De Paulusfeesten bestaan 50 jaar en zijn de aanleiding voor een boek met unieke foto’s en affiches over de feesten. Samensteller Jean-Jacques Soenen bundelde ook verhalen en herinneringen van 40 mensen aan Oostende’s bekendste kroegbaas, waardoor het ook een ode wordt aan Iwein Scheer en ’t Kroegske.
Fotograaf Jean-Jacques Soenen publiceert sinds 1974, werkte voor kranten – waaronder De Zeewacht – en verschillende publicaties. Samen met echtgenote en fotografe Els Verhaeghe runt hij Galerie Studio, waar hun passie voor fotografie centraal staat. “Ik belandde op de Paulusfeesten in 1977 voor enkele foto’s van een poppenspel. Sindsdien was ik elk jaar op de feesten en had ik opdrachten om foto’s te maken. Ik ontdekte zo ook als feestvierder de Paulusfeesten, ’t Kroegske en maakte kennis met Iwein. In die beginjaren ging het er zeer gemoedelijk en hippie aan toe. Dat vind ik nu nog terug op ’t Pauluskleintje, dat in juli op het Pauluspleintje wordt georganiseerd. Feesten waar het woord centraal staat.”
Jean-Jacques maakte in de loop der jaren honderden foto’s en zag de feesten groeien. “Het succes was zo groot dat zelfs de straten afgezet moesten worden. Daarna verhuisden ze naar het Sint-Petrus- en Paulusplein.”
Jean-Jacques en Els bleven al die jaren fotograferen.
Boek
In 2006 maakte Jean-Jacques al een fotoboek, met een voorwoord van Iwein Scheer, die de feesten in 1973 startte. Deze nieuwe publicatie is veel uitgebreider. “Vijftig is een jubileumeditie, Iwein is al 69 jaar in Oostende en ’t Kroegske bestaat 70 jaar. Dat zijn mooie gelegenheden voor een boek. Ik stelde het samen, schreef een aantal teksten en nam interviews af”, zegt Jean-Jacques.
Het resulteert in een naslagwerk over de feesten, over hoe Iwein aanspoelde en over ’t Kroegske. “Een belangrijk onderdeel zijn de teksten van een 40-tal vrienden, bekenden en Paulusgangers die vertellen wat Iwein voor hen betekende. In alle chaos van 50 jaar Paulusfeesten breng ik ook een chronologisch overzicht en zijn er enkele cursiefjes van mijn hand.”
“Vijftig jaar geleden was Oostende een culturele woestenij waar de cultuur bepaald werd door de happy few” – Iwein Scheer
Jean-Jacques was ook zelf festivalganger: “Memorabele optredens meegemaakt met Enrico Martinez, de operazanger die in de jaren 80 een vaste waarde was op de feesten en hier aria’s zong die ze tot op de Vuurtorenwijk hoorden. Hij was zo populair dat hij hier stagedivede en crowdsurfte, wellicht de enige tenor die dat ooit deed. Ook de momenten met Lucy Loes, die voor 10.000 mensen zong, waren memorabel. De artiesten brachten magie.”
Enrico kwam voor de boekvoorstelling van Jean-Jacques vanuit Wallonië, waar hij werkt als ongedierteverdelger. Ook 100 andere vrienden waren op de afspraak.
Ode aan Iwein
De getuigenissen van Stefan Tanghe, medewerkers, Bart Simoens, Stefaan Kerger, Piv Huvluv, Luc Muylaert en tal van anderen benoemen wat Iwein voor hen en de stad betekende. Hij bood onderdak, gaf een luisterend oor, kwam met oplossingen en zorgde voor inspiratie. De getuigenissen zijn een lofzang voor Iwein en ’t Kroegske. Ook burgemeester Bart Tommelein vertelt dat hij achter de toog stond in ’t Kroegske en als student de sleutels kreeg van Iwein om de zaak over de middag open te houden. “Ik heb nog een foto van hem toen hij hier op de bank lag te slapen”, voegt Iwein er graag fijntjes toe.
“Het heeft klaarblijkelijk een zekere impact gehad in Oostende dat ik al 59 jaar een kroeg openhoud. Mensen waren hier welkom en voelden zich thuis. Ik hoorde dat hun passage in de kroeg een zeker belang had in hun evolutie en dat ook op cultureel vlak interesses groeiden.” Over Oostende zegt Iwein: “Ik heb misschien een beetje een rol gespeeld in de evolutie van de stad. Vijftig jaar geleden was Oostende een culturele woestenij waar de cultuur bepaald werd door de happy few. In 1990, toen we startten met vzw de Beeldstorm, waren er jaarlijks in Brugge 105 toneelvoorstellingen voor de jeugd en in Oostende 5. Als je jeugd niet in contact brengt met cultuur, dan groeit de honger niet. Oostende is de achtste stad van Vlaanderen en er zijn in Vlaanderen 117 culturele centra. Wel, in Oostende was er tot voor tien jaar geen cultuurcentrum. De bewustwording van de Oostendenaar is ook vergroot. Toen ik 60 jaar geleden in deze vissersstad aankwam, zei men ‘ik ben maar een visser’. Nu zegt men trots: ‘ik ben visser’. De evolutie van Oostende is onmiskenbaar met de aanwezigheid van actoren, van TAZ tot Mu.ZEE, die het weefsel in Oostende boeiend en rijk maken.”
Vijftig jaar Paulusfeesten, ’t Kroegske en Iwein Scheer telt 176 pagina’s, kost 30 euro en is te koop in Galerie Studio (Prins Boudewijnstraat 8) en aan het onthaal op de Paulusfeesten.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier