“Ik wist niet dat hij zo grappig kon zijn”: docu over Arno te zien in bioscoop

Arno blijft ook na zijn dood nog heel wat mensen fascineren en inspireren. © GF
Bert Vanden Berghe

In de bioscoop loopt vanaf woensdag de film ‘Arno: Rock ‘n’ Roll Godverdomme’. De indringende documentaire over de befaamde Oostendse zanger en volksheld werd ingeblikt door Kristof Michiels, tot voor kort bekend als 4T4 bij ‘t Hof van Commerce. “Eigenlijk heeft deze film zichzelf gemaakt.”

De muziekdocumentaire Arno: Rock ‘n’ Roll Godverdomme is een meeslepend en bijwijlen ontroerend mooi en eerlijk portret geworden, van de Oostendenaar waar niemand grip op leek te hebben. De docu heeft geen fancy intro, afgelikte voice-over of opbouwend verhaal, maar is gewoon rechttoe rechtaan, zoals Arno zelf ook was. We zien fragmenten uit films, waarbij hij schrikwekkend goed op Ryan Gosling lijkt, pittige interviews, het publiek entertainend op een podium over alle decennia heen maar even goed hoe hij een maatschappijkritisch betoog houdt. Soms met de nodige sérieux, dan weer met een flinke scheut humor. Een rockheld, ook naast het podium, zoals ze ze niet meer maken. Het zal het gemis bij de fans alleen maar groter maken, en voor zij die hem niet kennen een verrassend aangename kennismaking zijn.

Altijd heel eerlijk

“Dat was ook mijn betrachting”, weet Kristof Michiels, die de docu bedacht, regisseerde en producete. “Dat hij nog steeds tot de verbeelding spreekt, heeft ongetwijfeld te maken met hoe hij in het leven stond. Het kon hem écht niet schelen wat iemand over hem dacht. Hij was altijd heel eerlijk, zelfs al was hij aan het liegen.” (lacht) “Die tegenstrijdigheid tussen rede en gevoel was iets wat hij heel erg kon omarmen. In politiek correcte tijden, waarbij veel mensen staan te wachten om iets zo negatief mogelijk te interpreteren, is het niet meer vanzelfsprekend om écht jezelf te zijn. Arno kon dat. Wat voor een ander vrijheid betekent, was voor hem heel normaal.”

De docu is naar eigen zeggen ontstaan uit een deel frustratie. “Ik had een muziekdocu gezien van Jeff Buckley, en na afloop wist ik waar hij woonde en wat zijn moeder van hem vond, maar muzikaal leerde ik weinig bij. Ook bij de docu Moonage Daydream (over David Bowie, red.) bleef ik op mijn honger zitten. In een opwelling dacht ik aan Arno. Hij had ooit eens gezegd dat hij ‘t Hof van Commerce goed vond, wat ik een heel mooi compliment vond. Een jaar of twintig geleden was ik bezig aan een soloplaat, met daarbij een nummer waarbij ik niet zo goed wist wat ik er mee moest doen. Het paste bij hem, dus nam ik contact op. Ik had immers al vaak met zijn muzikanten samengewerkt. We zijn toen een paar keer op café geweest, en het klikte enorm goed. We begrepen elkaar en spraken dezelfde muzikale taal. Ik ga niet zeggen dat ik hem echt kende we hebben vijf échte gesprekken gehad maar Arno was iemand die vrij snel aanvoelde of je bedoelingen goed waren. Hij had een goed afgestelde bullshitdetector.”

Kristof Michiels nam de regie en de montage voor zijn rekening.
Kristof Michiels nam de regie en de montage voor zijn rekening. © GF

Kristof filmde in Oostende, verzamelde fragmenten, ook nooit vertoonde beelden van familie en vrienden. “Iedereen wilde graag meewerken. Met die puzzel van 100.000 stukjes ben ik aan de slag gegaan, vooral op mijn gevoel. Door mijn jarenlange ervaring als dj en regisseur (eerder blikte hij onder meer al een mockumentary over ‘t Hof en ook Platendraaiers voor Canvas in, red.) weet ik wat een goeie mix, opbouw en samenhang is. Ik voél ook Arno en zijn muziek. Eigenlijk heeft die film zichzelf gemaakt.”

“Of er mij iets verrast heeft? Niet zozeer. Of toch: ik wist dat zijn bindteksten speels waren, maar zo grappig had ik hem niet verwacht. Qua mimiek en timing was dat top. Bovendien dacht ik ook lang dat Arno maar mee ging in dat muzikaal gevoel, maar eigenlijk wist hij heel goed wat hij deed en wat hij wilde. Hij had vooral de gave om dat goed te kanaliseren naar zijn band en de mensen rond hem.”

Interne keuken

Opvallend: de meest recente beelden in de docu dateren van 2020. “De latere beelden, van toen hij ziek was… dat was Arno niet. Zijn omgeving had gevraagd om die beelden niet te gebruiken en dat was ik ook niet van plan. Weet je, de eerste die de film zag, was zijn goeie vriend en fotograaf Danny Willems, die me overigens fantastisch op weg heeft geholpen. Na het zien zei hij: ‘Dat was hem, hé’. Ik kon geen groter compliment bedenken.”

Als het over een muzikale nalatenschap gaat, moéten we het bij de Limburger ook even hebben over ‘t Hof van Commerce, en zijn aangekondigd vertrek dit voorjaar. “Eigenlijk wil ik er liever niet dieper op ingaan”, klinkt het aarzelend. “Ik voelde dat de tijd rijp was, vraag me niet waarom. In de aankondiging is alles al gezegd (Michiels blikte terug op fantastische jaren en bedankte uitvoerig zijn kompanen, red.). Al de rest is interne keuken, en ik wil niet dat er woorden of zinnen uit de context worden getrokken, dat er wordt gespeculeerd en zo onnodig mensen worden gekwetst. Vergelijk het een beetje met een relatie die in een goeie verstandhouding eindigt: alles wat moest gezegd worden, is tussen ons, en niet tussen ons en de buitenwereld. Maar ik draag hen en de West-Vlamingen een warm hart toe. Meer nog, ik ben in mijn gat gebeten als er iemand met jullie lacht.”

De focus ligt nu ondertussen wat meer op zijn dj-werk en andere filmprojecten. “Ik zou heel graag nog iets maken over de Belgische new wave, maar ik sta ook open voor andere projecten. Wie weet schrijf ik volgende week wel een boek.” (lacht) “Ik wil niet esoterisch klinken, maar het is belangrijker dat ik iets kan maken, dan wat ik ermee bereik. Dat ik op dat vlak wat op Arno lijk? Eerlijk gezegd heeft het maken van die docu dat gevoel bij mij wel versterkt, van mijn eigen ding te doen.”

‘Arno: Rock ‘n’ Roll Godverdomme’ speelt nu in de bioscoop.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier