Brugsche vertalseltjies (48): Een winterse ‘Heilig Bloedprocessie’

Charles Léon Rousseau schilderde omstreeks 1910 de ommegang ter hoogte van de Peerdenbrug. © Beeldbank Stadsarchief Brugge
Chris Weymeis
Chris Weymeis Medewerker KW

Als geen ander kent Brugge een boeiende geschiedenis. Die bestaat niet enkel uit grootse gebeurtenissen, maar nog meer uit vele ‘petites histoires’, kleine wetenswaardigheden die zelden of nooit worden opgerakeld. In de reeks ‘Brugsche vertalseltjies’ diept gediplomeerd stadsgids Chris Weymeis weetjes op uit een rijkgevulde historische grabbelton.

Over de Heilig Bloedprocessie is al heel veel geschreven en verteld. Minder bekend is dat ruim een eeuw geleden het parcours van de processie ook op kerstavond werd afgewandeld. Men had het dan niet over een Heilig Bloedprocessie, maar over een kerstommegang. Wanneer die ommegang is ontstaan, is niet bekend, maar waarschijnlijk omstreeks 1900. Toen kwamen op kerstavond op de Burg heel wat Bruggelingen en mensen uit het Brugse ommeland samen. Hoe de ommegang verliep, werd in 1908 beschreven door de Nederlandse volkskundige Cornelia Catharina van der Graft. Volgens haar knielde de menigte voor de, weliswaar gesloten, poort van de Heilig Bloedkapel en werd met gestrekte armen het kruisgebed gebeden. Na het slaan van de middernachtklok, vertrok iedereen en in 1908 waren er volgens de volkskundige ruim tienduizend deelnemers. Het was zeker geen processie, want er werden bij de ommegang geen vaandels of kruisen meegedragen en er waren ook geen geestelijken aanwezig.

Indrukwekkende tocht

Het waren mannen en vrouwen die bij twee, vier tot acht tegelijk elkaar bij de arm vasthielden. Ze volgden het parcours dat jaarlijks in mei bij de Heilig Bloedprocessie werd afgelegd. Het was blijkbaar een uiterst indrukwekkende tocht omdat tijdens de ommegang door niemand ook maar één woord werd gesproken. De ommegang eindigde op de Burg waar nog eens het kruisgebed werd gelezen. Mensen van het platteland hadden meestal een korf met boterhammen bij zich, “de leeftocht voor de lange marsch” zoals van der Graft schrijft. De plattelandslui kwamen uit dorpen op drie, vier uur van Brugge verwijderd en vatten na de ommegang onmiddellijk de terugtocht aan.

In de herinnering

Uit een kleine bevraging die de Brugse volkskundige Hervé Stalpaert omstreeks 1950 deed, blijkt dat de ommegang toen nog in de herinnering leefde bij mensen in het Houtland, Sijsele, Beernem, Oedelem en Assebroek. Uit heel die streek gingen ze in groep naar de kerstommegang. In Sijsele wachtten ze zelfs de groepen uit Maldegem en Kleit op. Na de ommegang trokken die van Sijsele, meestal met die van Assebroek en Oostkamp, naar de vroege kerstmis in de abdij van Steenbrugge. Pas nadien keerden ze langs veldwegels huiswaarts. Aan de kerstommegang kwam een einde met de Eerste Wereldoorlog.

Herlees alle afleveringen via ons dossier. Lezers met vragen over een Brugs historisch onderwerp kunnen terecht op brugseverhaaltjes@gmail.com.

Partner Expertise