In Antwerpen werd onlangs de nieuwe, geëngageerde dichtbundel DECEM, ongelegenheidsgedichten voor asielverstrekkers van Anne Provoost voorgesteld. De auteur is geboren en getogen in Woesten, maar woont nu in Antwerpen.
“In de lagere school van de Zusters van Maria leerde ik dat ons dorp uit 400 gezinnen bestond en 1.400 inwoners telde. Dat vertel ik regelmatig aan mijn stadse vrienden en die cijfers maken indruk”, opent Anne Provoost. “Ik werk al jaren aan een boek over mijn grootmoeder, hoe ze als klein meisje naar een schoolkolonie in Parijs werd gebracht na de eerste gasaanval in Boezinge in 1915. Mijn overgrootouders hadden twaalf kinderen, waarvan nog elf in leven toen de oorlog uitbrak. Twee jaar later zaten ze met het gezin op acht verschillende plaatsen, terwijl ze eerder nog nooit gescheiden waren geweest. Op een of andere manier leerde ik door die verhalen vanaf jonge leeftijd rekening te houden met de mogelijkheid dat je op een dag moet vluchten.”
“DECEM schreef ik omdat er aan de buitengrenzen van Europa een stille slachtpartij gaande is”, gaat de gelauwerde schrijfster verder. “Er sterven tienduizenden mannen, vrouwen en kinderen in het water. In de oorlog van Oekraïne en Palestina komen ook veel mensen om, maar daar heb ik minder het gevoel dat het ‘in mijn naam’ gebeurt. Als Europeaan met stemrecht ben ik er verantwoordelijk voor dat sommige vluchtelingen geen andere optie rest dan clandestien de grens over te steken.”
De bundel is één verhaal dat uit elf gedichten bestaat: het nulde gedicht beschrijft de ramp, daarna volgen een reeksgedichten met de tien fazen van een rouwproces. De ramp is het zinken van het bootje. De verteller kan zich redden, maar zijn zwangere vrouw komt om. De asielzoeker moet getuigen. Wat hij zegt wordt vertaald door een tolk. Zijn relaas is bijgevolg gefragmenteerd en dubbelzinnig. Hij spreekt zichzelf tegen, want hij is in shock. Naarmate het besef indaalt dat zijn vrouw dood is, komt hij met nieuwe versies van de feiten, maar het zijn eerder wensdromen.
Vrije verzen
“De vrije verzen die ik gebruik lenen zich goed om de gedachten weer te geven van iemand die in de war is. De mensensmokkelaar speelt ook een rol in het gedicht. Hij wordt niet voorgesteld als een crimineel, maar gewoon als een dienstverlener. Hij ziet een gat in de markt en zet een zaakje op. Ik ben opgegroeid met lange en oude familieverhalen van migratie. Begin vorige eeuw was ons land een vertrekkersland. In de aankomstlanden VS en Canada zagen ze ‘die katholieken’ niet graag komen. De verhalen van toen herhalen zich, in gewijzigde vorm”, aldus Anne Provoost.
Zenuwslopend
“Ik heb in mijn omgeving de procedure van een asielaanvraag van nabij meegemaakt”, gaat de dichteres, wiens werk al in twintig talen vertaald is, verder. “Het was een emotioneel proces. Gesprekken met de betreffende vrouw gaven me inzicht in hoe traag alles gaat, en hoe zenuwslopend het is als je weet dat je leven en welzijn letterlijk afhangen van het verdict op het einde. Voor mijn dichtbundel heb ik gekozen voor het perspectief van een man omdat vooral mannen die de grens oversteken gedemoniseerd worden. De gedichten zoomen in op wat mijn hoofdpersonage onderweg allemaal verliest. Het motto van de dichtbundel is een letterlijk citaat uit een verdict van vluchtelingenstatus van het Commissariaat-Generaal van de Vluchtelingen en Staatlozen. De asielverstrekkers vinden dat het verhaal van de asielzoeker een opeenstapeling is van eigenaardigheden en onaannemelijkheden die de geloofwaardigheid van zijn vluchtrelaas helemaal onderuithalen. Hij moet dus terug.”
Op de kaft van het boek staat een navelstreng. Die verwijst naar het kind dat als een warme baksteen in de buik van zijn verdronken vrouw zit. Men kan er ook een verwijzing in zien naar de levenslijn met het moederland die bij vertrek doorgeknipt wordt.
Gestraft
“Er is voor mijn personages geen weg terug. Ik zie tezelfdertijd de jongvolwassen kinderen van mijn vrienden op Instagram de hele wereld rond reizen. Hun zin voor avontuur wordt beloond met duimpjes en hartjes. Dat van de bootvluchtelingen wordt bestraft. Bij elk boek dat ik schrijf vraag ik me af: waar gaat onze aandacht naartoe? Verhalen vertellen, ook al is het in verzen,is helend, verbindend en richtinggevend. Iemand een stem geven die er geen heeft vind ik de essentie van mijn job”, besluit Anne Provoost. (PDC)
Het beste van KW
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier