Vrouw riskeert vier jaar cel omdat ze haar vriend in Blankenberge met een steakmes in de hals stak

Een 40-jarige vrouw uit Oostende riskeert voor de Brugse strafrechtbank vier jaar effectieve celstraf omdat ze haar vriend ei zo na doodstak met een steakmes. © iStock
Redactie KW

Een 40-jarige vrouw uit Oostende riskeert voor de Brugse strafrechtbank vier jaar effectieve celstraf omdat ze haar vriend ei zo na doodstak met een steakmes. In een dronken bui plantte de vrouw het wapen zo diep in de hals van het slachtoffer dat het ruggenmerg geraakt werd. “Maar ze wou hem niet dood”, pleitte haar advocaat.

Beklaagde M.V. (40) en haar vriend kampen leerden elkaar kennen in een ontwenningskliniek en hadden vaak ruzie als ze weer eens gedronken hadden. Op 27 december vorig jaar liep een ruzie in hun toenmalige woning in Blankenberge evenwel zwaar uit de hand. M.V. nam in de keuken een steakmes en plantte dit in de hals van haar vriend. Het lemmet boorde zich zodanig diep dat het ruggenmerg geraakt werd. “Het scheelde geen haar of het slachtoffer had het niet overleefd”, verduidelijkte procureur Joke Vandegehuchte.

Verlammingsverschijnselen

Het slachtoffer vertoonde na de feiten verlammingsverschijnselen, verbleef lange tijd in een revalidatiecentrum en moest zich maandenlang behelpen met een rolstoel. Tijdens het onderzoek verklaarde hij dat ook agressief uit de hoek kon komen als hij gedronken had. Wat de juist aanleiding was voor de steekpartij kon het slachtoffer noch de dader vertellen. Ze waren allebei zodanig dronken dat ze zich haast niets meer konden herinneren.

Na de feiten belde M.V. zelf de hulpdiensten op. Ze werd in de boeien geslagen maar kwam op 10 mei voorwaardelijk vrij. De vrouw bleef echter zwaar drinken en belandde op 26 oktober met 3,9 promille alcohol in het bloed op de spoeddienst van het ziekenhuis. Toen ze op 22 november nog maar eens betrapt werd met alcohol belandde ze opnieuw in de gevangenis. Ze verscheen donderdag dan ook aangehouden voor de rechtbank.

Niet akkoord met kwalificatie

M.V. staat terecht voor poging tot doodslag, maar de verdediging ging opvallend genoeg niet akkoord met die kwalificatie. “Ze had niet de intentie om haar vriend te doden”, pleitte advocaat Jorn Verminck. “Dit waren ons inziens opzettelijke slagen en verwondingen.” De rechter ergerde zich aan deze uitspraak. “Het is enkel door het snelle optreden van de hulpdiensten dat het slachtoffer hier vandaag aanwezig is. Het scheelde geen haar of je stond voor assisen”, fulmineerde ze.

M.V. en het slachtoffer vormen nog steeds een koppel. De vrouw vertelde op het proces hoe ze destijds begon te drinken na de dood van haar vader. Naar eigen zeggen schaamt ze zich diep over wat ze deed. “Ik kan dit geen plaats geven en voel me zo schuldig. Mijn vriend is mijn zielsverwant.” Het slachtoffer stelde zich burgerlijke partij maar vroeg enkel een symbolische euro. De uitspraak volgt op 26 januari. (AFr)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise