Het thema van Erfgoeddag dit jaar is Thuis. Voor de frontsoldaat in de Eerste Wereldoorlog was dat vooral een zoeken naar een gevoel van warmte, een hunkeren naar nieuws van thuis. Op Erfgoeddag is de Dodengang in Diksmuide gratis te bezoeken, van 10 tot 18 uur met laatste toegang om 17 uur. Je kunt er zowaar proeven van de soldatenkost tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ook in het Museum aan de IJzer wordt aandacht besteed aan het ‘alledaagse’ leven van toen.
“Op Erfgoeddag zullen wij met onze groep The Salient Remembrance Detachment 1914-18 (een re-enactmentgroep uit België en Nederland, red.) samen met de vzw De Piotten aanwezig zijn in de Dodengang, waar we de gang en de Duitse bunker zullen aankleden zoals die er toen uitzagen. Er zullen soldaten van beide kanten zijn, we zullen eten klaarmaken zoals dat toen werd klaargemaakt, met de producten die toen verkrijgbaar waren, kortom zoals de soldaten in 14-18 te eten kregen. Verder zullen er producten, uitrusting, info over wat en hoe men at, flessen, conservenblikken en dergelijke te zien zijn”, zegt Kristof Blieck van SRD.
“Het wordt een ‘levende tentoonstelling’, met proevertjes, figuratie, uitleg en een demonstratie. Ook de evolutie van de materialen zal worden getoond en uitgelegd.”
Eén maaltijd per dag
Die dag kan je zien hoe een veldkeuken wordt opgebouwd, hoe men met weinig toch probeert een maaltijd te koken. “Tijdens de Eerste Wereldoorlog speelt voeding een cruciale rol in het welzijn en de moraal van de soldaten. In een tijd van ontbering en schaarste zijn veldkeukens essentieel voor het leveren van voedzame maaltijden aan de troepen, die vaak onder zware omstandigheden vechten. De voeding tijdens de Eerste Wereldoorlog is echter sober. De bevoorrading is beperkt en de soldaten krijgen eenvoudige kost voorgeschoteld. Rijst, brood, ingeblikt vlees en zwarte bonen maken de hoofdmoot uit van het dagelijkse menu”, vertelt Kristof Blieck. “Vier jaar lang voert de soldaat in de loopgraven een gevecht tegen de honger. Het belang van warm eten in gure leefomstandigheden is groot. Zonder warme maaltijden houden de soldaten het geen dagen na elkaar uit. Smaak en afwisseling zijn echter ver te zoeken, en soms moet de piot het stellen met slechts één maaltijd per dag.”
Rijst, brood, ingeblikt vlees en zwarte bonen zijn dagelijkse kost
Ook Museum aan de IJzer staat stil bij het thema Thuis, zoekend naar iets om de heimwee naar huis te verdrijven, om niet aan het gemis en zeker niet aan het loerend gevaar te moeten denken. “Ver weg van thuis proberen soldaten het beste te maken van de situatie, en hun eigen thuis op te bouwen aan het front. Daarbij gaan sommigen schilderen, anderen schrijven dan weer, terwijl nog anderen kaartspelletjes spelen om de tijd te verdrijven”, vertelt directeur Peter Mouton. “Doorheen het hele museum kan je speelkaarten verzamelen. Samen met een gids worden families door de huiskamers van de soldaten geleid, van hoog in de toren tot diep onder de grond, waar de soldaten hun eigen veilige thuis bouwden. De kaarten die je verzamelde heb je nodig om dan op het einde een zo stevig mogelijk kaartenhuis te bouwen.”
Ongemeen hard
“Het enige bewaarde Belgische loopgravenstelsel uit de Eerste Wereldoorlog is een site van het War Heritage Institute (WHI), de nationale instelling voor militair erfgoed en herinnering, onder voogdij van de minister van Defensie”, zegt sitebeheerder Franky Bostyn. “Bij een bezoek aan de Dodengang ervaar je hoe het er tijdens de Eerste Wereldoorlog echt aan toe ging en hoe ongemeen hard het dagelijkse leven aan beide kanten van het IJzerfront was.”
Inschrijven voor Dagelijkse Kost aan het front:
Inschrijven voor Kaartjes van het Thuisfront: www.museumaandeijzer.be/nl/inschrijving-erfgoeddag
Info Dodengang: www.dodengang.be
Info Erfgoeddag: www.erfgoeddag.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier