer Serge Feys raadde me aan nog een nummer te schrijven. Maar ik doe alles op zijn tijd en zal niets forceren. Het plan is om op te nemen in 2024 en dan ook het album uit te brengen. Dat was altijd al een droom.”

Dylan blijft realistisch: “Ik ontdek nu volop mijn stem, maar het is belangrijk dat ik die goed verzorg en niet overbelast, want soms laat ik me tijdens een optreden volledig gaan. En dat terwijl ik vroeger niet eens kon zingen. Mijn ma had het altijd over mijn ‘tjingel-tjangel’.” Toch blijft Dylan visser: “Als ik thuis ben, dan roept de zee. En als ik op zee ben, roepen mijn zetel en mijn muziek.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier