Met ‘The Art of Conversation’ trapt Brugge vandaag de campagne op gang voor de titel van Culturele Hoofdstad van Europa in 2030. Dat er meer nood is aan een goed gesprek, werd bewezen bij de bekendmaking van Dalilla Hermans als trajectcoördinator. De Brugse kreeg een stevige rechtse uitgedeeld, maar krabbelde recht. “Rekeningen betalen en kinderopvang… dáár liggen mensen wakker van.”
In een wereld waar alles heel snel zwart of wit wordt voorgesteld, brengt cultuur de nodige tinten kleur. Het roept soms ook vragen op en heel vaak gaat het om deze die moeten gesteld worden. En vragen stellen, of praten tout court, is een kunst. In een historische stad als Brugge is het thema The Art of Conversation dus méér dan toepasselijk.
Het mooiste bewijs van de noodzaak ervan zagen we al bij de aanstelling van Dalilla Hermans, die mee haar schouders zet om Brugge tot Culturele Hoofdstad van Europa te maken in 2030. Vooral uit politieke hoek was de kritiek stevig. Lokaal trokken onder meer Maaike De Vreese (N-VA) en Stefaan Sintobin (Vlaams Belang) stevig van leer, terwijl nationaal Bart De Wever en Dries Van Langenhove een stevige sneer uitdeelden. Plots was Dalilla een Rwandese Vlaminghaatster die en passant Amerikaans woke gezever wilde importeren en met als ultieme dooddoener: subsidies slurpen.
Het thema is dus wellicht geen toeval?
“Ironisch genoeg was het een van de ideeën die ik al in gedachten had toen ik solliciteerde voor die functie. Iedereen was meteen enthousiast. Het is er dus niet op geïnspireerd, maar het heeft het wel verscherpt. De nood om daarvoor te kiezen is duidelijk geworden.”
Waarom heb je je kandidatuur eigenlijk ingediend?
“Als creatief zelfstandige in een gezin van vijf ben ik constant op zoek naar opdrachten, of pak ik zelf dingen aan. Vorig jaar heb ik lang gewerkt aan een filmscenario, waarbij ik een goed dossier had en solide partners. Toen we naar het VAF (Vlaams Audiovisueel Fonds, red.) zijn gestapt, kregen we te horen dat het niet kon doorgaan omdat ik geen filmmaker ben. Heel toevallig, in diezelfde week, kwam die vacature online. Ik kreeg ze vanuit verschillende hoeken doorgestuurd. Het voelde niet aan alsof ik mijn creatief ding kon doen, maar in het gesprek dat volgde met de stad bleek dat ze heel open-minded waren.”
Waar kan jij het verschil maken?
“Ik heb een heel breed netwerk en ben erg geïnteresseerd in mensen. Als er iets georganiseerd wordt, wil ik weten wie dat doet. Mensen samenbrengen of aan elkaar linken, daar ben ik wel goed in. Bovendien heb ik als zelfstandige het voordeel dat ik niet verbonden ben aan een organisatie, of de politiek mij niet afschrikt. Ik durf net wat meer duwen, net omdat ik niet moet afhankelijk zijn van subsidies voor een volgend project van diezelfde werkgever.”
Je woont al een paar jaar in Brugge, maar had je geen schrik of je de stad wel goed genoeg kent voor dit project?
“Dat was de enige bezorgdheid die ik snapte toen er zoveel kritiek kwam. Ik ben elf jaar samen met een Bruggeling, en woon hier sinds drie jaar. Ook heb ik al veel gezien en gedaan in het lokale culturele veld, waardoor ik een beetje kan aanvoelen wat de sfeer en gevoeligheden zijn. Het is ook niet slecht om die blik van een buitenstaander te hebben, denk ik. Ik merk dat als ik soms stoeme vragen stel, dat mensen er ook anders over nadenken.”
Door hier al jaren in Brugge te wonen en werken, wat valt je op?
“Dat er hier ontzettend veel gebeurt. Op cultureel vlak heeft Brugge bijna een overaanbod, en toch denken te veel Bruggelingen dat er hier niets te doen is. Er is een soort gebrek aan chauvinisme. Soms heb ik het over een bepaalde artiest die we naar hier kunnen halen, en dan blijkt dat die er onlangs is geweest. En dan denk ik: waarom heb je dat niet van de daken geschreeuwd? Maar ik merk ook dat er hier heel veel open geesten zijn. In mijn ervaring, als je iets goed uitlegt en met het nodige respect, dan kan er heel veel. Maar misschien zijn er in het verleden generationele conflicten geweest die niet zijn uitgepraat.”
West-Vlamingen zijn doorgaans ook wel wat stug.
“Dat zei Willem (haar man, red.) ook. Hij wou eigenlijk niet naar Brugge verhuizen. Ik moest zagen, echt waar. (lacht) We kwamen hier vaak naar vrienden en familie, en ik voelde hier altijd al een soort rust, ook mentaal. Je vindt hier de stad en toch ook de stilte. Als ik door het toeristische centrum loop, val ik niet op. Ik heb hier ook weinig meegemaakt, dus misschien is dat wel wat naïef, want Afrikaanse mensen die hier opgegroeid zijn, hebben vaak andere verhalen. Mijn man vroeg zich ook luidop af of het wel een goed idee was om onze kinderen uit een diverse school te halen en hier…”
…in een witte school te steken?
“Ik snap vanwaar het komt. Ik ben nog steeds de enige zwarte mama aan de schoolpoort, wat ik niet echt had verwacht. Maar tegelijkertijd is er een supergoed contact met de directrice en is de school heel open-minded en staan ze open voor meer diversiteit. Ook de kinderen missen misschien wat meer diversiteit, maar aan de andere kant zijn ze heel gelukkig en hebben ze er goeie vrienden. Ah, en mijn man vindt het intussen ook supertof.”
Niet dat racisme verleden tijd is, maar je merkt wel dat kinderen heel anders kijken naar de maatschappij.
“Als er iemand iets homofoobs zegt, is hun eerste spontane gedachte niet: wat is er mis met homo’s? Maar: wat is er mis met u? Programma’s als #LikeMe, kinderboeken en speelgoed met meer diversiteit maken daar een groot verschil in. Ik heb jarenlang geprobeerd uit te leggen hoe adoptie werkt, en plots zíén ze het door zo’n reeks. Toen George Floyd werd vermoord, legde Karrewiet heel goed uit wat Black Lives Matter was en hoe je daarover kon praten met vrienden. Ik heb zo lang gehamerd op representatie en het voelt zo goed om te zien dat het werkt. (op dreef) Of kijk naar Pommelien. Wat voor geweldige rolmodellen zijn dat? Die generatie na ons heeft al lang door: we gaan niet blijven zeveren, het moet anders.”
Heb je van het omgekeerde geen schrik? Want het is geen geheim dat extreemrechtse politieke partijen mikken op jongeren door in te zetten op sociale media. Voor je het goed en wel beseft worden mensen uit de LGBTQ-gemeenschap gelinkt aan pedofilienetwerken.
“Dat is heel eng, inderdaad. Vooral omdat pedofilie heel triggerend is. Diezelfde tactiek zagen we ook bij de eerste mensen die islamofobie aanklaagden. Die waren plots Al Qaeda. Dat kan je ontkrachten omdat het zo duidelijk absurd is, maar dit is een ander verhaal. Iedereen kan zich bij de pedofilie inbeelden hoe gruwelijk dat is. Door dat gegeven te misbruiken, raak je mensen heel persoonlijk.”
Dries Van Langenhove trok onlangs naar Brugge, waar hij de regenboogvlag linkte aan pedofilie. Hij was op dat moment in de stad om actie te voeren tegen een dragqueen die tijdens een queer cultureel festival kwam voorlezen aan kinderen.
“Het heeft geen haar gescheeld of ik was daar. Ik ging normaal gezien met mijn jongste naar dat voorleesmoment, maar het was te hard aan het regenen. Al een geluk.”
Ik heb zijn filmpje nog eens bekeken. Zijn kritiek op jou laat weinig aan de verbeelding over…
(blaast) “Als je mijn naam intikt op YouTube, zijn dat de eerste filmpjes die je ziet. Als je weet dat de lokale afdeling van Vlaams Belang tegen eind april al één derde van hun campagnebudget aan mij had uitgegeven… daar kan je niet tegen vechten. Hoe weinig inhoudelijk ook, en dat met belastinggeld.”
“Vlaams Belang Brugge heeft een derde van zijn campagnebudget uitgegeven aan mij”
Had je die hetze rond je aanstelling verwacht?
“Absoluut niet. Ik had wel wat haatcomments verwacht op Facebook onder artikels erover, maar ik was daar niet mee bezig. Ik zit ook niet meer op Facebook. Toen iemand mij stuurde dat er iets aan het gebeuren was, zette ik een reactie online en dacht ik dat de kous af was. Maar toen kwam die bewuste aflevering van Terzake…”
Waarin Bart De Wever de kaart trok van woke.
“Ik dacht echt: straks word ik wakker en blijkt dit een grap. Als ik dingen aankaart waarvan ik denk dat ze besproken moeten worden anno nu, zoals zwarte piet, dan zet ik mij op voorhand al schrap. Omdat ik weet dat ik een gevoelig plekje raak. Maar nu had ik niets gezegd. Ik had een job. Dat is alles. Dat interview in Terzake, dat was het meest surrealistische moment van mijn leven, ik zat met open mond te kijken. Echt, een lokale Vlaams Belangpoliticus die mij linkt mij aan Hamas (terroristenorganisatie, red.) en een Europees parlementslid van die partij die in een podcast ging uitleggen wie ik was. Gast, gij kent mij niet eens. Ik wist tot een week daarvoor zelf niet dat ge bestond?!”
Er werd gehamerd op een quote uit een oud interview, over hoe ‘in bijna elk verhaal blanken dood, verderf en miserie zorgden’. Als de passage uit de mond van een historicus was gekomen, had er nooit een haan naar gekraaid.
“Toen ik de uitspraak deed, wist ik al dat het gevoelig kon liggen. Wat ik opmerkelijk vind, is dat er iemand elk cursiefje, elk boek en elk interview van mij heeft uitgeplozen om dan dit te vinden als enige echt scherpe uitspraak en die zo breed wordt uitgesmeerd. Terwijl ik zoveel verbindende, genuanceerde zaken heb geschreven en gezegd sindsdien. Dan is dat pure karaktermoord.”
Hoe was de impact op je gezin?
“In het verleden heb ik dat steevast heel goed kunnen afschermen, maar nu was zelfs mijn man erin meegesleurd. Omdat zijn familienaam toevallig dezelfde is als die van schepen Nico Blontrock. Ik ben in het verleden vaak bang en pissed geweest, maar nooit verdrietig. Van dit was ik heel hard aangedaan, en heb ik een week in mijn bed liggen bleiten. De kindjes kennen mij zo niet, dus wisten ze meteen dat er iets aan de hand was. Cooper heeft bepaalde filmpjes die circuleerden ook gezien. Dat was niet makkelijk als moeder: enerzijds uitleggen dat het niet oké is, en ook dat ze niet allemaal slecht zijn, dat ze soms niet beter weten. Heel raar om die mensen te verdedigen tegenover je kind, maar ik wil geen kind grootbrengen dat boos is op de wereld.”
Nooit gedacht: hier is mijn job terug, Brugge?
“Nee, en dat komt echt door de steun van de stad. Als er iemand vanuit de politiek had getwijfeld, dan was het klaar geweest. Zo gevoelig was ik. Maar dat de stad als één blok achter mij stond, deed deugd. Ik kreeg berichten van mensen die zeiden dat ze het niet altijd eens waren met mij, maar mij nu wel steunden. Dat heeft hard geholpen.”
