Sylvie Marie uit Tielt heeft nieuw werk uit: “Een dichter hoort muziek in de woorden”

Sylvie De Conick schrijft onder het pseudoniem Sylvie Marie vooral gedichten. © WMe by Wouter Meeus
Wouter Vander Stricht

Sylvie Marie heeft nieuw werk uit. Met haar dichtbundels viel ze al vaker in de prijzen, ondertussen heeft ze een vaste plaats aan het Nederlandstalige literaire firmament. De uitgeweken Tieltse combineert het lesgeven met haar artistieke bezigheden.

Sylvie De Coninck groeide op in de Ervestraat in Tielt. “Niet ver van waar vroeger het volkse café De Ondank was. Mijn ouders runden een bedrijf waar varkens afgemest werden, ja ik ben tussen de zwijnen opgegroeid. Maar nu ben ik vegetariër”, lacht ze.

Zat schrijven er al van jongs af aan in?

“Ik zou vroeger tegen mijn nonkels en tantes al verkondigd hebben dat ik schrijver wilde worden, maar dat herinner ik me niet meer. Als kind had ik wel mijn dagboek. Zoals Anne Frank naar ‘Lieve Kitty’ schreef, zo richtte ik me aan Leonardo. Ik was bang dat mijn dagboek gelezen zou worden. Daarom verborg ik het niet alleen heel goed, ik omschreef alles erg cryptisch. Het was toen al een soort poëzie. Op mijn 18de was ik Chiroleidster en in de zoektocht naar een verhaal om aan de leden voor te lezen, stuitte ik op een amateursite voor schrijvers. Mensen konden er hun eigen teksten op publiceren en feedback op die van anderen geven. Het was wat Facebook ‘avant-la-lettre’ en ik besloot er ook mijn dagboekteksten te delen. Dat bleef ik doen als student in Gent, vaak zat ik zo een hele dag in pyjama voor het computerscherm. Ik heb er mijn ex-man leren kennen die ook een profiel op die site had.”

Wie is Sylvie Marie?

Privé

Sylvie Marie is het pseudoniem van Sylvie De Coninck (39). Ze woont met haar partner Piet in de Gentse deelgemeente Sint-Denijs-Westrem. Samen hebben ze vier kinderen.

Opleiding en loopbaan

Studeerde Latijn-Moderne Talen aan De Bron in Tielt, behaalde aan UGent haar master Politieke en Sociale Wetenschappen en in Brussel

het diploma journalistiek. Werkte op de redactie van Het Nieuwsblad, combineert nu lesgeven aan de academie van Ieper, Tielt en Gent met het schrijverschap.

Vrije tijd

Tijd spenderen in de vrije natuur, genieten van het samen zijn met mensen.

Uiteindelijk kon je van schrijven je job maken?

“Ja, het is mijn ex geweest die me van die amateursite naar de ‘echte’ literaire wereld heeft geloodst en me deed kennismaken met wedstrijden, tijdschriften, het podium én uitgevers. Hij stond immers al veel verder met zijn schrijven. We zijn zowat samen gedebuteerd.”

De keuze voor poëzie lijkt ons minder evident…

“Ik heb er nooit bij stilgestaan of het genre wel goed in de markt ligt. Voor mij is poëzie simpelweg dé verlossende manier om mij uit te drukken. Ik heb pas later geleerd om langere stukken te schrijven. Poëzie is voor mij een soort van summum in de ontplooiing van taal. Niet alleen de woorden, maar ook de vorm is belangrijk. Bij proza bepaalt de grootte van de pagina waar je woorden komen, bij het dichten kies je waar je woorden staan. Het gaat ook om de klank van het woord, een dichter hoort muziek in de woorden.”

Je viel veel in de prijzen. Welke springt het meest in het oog?

“Misschien wel Humo’s Gouden Aap. Dat gaf me de kans om meer dan een jaar lang wekelijks een gedicht te publiceren in het weekblad. Dat heeft toch heel wat deuren voor mij geopend, mijn naam stond meteen op de kaart.”

“Mijn laatste werk draag ik op aan mijn vriend”

Hoe is het voor jou om op te treden met je gedichten?

“Ik ben eerder bedeesd, voor mij was dat geen logische stap. Maar mijn toenmalige partner sjeesde me mee naar Nederland, waar er ‘slamwedstrijden’ waren waarin dichters het tegen elkaar opnemen. Ook in België kwam ik in dat circuit terecht, ik herinner me nog mijn eerste wedstrijd in een cafeetje in Rekkem. De publieksprijs ging naar iemand die een oude nieuwjaarsbrief had opgedist, maar ik won de juryprijs. Op de duur krijg je bevestiging dat je goed bezig bent. Daarna volgden ook almaar grotere optredens. Zo mocht ik deze zomer afreizen naar Medellín, Colombia om daar deel te nemen aan het grootste internationale poëziefestival van de wereld. Ik heb er opgetreden in een amfitheater voor 1.000 Colombianen. Dat was een fantastische ervaring. Poëzie leeft daar veel meer dan hier.”

Je waagde je ondertussen ook aan proza.

“Ja, de eerste roman waarvan ik co-auteur was, heet Speler X. Dat is het verhaal van een voetballer – die anoniem wilde blijven, ook ik ken hem niet – over zijn leven als voetbalprof met alles erop en eraan: seks, drugs en rock&roll. Aan ‘Alles Valt’, mijn laatste roman, heb ik dan weer acht jaar geschreven. Ik was begonnen met drie personages, maar heb er uiteindelijk maar eentje over gehouden. Het boek kreeg positieve commentaren, maar het kwam uit net na corona in de stortvloed aan publicaties die eerst een tijdlang werden opgehouden.”

Bij je laatste werk ‘Over pijn zingen’ had je nieuwe partner ook zijn inbreng?

“Eigenlijk is ‘Over pijn zingen’ gebaseerd op een nachtelijke WhatsApp-conversatie die we twee jaar geleden hebben gehad. Het was een ruwe diamant, die ik nog moest uitkappen. Er zat veel persoonlijke anekdotiek in, maar die is eruit gehaald, waardoor er nu een heel poëtische dialoog overblijft. Het is als het ware een theatertekst geworden. Ik moet zeggen dat ik aanvankelijk wel schroom had om me op zoiets persoonlijks te baseren. Bovendien was de helft van de oorspronkelijke tekst ook niet door mezelf geschreven, maar door mijn vriend. Moest hij dan ook niet op de cover staan als auteur? De beslissing om het toch onder mijn naam te doen, is één van de laatste knopen die we hebben doorgehakt. Het boek is wel opgedragen aan hem.”

“Het is ook bijzonder om te merken hoe mijn nieuw lief mijn auteurschap beïnvloedt. Terwijl mijn ex-man zelf ook professioneel schrijver was en we vooral onafhankelijk van elkaar onze eigen teksten maakten, doet mijn huidige partner beroepsmatig heel andere dingen, maar heeft hij wel veel passie voor taal en verhaal, waardoor we vaak samen met woorden spelen en brainstormen over nieuwe concepten. Ik zie ons veel meer als een tandem, waarbij hij de inkt is en ik de pen. Ja, je zult nog van ons horen. We hebben nog wel meer in petto.”

Kom je nog vaak in West-Vlaanderen?

“Ja, ook in Tielt. Mijn familie woont daar. En ik word er wel eens uitgenodigd voor een lezing. Dit voorjaar nog heb ik in Mulle de Terschueren mijn #gramgedichten geëxposeerd. Die gedichten heb ik gemaakt door woorden uit te knippen uit een boek en daarmee zelf nieuwe zinnen te maken. Ik heb ze op afbeeldingen geplakt en ingekaderd. Gram verwijst naar Instagram en het geringe gewicht, omdat de woorden niet van mezelf zijn. Maar ondertussen mogen die gedichten hun voet zetten naast mijn andere. Ja, ik vind het intussen wel fijn om meer te doen dan alleen maar wat woorden te schrijven op wit papier. Hoe meer je je gedichten buiten het boek en het blad om brengt, hoe meer mensen je bereikt.”

http://www.sylviemarie.be/