Met 110 jaar oude foto’s in kijkkasten van weleer biedt een privaat museum voortaan “een ongeziene blik” op de gruwel van de Groote Oorlog. Niet voor gevoelige kijkers en kinderen. “De ergste kijkkasten staan op hoogte en er komt een waarschuwingsbord.”
“Wij konden een privécollectie kopen met duizend originele en unieke glasplaten van 110 jaar geleden”, vertelt Niek Benoot, conservator van het private oorlogsmuseum Hooge Crater in Ieper. “Op deze glasplaten staan stereofoto’s. Dat zijn twee foto’s naast mekaar op eenzelfde plaat. Zo wordt dieptezicht creëerd. Kijken kan via een stereoscoop, ook wel kijkkast genoemd. Je kan er inzoomen en de foto’s in 3D bekijken. Via een knop aan de zijkant verander je van foto. In zo’n oud kastje passen 28 foto’s en kijken kon destijds vanaf 20 frank.”
Fenomenale kwaliteit
“De foto’s geven een ongeziene blik op het leven achter en aan het front”, aldus Benoot. “De details en kwaliteit zijn fenomenaal voor die tijd en ze verslechteren niet omdat het gaat om glas. Er zitten ‘mooie’ foto’s tussen van de markt van Ieper, van Poelkapelle, Boezinge, Veurne en van koning Albert I op het strand van De Panne. Er zijn beelden van Verdun en van vakanties in Zwitserland en Noord-Italië. In de loopgraven wordt het leven van elke dag getoond: een sigaretje roken, een brief schrijven, brood bakken… De foto’s spreken boekdelen. Hoe langer je kijkt naar een foto, hoe meer details je ontdekt. Er zijn ook dieren en zelfs verschillende tanks te zien, vrij uitzonderlijk voor die tijd.”
Onmenselijk leed
Een aantal foto’s tonen de gruwel van de oorlog. “Stille getuigen van het onmenselijk leven en leed vlakbij het front: van verminkte en onthoofde lijken tot het rottend karkas van een paard dat in een boom geslingerd was door een bominslag. Het grote publiek is vandaag de typische beelden gewoon. Veelal gaat het om gekende foto’s van het Britse Imperial War Museum, hier en daar geënsceneerd en opgesmukt. Daarop ga je nooit de rauwe realiteit zien. Alleen ‘officiële’ fotografen in dienst van de overheid werden destijds toegelaten bij het front. De meesten deden zoals de Australische fotograaf Frank Hurley: foto’s ‘composeren’ en vermijden dat gruwelijke dingen te zien waren.”
Censuur
“Voor geallieerde soldaten was het verboden zelf foto’s te maken of camera’s mee te nemen naar het front. Een maatregel om ervoor te zorgen dat de instroom van nieuwe soldaten voldoende groot bleef. Hiervoor werden de pers en zelfs brieven van soldaten aan het front gecensureerd. De gruwelijke foto’s in onze nieuwe collectie waren eigenlijk streng verboden. Franse soldaten maakten ze toch in het geniep. Ja, camera’s waren toen redelijk groot, maar er bestonden ook al ‘pocketcamera’s’. Ze schreven zich in als soldaat, anders konden ze niet zo dicht bij het front geraken. Voor de foto’s riskeerden ze dus hun leven. Op sommige beelden zijn explosies te zien en soldaten die zich overgeven vanachter het prikkeldraad van de loopgraven. De motivatie van deze fotografen? In de eerste plaats geldgewin wellicht, maar eigenlijk waren het echte oorlogsjournalisten. De Rudi Vranckx’en van 110 jaar geleden. Zij lieten de oorlog zien zoals hij echt was.”
Populair
“Het waren net deze ongeziene foto’s die ook de gewone mensen wilden zien, want de beelden in de pers werden niet altijd geloofd. Wat men niet in de krant vond, zocht men op café. Enkele slimme kerels hadden daar kijkkastjes gezet en gingen er geregeld nieuwe foto’s insteken. In zo’n kaske staken de mensen munten, zoals in een jukebox. Zo ontdekte men het werkelijk leven aan het front. De populariteit van deze kijkkasten groeide net na de oorlog. Toen mocht men ermee ‘naar buiten komen’. Interesse was er vooral bij de eerste oorlogstoeristen en bij gevluchte streekbewoners die terugkeerden.”
Op café
De kijkkasten staan vandaag niet alleen in het museum, maar ook in het aanpalend café van Hooge Crater. “Symbolisch: vroeger stonden ze ook op café”, stelt Benoot. “Zo krijgt iedereen de kans om deze foto’s te bekijken. Normaal zou dit nu 50 cent kosten, maar dit hebben we uitgeschakeld. Ook Payconiq is niet mogelijk bij zo’n kijkkastje. We zeggen: je mag eens kijken als je een goeien drinkt of als je daarna het museum bezoekt.”
Ergste foto’s op hoogte
Daar staan de meeste van in totaal 18 kijkkasten. “Voor gevoelige kijkers namen we voorzorgsmaatregelen en er zitten foto’s tussen die je echt niet wil tonen aan je kinderen. We hebben eerst alle foto’s gesorteerd en geselecteerd. Op de bovenste verdieping van het museum werden twee kijkkasten speciaal op een hoogte van 160 centimeter gezet, zodat kinderen er niet aan kunnen. Zo willen we vermijden dat ze ongewild een beeld voor ogen krijgen dat ze niet gauw vergeten. Er komt ook een waarschuwingsbord voor het ouder publiek.” (TP)