Even advocaat van de duivel spelen: begrijp je waarom zoveel mensen zo makkelijk meegaan in dat negatieve discours?
“Absoluut. Er is heel veel aan het veranderen, en heel snel ook. Als je je levenskwaliteit achteruit ziet gaan, en er schotelt iemand je een duidelijk vijandsbeeld voor… Ik heb eigenlijk nooit woede gekoesterd tegen individuele mensen die daarin meegaan. Ik begrijp die onderbuik. Waar ik geen begrip voor heb, zijn de instellingen die de aanstokers hiervan een platform geven. Ik ben nog altijd veel kwader op de VRT dan op degenen die ze opvoerden in die bewuste Terzake-uitzending. Het is pijnlijk om te zien hoe weinig kritisch daarmee wordt omgegaan.”
Het is bijna tien jaar geleden dat je met een open brief racisme aanklaagde. Is het niet vermoeiend om je nog altijd te moeten verantwoorden, in zekere zin?
“Ik vind het vooral jammer dat veel van die weloverwogen nuance vaak verdwijnt. Er blijft gereageerd worden op een versie van mij die niet bestaat. Een stuk van mijn verdriet zat er ook in, dat ik al tien jaar zo hard mijn best doe om empathisch en begripvol te zijn en dat het dan gewoon wordt genegeerd. Als je het niet eens bent met mij, kan ik ertegen. Maar zeggen dat ik Vlamingen haat? Dat geeft kortsluiting in mijn hoofd. (denkt na) Die gesprekken altijd weer moeten voeren, is vermoeiend, maar ik zie ook resultaat. Ik heb in 2016 geopperd dat roetpiet een beter idee was, en vandaag is die discussie eigenlijk zo goed als beklonken. Toen ik het met mijn open brief over representatie had, dan was de mainstreammedia een woestijn op vlak van culturele diversiteit. Je kan de mensen met migratieroots op twee handen tellen. Het is nog altijd te weinig, maar je ziet in recente fictiereeksen al veel meer een weerspiegeling van de maatschappij. Mensen die nu bang zijn om hun representatie kwijt te raken, zouden net moeten begrijpen hoe het voelt om geen representatie te hebben.”
Hoe blijf je positief?
“Op microniveau is dat niet moeilijk: als ik kijk naar de kinderen en de stad. Op macroniveau zie ik maatschappelijke tendensen die mijn verontrusten. We zitten op maatschappelijk en politiek vlak in een moeilijke fase. Ik vrees dat de verkiezingscampagne voor volgend jaar hard gaat worden. Tegelijkertijd denk ik dat veel mensen doorhebben dat dit soort aanvallen niet oké is. Mensen willen hun rekeningen kunnen betalen, kinderopvang… dáár liggen de mensen wakker van. Het is een beetje wachten op inspirerende figuren, die oprechte, inhoudelijke debatten op gelijkwaardige voet willen aangaan. Daarom is The Art of Conversation zo belangrijk. Laat ons asjeblieft leren met elkaar in gesprek gaan. Ook over moeilijke vraagstukken. Het is de enige manier om maatschappelijke problemen aan te pakken. Maar ik koester genoeg hoop met de dingen die ik rondom mij zie. Het potentieel dat ik zie in een stad als Brugge om die kunst van het gesprek weer vast te pakken, geeft me hoop. We komen er wel, samen.”
Wie is Dalilla Hermans?
Dalilla Hermans heeft roots in Rwanda en groeide op in de Kempen. Ze raakte in 2014 bekend toen ze een open brief schreef waarin ze racisme aankaartte. Ze schrijft boeken, columns en essays.
Begin dit jaar werd ze aangesteld als trajectcoördinator om Brugge in 2030 de Culturele Hoofdstad van Europa te maken. Dalilla woont met haar man Willem Blontrock en hun drie kinderen in Brugge.
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier